Auteur |
Bericht |
|
MARIAN519
|
Berichten: 1146
|
Geplaatst: zaterdag 15 januari 2011, 19:55
|
|
|
MARIO216 schreef: | Zaterdag 15 Januari, Gen. 21: 14-21; Israël en Ismaël.
Dat is een wonderlijk verhaal, dat we vandaag lezen! God zegt tegen Abraham: Stuur Hagar met Ismaël maar weg! Nu zou je denken dat God niets meer met Ismaël te maken wil hebben! Die is tenslotte maar een kind van die slavin Hagar en niet het kind dat God aan Abraham en Sara beloofde. Maar het verhaal gaat anders. Ook al stuurt God Ismaël uit de tent van Abraham weg. Hij laat de jongen niet omkomen in de woestijn. Een Engel van God spreekt Hagar aan en God opent haar ogen voor een waterput, op het moment waarop Ismaël bijna van de dorst sterft. Zo wordt Ismaël ook de vader van een groot volk. Dat volk kennen we nog: de Arabieren, afstammelingen van Ismaël en Abrmaham. Eigenlijk zijn de Arabieren familieleden van de Israëlieten. Want Israël was de nieuwe naam die Jakob kreeg. En Jacob was de zoon van Isaäk, dus de kleinzoon van Abraham. Israël en Ismaël. Die namen lijken op elkaar als twee druppels water. Twee kinderen uit één tent. Broeders van hetzelfde huis. Dat betekent niet dat ze altijd even lief zijn voor elkaar. Toen niet. En nu nog niet. Kijk maar eens naar de oorlogen in het Nabije Oosten! Maar God zorgt voor hen, ondanks alles! Voor Israël. Maar ook voor Ismaël. |
Mooi Mario..en bedankt nog voor elke keer...
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zondag 16 januari 2011, 12:25
|
|
|
Zondag 16 Januari, Gen. 22: 9-14; Voorzien.
Dat zal je gebeuren: je hebt jarenlang op een kind moeten wachten; eindelijk wordt het geboren; het groeit op en dan – klinkt de stem van God die je vraagt om dat kind mee te nemen naar een hoge berg en het daar te doden als een offer aan God! Hoe kan God nu zo iets vragen? Om dit Bijbelverhaal goed te begrijpen, moet je weten dat het in het oosten heel gebruikelijk was om kinderen te offeren aan de goden. Zo zijn er uit het land Moab verhalen bekend over kinderen die aan de god Kamos werden geofferd. Als je bang was voor de goden of als je iets bijzonders wilde bereiken, dan offerde je je kind op het altaar! Gaat het nu zo ook met Isaak? Nee! Op het beslissende moment zegt God: Stop! Houd er mee op, Abraham! Zo ver behoef je niet te gaan! Ik weet wel dat je van Mij houdt en desnoods alles, je eigen kind voor Mij over hebt. Maar het hoeft niet. Dit wil Ik niet! Neem dan dat lam maar, daar, tussen de struiken. Neem dat maar in plaats van je kind. Ik heb al in een offer voorzien! Dit verhaal kun je niet lezen zonder aan een andere berg te denken: Golgotha. Daar werd een Lam geofferd: Jezus, de Zoon van God. Het Lam dat de zonden der wereld wegdraagt. Daar heeft God laten zien hoeveel Hij van ons houdt!
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: maandag 17 januari 2011, 20:41
|
|
|
Maandag 17 januari; Gen. 24: 10-19; Een afspraak met God.
Hoe moet je die oude knecht van Abraham nu weten welke vrouw voor Isaak geschikt is? Het is al moeilijk om voor jezelf een goede vriend of vriendin, man of vrouw uit te zoeken. Laat staan voor een ander! Hoe weet je wat het best is? Met die vraag zitten we zo af en toe allemaal. Moet ik nu wel gaan of niet gaan? Moet ik dit zó of zus doen? Ja, of nee? Nu of later? De oude knecht van Abraham maakt er geen probleem van. Hij maakt een afspraakje met God. Hij zegt: Here God, als er nu een meisje komt bij de waterput die mij te drinken geeft maar ook nog aanbiedt om de kamelen water te geven, dan zal ik weten dat dat een goede vrouw voor Isaak is! Is dat nu niet een vreemde afspraak? Het lijkt wel gokken! Of – is het anders? Door dit afspraakje met God ontdekt de oude knecht van Abraham in elk geval een vrouw die erg gastvrij en vriendelijk en bovendien zeer behulpzaam. Ze doet meer dan haar wordt gevraagd. Wel zo’n vrouw zal vast een goede vrouw zijn voor Isaak zijn! Iets afspreken met God. Kan dat? Vast wel! Maar je moet goed weten wát je met Hem afspreekt. Denk maar aan de knecht van Abraham!
Laatst aangepast door
|
MARIO216
|
op dinsdag 18 januari 2011, 20:37
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: dinsdag 18 januari 2011, 20:37
|
|
|
Dinsdag 18 Januari, Gen. 24: 62-67; Liefde kun je leren.
Dat gaat daar in de tent van de oude Abraham wel een beetje anders dan bij ons! In onze tijd worden mensen eerst verliefd op elkaar en als ze het dan goed met elkaar eens zijn, trouwen ze. Maar bij Isaak en Rebekka gaat het net andersom! Ze trouwen met elkaar en dan – zo hebben we gelezen – dan pas krijgt Isaak Rebekka lief! Nu zou je daar natuurlijk een heleboel over kunnen zeggen. Is dat echt de beste manier om te trouwen? Leven wij niet in een hele andere tijd? Zo zijn er nog meer vragen. Maar ondertussen zou je door al die vragen vergeten dat liefde niet altijd liefde op het eerste gezicht is. Je kunt van iemand gaan houden die je eigenlijk helemaal niet zo aardig vond toen je hem of haar voor het eerst ontmoette. Liefde kun je leren. Hoe je die liefde leren kunt? Dat is niet zo eenvoudig te zeggen. In elk geval is het belangrijk dat je de ander echt wilt liefhebben. Liefde moet van twee kanten komen. Maar eerst van de mijne. Liefde, dat is: de ander echt willen begrijpen, waarderen, vergeven, helpen. Als we zo met elkaar omgaan, ga je steeds meer liefhebben. Dan krijg je misschien mensen lief van wie je helemaal nu niet zo veel houdt: je broer, je zus, je vader, je moeder. Liefde kun je leren. Van wie? Van Jezus! Hij is gekomen, niet omdat wij God liefhebben, maar omdat God ons heeft lief gehad.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: woensdag 19 januari 2011, 21:51
|
|
|
Woensdag 19 Januari, Gen. 25: 24-34; Ruilen is huilen.
De een is de ander niet. Dat zie je heel duidelijk, bij Jakob en Ezau. Meestal noemen we in deze volgorde. Jakob en Ezau. Toch was Ezau de oudste van de twee. Jakob werd na hem geboren. Vader Isaak hoeld het meest van Ezau. Ezau was een goede jager en vader Isaak genoot erg van het gebraden vlees. Jakob was huiselijker en daarom hield moeder Rebekka meer van hem. Nu is dat op zichzelf helemaal niet zo erg. Je kunt niet van iedereen evenveel houden. Soms worden kinderen voorgetrokken, de één door de vader, de ander door de moeder. Zo moet het het natuurlijk niet. Maar dat de een wat beter met de oudste kan opschieten en de ander wat meer met de jongste, dat behoeft echt niet een probleem te zijn! Liefde is niet jaloers! Jakob vindt het echter niet zo leuk dat zijn broer Ezau de oudste is. Straks is de eerste, de grote zegen van vader Isaak voor de oudste, voor Ezau! Eigenlijk kan hij dat toch niet goed hebben. Jakob is jaloers op zijn oudere broer! Op een dag ziet hij een kans. Ezau komt hongerig thuis en verkoopt zijn eerste geboorterecht! Wat je al niet kunt doen als je honger hebt! Ruilen betekent vaak: huilen. Wat heeft Ezau er spijt van gehad! De een is de ander niet. Dat hoeft ook niet. Laten we maar tevreden zijn met het plekje dat we in de wereld gekregen hebben. Met jaloezie kun je niets winnen. Je kunt er alleen maar verliezen.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: donderdag 20 januari 2011, 10:07
|
|
|
Donderdag 20 januari, Gen. 28: 10-19; Een open deur.
Voor Jakob is de deur van de tent voorlopig gesloten. Hij kan maar beter niet meer thuis zijn, want Ezau is woedend! Als vader Isaak dood is, zal hij wraak nemen! Zo gaat voor Jakob de deur van de ouderlijke tent dicht. Hij is thuis niet meer welkom! En – eerlijk is eerlijk: hij heeft het aan zichzelf te wijten! Jakob heeft zijn broer het eerstgeboorterecht afgetroggeld en bovendien zijn oude vader bedrogen! Een echte hielelichter, die Jakob. Een pootjeshaker – zoals je op het schoolplein van die jongens hebt die een ander graag laten struikelen. Altijd probeert hij de eerste te zijn. Nu is het zijn eigen schuld dat de deur van de tent voor hem gesloten wordt. Daar gaat Jakob. Helemaal alleen. Het wordt avond. Waar moet hij slapen? Nergens is hij welko. Waar moet hij slapen? Nergens is hij welkom. Hij gaat liggen in het veld. En dan: een droom. Een ladder, engelen erop, de hemel geopend en God zelf bovenaan. ‘Ik ben met u en Ik zal u behoeden overal waar gij gaat.’ Hoe is het mogelijk! Alle deuren zijn voor Jakob dicht! Eén deur niet. Die van de hemel. Die staat open. Bij God ben je altijd welkom, altijd. Ook al ben je nog zo’n oplichter, zo’n bedrieger als Jakob. Ook al stik je van de jaloezie en wil niemand meer met je te maken hebben – ‘Ik ben met u’, zegt God. Over genade gesproken.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zaterdag 22 januari 2011, 15:15
|
|
|
Zaterdag 22 januari, Gen. 32: 22-32; Vechten met God.
Dat is een merkwaardige thuiskomst! Jakob gaat mank het beloofde land in. Hij kan zo vlug niet meer. Wat is er met ham aan de hand? Jakob heeft gevochten. Gevochten met God. Wie er gewonnen heeft? God natuurlijk! Ja, dat zou je denken, maar dat is toch niet waar. Jakob heeft gewonnen! De vreemde vijand kreeg Jakob er niet onder. En toen heeft God uiteindelijk Jakob maar een flinke tik gegeven. Zodoende gaat Jakob nu gehandicapt zijn broer Ezau tegemoet. Jakob. Eigenlijk moet je nu zeggen: Israël. Want in het gevecht bij de rivier heeft Jakob van God een nieuwe naam gekregen. Niet langer heet hij Jakob, hielelichter. Voortaan heet hij Israël, strijder Gods! Dat is een prachtige naam! Jakob heeft gevochten om Gods zegen! En hij heeft nog gewonnen ook! Wat een succes! Ja, maar aan dit succes van Jakob zit een handicap vast. Jakob moet goed weten dat hij door slimmigheid en kracht God wel zo’n beetje de baas kan zijn – maar net niet helemaal! Jakob moet niet denken alles te kunnen. De hielelichter wordt nu zelf gevloerd! Zo gaat Jakob de toekomst in. Nee, hij loopt niet meer zo hard. Hij moet het toch een beetje kalmer aan doen. God spaart Zijn kinderen door hun vaart te minderen.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zondag 23 januari 2011, 12:30
|
|
|
Zondag 23 januari, Gen. 37; 23-30; De oudste.
Ruben is de oudste van de jongens. Hij is ook de meest verstandige. Zijn broers willen Jozef vermoorden. Ze zijn dat opschepperige gedoe van die Jozef goed zat. Het moet nu maar eens uit zijn! Hij moet nu maar eens voor hen buigen! Maar Ruben, de oudste, wijzer. Hij wil Jozef helpen. Maar tegelijk is hij bang voor zijn broers. Hij wil ze eigenlijk allemaal wel te vriend houden. En wat doe je dan? Dan zoek je naar een oplossing, naar een slimme zet waarmee iedereen tevreden is. De broers moeten Jozef nier vermoorden. Gooi hem levend in zo’n lege waterput! Daar komt hij nooit meer uit! Dan zijn ze van hem af zonder hem vermoord te hebben! Ondertussen denkt Ruben: Wacht maar, straks haal ik hem er stiekem weer uit! Zo houd ik mijn broers en ook Jozef te vriend! Alleen… het loopt anders dan Ruben had gedacht! Jozef wordt als slaaf verkocht en Ruben komt te laat! Wat heeft hij er spijt van! Waar moet ik heen? zegt hij. Want wat zal vader er van zeggen! Het valt niet mee om de oudste te zijn. Je behoort wijzer te zijn, zegt iedereen. Maar als je het opneemt voor een ander, heb je het al gauw gedaan. Soms moet je! Soms kun je niet iedereen te vriend houden. Kijk maar naar Jezus, de Eerstgeborene. Hij kiest partij. Hij staat aan de kant van hen die geen helper is. Als er Eén een oudste broeder is, dan is Hij het wel!
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: maandag 24 januari 2011, 20:41
|
|
|
Maandag 24 januari, Gen. 40: 16-23; Uit het oog uit het hart.
Zul je aan me denken? Ja zeker, reken maar, ik zal nooit vergeten wat jij voor mij gedaan hebt! Hoevaak wordt dat niet gezegd? Als iemand bijna verdronken is en nog net wordt gered. Als iemand geen geld meer heeft en van een ander geld krijgt. Ik zal het nooit meer vergeten….Maar ondertussen…. Het gaat in de gevangenis met Jozef al net zo. Zoals hij de dromen van de bakker en de schenker uitlegt, zo gebeurt het na enkele dagen: de chef van de bakkerij wordt opgehangen – blijkbaar heeft hij iets gedaan wat niet door de beugel kon; maar het hoofd van de wijnkelders van de Farao mag weer terug komen in het paleis – hij is onschuldig! Wat is die schenker blij! Van pure blijdschap vergeet hij Jozef helemaal! Soms is het goed eerlijk te zijn tegenover jezelf en je af te vragen of je misschien niet iemand vergeten bent. We zeggen zo gemakkelijk: ik zal je gauw eens opzoeken. Ik zal je gauw eens schrijven of opbellen! Maar wat komt ervan terecht? Als wij iemand nodig hebben, dan bellen we, dan schrijven we! Maar als een ander ons nodig heeft….? Uit het oog, uit het hart. Zo gaat het vaak. Gelukkig, niet altijd. Eén is er die Zijn gevangenen niet vergeet. Eén is er die ons niet uit Zijn hart verliest. Eén is er die aan ons denkt. Altijd.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: dinsdag 25 januari 2011, 21:04
|
|
|
Dinsdag 25 januari, Gen. 41: 37-45; Het kan verkeren.
Het kan verkeren, zeggen we, als we iets opeens heel anders gaat dan we ooit hadden gedacht. Het kan ‘omkeren’, het kan anders gaan dan je denkt. Dat is in het kort het levensverhaal van Jozef. Het kan verkeren! Daar zit hij, diep in de put. De dood voor ogen. Geen toekomst te zien. Je zou tegen de muren opvliegen, maar dat heeft geen zin want die zijn veel te hoog om ooit uit de put te komen... Maar dan, jaren later: Daar zit hij, naast de Farao in Egypte, op een troon. Onderkoning! Een gouden keten om de hals! En als hij uit rijden gaat in de op één na mooiste wagen van het paleis, dan gaat er iemand voor hem uit die roept: Eerbied! Hier komt de onderkoning van Egypte! Het kan verkeren… Waaraan heeft Jozef dat nu allemaal te danken? Aan zijn hoogmoed? Zeker niet! Diep in de put en later, in de gevangenis, zal Jozef die hoogmoed wel hebben afgeleerd. Nee, in dit alles ziet Jozef de hand van God, de God van zijn vaderen, Abraham, Isaak en Jakob. Dromen gaan in vervulling. God gaat Zijn ongekende gang. Wonderlijk is Zijn weg door de geschiedenis. Soms worden eersten de laatsten en de laatsten de eersten. Soms de kleinste de grootste. God zet de dingen op de kop. Hij rekent anders dan de mensen. Anders. En beter. Hij keert alles om. Het kwade maakt Hij goed.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: woensdag 26 januari 2011, 20:38
|
|
|
Woensdag 26 Januari, Gen. 42: 1-10; Het beloofde land.
Hongersnood in het beloofde land! Hoe is dat nu mogelijk? Ik dacht dat Kanaän een land was, overvloeiende van melk en honing! Een soort Luilekkerland, waar je alles kon eten en drinken waar je maar zin in had. Een paradijs op aarde! Dat valt tegen! Over heel de wereld, zo lezen we in het boek Genesis, is de honger sterk. Internationaal is er een groot voedselprobleem! Iedereen lijdt honger! Zelfs in het beloofde land is er geen koren. Alleen in Egypte, daar is nog voedsel in overvloed! Hoe is het mogelijk? Niet in Kannaän. Wel in Egypte! Zou het dan toch een sprookje zijn, dat verhaal over de God van Abraham, Isaak en Jakob, de God van Israël? Uitgerekend in het land van de vijand, Egypte, de grote tegenstander van Israël, uitgerekend daar is koren en in Kanaän: hongersnood! Maar, hoe komt het dat er in Egypte koren is? Dank zij Josef! De broers hebben hem bijna vermoord. Maar dank zij hun haat is er nu voor heel de wereld koren, voedsel in overvloed! Ik denk dat er voor het voedselprobleem in onze tijd ook een oplossing is: Jezus! We hebben Hem vermoord, onze Broeder hebben wij gekruisigd! Maar als we ons zouden bekeren van onze haat en zelfs onze vijanden zouden liefhebben, dan zou er voedsel voldoende zijn, voor heel de wereld. Het beloofde land – waar is dat? Het is daar, waar Jezus Koning is: het Brood des levens.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: donderdag 27 januari 2011, 19:47
|
|
|
Donderdag 27 januari, Gen. 43: 1-9; Ik blijf borg.
Die Juda is toch wel veranderd! Jaren geleden zou hij zijn broer Jozef vermoord hebben als Ruben niet ingegrepen had. Maar nu neemt hij het voor zijn jongste broer Benjamin op! Ik zal borg voor je zijn, zegt hij tegen zijn vader Jakob. Als die onderkoning in Egypte hem kwaad wil doen, dan moet hij mij maar nemen. Ik zal in de plaats van Benjamin staan. Dat is dappere taal! Maar Juda meent het. Vader Jakob kan op hem rekenen! Juda blijft borg. Een mooi woord is dat eigenlijk: borg. Wij kennen dat in het woord: verborgen. Een borg is een beschermer, iemand die het voor je opneemt, iemand die in jouw plaats gaat staan. Als je een borg hebt, dan ben je veilig, verzekerd! Zo’n borg is Juda. Juda. Was Jezus niet uit dat geslacht? Geboren in Bethlehem, in Judea. Was Jezus niet uit zijn geslacht? Jezus lijkt op Judea. Jezus is nog veel duidelijker dan Juda een Borg. Hij neemt het op voor ons op. Hij gaat staan in onze plaats. Zijn dood in ons leven. Hij blijft Borg. Op Hem kan de hemelse Vader rekenen! Verborgen. Ja, God dank: In Jezus zijn we verborgen, verzekerd. Hij is de oudtse. Hij neemt het voor zijn broeders en zusters op. En daarom kun je zingen, je levenlang: ‘In Jezus is mijn zaligt lot, verborgen bij mijn God.’
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: vrijdag 28 januari 2011, 19:15
|
|
|
Vrijdag 28 januari, Gen. 45: 1-10; Niet gij, maar God.
Dat is een ontdekking: die vreemde onderkoning is Jozef! De broers weten niet hoe ze het hebben! De dromen zijn in vervulling gegaan! Ze buigen allemaal voor hun eigen broer! Hoe is het mogelijk! De broers zijn verbaasd. Maar ook geschrokken. Wat zal Jozef zelf doen? Zij hebben ten slotte Jozef naar Egypte gestuurd, verkocht, als slaaf. Het is hun schuld dat het zo met Jozef gelopen is… Zij hebben het gedaan! Maar dan klinkt de stem van Jozef. Gij zijt het niet die mij hierheen gezonden hebt, maar God! Dat is de andere taal! Niet gij, maar God. Hij heeft mijn leven zo geleid. Niet gij, maar Hij! Zo iets zei Jozef echt niet toen hij op de bodem van de put zat. Geen sprake van. Nu hij op de troon zit, nu ziet hij dat pas. En dat gebeurt nóg. Soms zien wij pas achteraf waarom de dingen die in ons leven gebeurden, toch goed waren, ondanks alles. Onbegrijpelijk goed. Soms moet je door een diep dal om op de hoogte te komen. Dat is de weg die Jezus ging. Dat is ook de weg die de gemeente gaat, achter Jezus aan. Niet gij, maar Hij. Ons leven is in Gods hand. Wie dat gelooft, is al een beetje koning!
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zaterdag 29 januari 2011, 20:36
|
|
|
Zaterdag 29 Januari, Gen. 47: 7-12; Vreemdelingen.
We kennen ze wel: de vreemdelingen. Als het weer zomer wordt zie je ze weer. Bussen vol toeristen. Mensen uit Duitsland en België. Mensen met een vreemde taal. Mensen uit een andere wereld. Vreemdelingen. Ze zijn hier, in ons land, voor een week of wat. Ze kijken rond, ze genieten van wat ze beleven. Maar dan gaan ze weer terug, terug naar huis. Daar horen ze, daar zijn ze thuis. De oude Jakob komt bij de Farao. Hoe oud is hij? Het getal der jaren van mijn vreemdelingschap is honderd en dertig, zegt Jakob. Honderddertig jaar oud – dat is een hoge leeftijd! Maar, wat vreemd, Jakob zegt niet: ik ben honderdertig jaar oud. Hij zegt: zoveel jaren telt mijn vreemdelingschap. Is dat nu niet een beetje pessimischtisch? Jakob heeft toch jarenlang in het beloofde land gewoond! Goed, de laatste tijd was daar een hongersnood, maar verder heeft hij toch een eigenlijk niets te kort gehad! En toch: de jaren van mijn vreemdelingschap… Ik denk dat ieder die de stem van de levende God heeft gehoord, toch begrijpt wat Jakob bedoelt. We mogen genieten van het leven! Net als toeristen om ons heen kijken. Het leven is een feest! En toch verlangen we naar iets anders. Een nieuwe aarde. Een beter land. Dat kun je een eeuwig heimwee noemen. Een onvervulde droom. We zijn op deze aarde vreemdelingen. Trekkers, op doorreis. We verlangen naar huis, naar een nieuwe aarde waarop gerechtigheid woont. En je hoeft toch echt geen honderddertig te zijn om daar naar uit te zien!
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zondag 30 januari 2011, 11:48
|
|
|
Zondag 30 Januari, Gen. 49: 8-18; Wachten op God.
Heel bewust gaat Jakob sterven. Het is een aangrijpend moment. De twaalf zonen staan om hem heen. Voor ieder heeft hij een woord, een zegen. Iedere stam zal zijn eigen weg gaan. Uit de stam van Juda zal een koning geboren worden! Een heerser aan wie de volken gehoorzaam zullen zijn. Wonderlijke woorden zijn het. Stilletjes staan de zonen om hun oude vader heen. Maar dan, zo maar, tussen al die woorden door, een uitroep, een gebed, een schreeuw tot God. Op Uw heil, wacht ik Here! Je zou kunnen zeggen: dat is een geloofsbelijdenis. De oude Jakob verwacht niet dat door zijn zonen de aarde vol van vrede zal zijn. Hij kent zijn jongens maar al te goed! Nee, er zijn erbij van wie niet veels goeds te verwachten is. En daarom deze uitroep, deze geloofsbelijdenis: Op Uw heil wacht ik, o Here! Geloven. Wat is dat? Dat is je handen uit de mouwen steken. Mensen helpen, waar je maar kunt. Vredestichter-zijn. Ja zeker, dat heeft alles met geloven te maken. Geloven doe je met je hart én je handen. Maar geloven is méér. Geloven is door alles heen óók: wachten. Dat betekent: uitzien, verlangen. En ook: verwachten. Zoals je op het perron van het station staat te wachten op de trein. Je rekt je uit om langs de mensen heen te zien of de trein er al aankomt. Dát is verwachten. Een reikhalzend verlangen. Zo ziet Jakob uit naar het heil, de bevrijding naar die tijd waarin alles op aarde heel zal zijn. En de gemeente van Jezus Christus kijkt met Jakob mee, samen met alle heiligen. Geloven – dat is: wachten, op God!
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: maandag 31 januari 2011, 21:27
|
|
|
Maandag 31 januari, Gen. 50: 15-21; Een kromme stok.
Een kromme stok – wat heb je daar nu aan? Zeg dat niet te snel, want soms kun je zelfs een kromme stok goed gebruiken. Dat is niet zo gemakkelijk, maar het kan. Als je een kromme stok goed hanteert, kun je er zelfs en bal mee wegslaan. Niet scheef, maar kaarsrecht. Vroeger zeiden de mensen nog al eens: God kan met een kromme stok een rechte slag maken! En zo is het. Kijk maar naar Jozef. De broers zijn bang. Jozef kon nu wel eens wraak nemen… ! Zo gaat het inderdaad heel vaak. Als een oude vader of moeder gestorven is, dan opeens gaan de kinderen ruzie maken, Over kleinigheden vaak. Over een stoel of een tafel uit de erfenis, Natuurlijk heeft de ander altijd ongelijk en zo is er ruzie in de beste families! Geen wonder dat die broers zo bang zijn... ! Maar wat zegt Jozef? Jullie hebben wel kwaad tegen mij gedacht, maar God heeft dat ten goede gedacht! Hij maakt met een kromme stok een rechte slag. Krom was de stok. Krommer kon haast niet. Wat hadden die broers een hekel aan Jozef! En hoe diep was die put! En hoe donker de gevangenis in Egypte! Wat een kromme stok! Maar God gebruikt dat kromme leven van Jozef om een rechte slag te maken: heel de familie kan koren halen, eten in overvloed! Dat is toch wel een rechte slag die God maakt! Kaarsrecht! Ik ken nog zo’n kromme stok. Het kruis van Jezus. Wat heb je nu aan een koning die opgehangen wordt? Wie gelooft, weet beter! God slaat recht! Wij mensen bedenken het kwaad: kruisigt Hem! Maar God buigt het om ten goede. ‘De Heer richt op zijn berg een maaltijd aan.’
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: dinsdag 1 februari 2011, 20:38
|
|
|
Dinsdag 1 Februari, Ex. 1: 8-14; Dwangarbeid.
De nieuwe Farao van Egypte is bang. Hij is bang dat de Israëlieten zullen overlopen naar de vijand als er oorlog komt en met hen mee tegen de Egyptenaren zulle vechten. En wat doet de Farao daarom? Hij dwingt de Israëlieten als slaven voor hem te werken. Hij zal ze wel een lesje leren! Hij zal ze zo hard laten werken dat ze bang voor hem zullen zijn! Vooruit, de zweep erover! Luisteren zullen ze! Zo gaat het nog altijd, overal in de wereld. Mensen worden onderdrukt. Als slaven behandeld. Gedwongen om dingen te doen die ze niet willen. Gedwongen om te verhuizen. Gedwongen om hun geloof op te geven. Gedwongen om het eens te zijn met de regering. Maar liefde laat zich niet dwingen! En dat hebben veel Farao’s nog steeds niet in de gaten…. Wie bang is, wordt hard. Bikkelhard. Harde mensen zijn bijna altijd bange mensen. Bang om zelf overheerst te worden, bang om de ander echt lief te hebben. Wie bang is, wordt hard, hard als steen. Wie bang is gaat schreeuwen, bevelen, anderen afsnauwen. Zo ging het in Egypte. En zo gaat het nog op aarde. Of dat niet anders kan? Ja, zeker! Kijk maar naar Jezus! Wat zegt de apostel Johannes? De volmaakte liefde drijft de vrees uit! Wie veel met Jezus omgaat, is niet zo bang uitgevallen. Wie Hem kent, laat zich liever onderdrukken dan zelf dictator te zijn. Als we dat allemaal eens van Jezus zouden leren…!
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: woensdag 2 februari 2011, 21:40
|
|
|
Woensdag 2 februari, Ex. 2: 1-10; Uit het water.
Mozes in het biezen kistje – eigenlijk is dat een doopverhaal. Daar gaat een moeder met haar baby naar het water. De oudere zus, Mirjam, mag mee. Heel voorzichtig dragen ze het kind. Ze ngaan naar de rivier, naar het water, wijd en diep. En het water – dat is de dood! Alle jongetjes moeten worden verdronken! Gaat het zo ook met dit kind? Nee, met dit kind gaat het anders. Er is een biezen kistje gemaakt, een mandje, waterdicht. En zo dobbert de kleine Mozes op het water. Het verdrinkt niet, dit kind! Even later wordt het zelfs uit het water gehaald. Het mag weer mee, terug naar huis, alsof het opnieuw geboren is. Het is bestemd om een koningskind te zijn, een prins aan het hof! Wat wil je nog meer? Het water is niet de dood, maar het leven, de bevrijding, de toekomst van het volk van God! Nog altijd gaan er moeders en vaders met hun kinderen naar het water van de doop. Gaan ze hun kind verdrinken? Nee, God dank, het houdt het hoofd boven water, het wordt uit het water weer opgetrokken, het mag weer mee terug naar huis; en het draagt een nieuwe naam, het teken van een nieuwe geboorte – de Naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest. Wie gedoopt wordt is bestemd om een koningskind te zijn, een prins, een prinses aan het hof, een kind van God!
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: donderdag 3 februari 2011, 19:58
|
|
|
Donderdag, 3 februari; Ex. 2: 11-15; Leven als een prins.
Mozes heeft een leven als een prins. Terwijl zijn eigen volk wordt mishandeld, geslagen en gedwongen om voor de Farao te werken, heeft hij een rustig leven in het paleis. Hij krijgt gratis de beste opleiding die men zich wensen kan! Want reken maar dat de Egyptenaren bedreven waren in vele wetenschappen! De Egyptische cultuur stond hoog aangeschreven in heel de wereld! Zo maakt Mozes kennis met alles wat er te weten is. Eén ding heeft Mozes blijkbaar nog niet geleerd: geduld. Dat is dan ook een erg moeilijk vak. Op school staat het niet eens op het rooster. Zo moeilijk is het om te leren geduldig te zijn. Op een dag ziet Mozes hoe zijn volk mishandeld wordt. Hij ziet een Egyptenaar een Israëliet slaan, kijkt zich heen, niemand ziet het en dan gebeurt het: Mozes slaat de Egyptenaar dood! Zo boos is hij! Maar de volgende dag wordt het bekend en Mozes begrijpt: het is uit met zijn leven als een prins…. Jammer dat Mozes in zijn opleiding bij de Farao dat ene niet geleerd heeft: geduld. En liede, voor de vijand. Geen wonder – Farao had zelf die les ook nooit geleerd. Farao wist alleen van geweld en onderdrukking. Dat was zijn manier van omgaan met mensen. Nee, als je echt wilt leven als een prins, als een koningskind, dan moet je van een andere koning les hebben. Elke dag.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: vrijdag 4 februari 2011, 19:06
|
|
|
Vrijdag 4 februari, Ex. 3: 1-14; Ik ben er.
Soms kom je thuis: niemand te zien. Is er toch iemand? Je hangt je jas op en je roept zo hard je kun: Ik ben er….! Dat is eigenlijk de betekenis van de Naam van God. Ik ben er! Ik ben die Ik ben. Ik ben er bij. Ik ga met jullie mee. Je kunt op Mij rekenen! Jarenlang wordt het volk Israël nu al in Egypte verdrukt. Het heeft een slavenbestaan. Het wordt geplaagd, misbruikt, gediscrimineerd. En God? God ziet niets, God hoort niets, God doet niets, Ja, daar lijkt het op. Er wordt wat afgebeden in Gosen, de provincie waarin de Israëlieten wonen! God in de hemel, help ons toch, kom ons bevrijden! Maar wat helpt het? Het lijkt wel alsof God doof is. Zou Hij wel echt bestaan? Is Hij werkelijk God? Mozes hoort een stem. Een stem uit een brandende struik. Zo is God: warmte, licht en oordeel! Zijn vlam wordt niet gedoofd. Zijn liefde blijft branden. Mozes, Ik heb het geroep van Mijn volk gehoord! Ga naar Egypte terug. En als ze je vragen wie jou heeft gestuurd, zeg dan: Jahwe – dat betekent: Ik ben er! Roep maar zo hard je kunt in het huis van Mijn volk: Ik ben er! Misschien zitten ze in een hoekje, bang voor de Farao! Roep maar, luid en duidelijk: Ik ben er! Hier is jullie God! Hij komt en maakt u vrij! Soms moet je lang wachten op God. Maar Hij komt – dat is zeker. En geloven, dat is wachten, totdat Hij roept: Ik ben er!
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zaterdag 5 februari 2011, 10:36
|
|
|
Zaterdag 5 februari, Ex. 7: 1-13; God is dood.
Het lijkt wel een wedstrijd in goochelen; wie kan er van een stok, een staf, een slang maken – een echte, levende slang? Je zou denken: dat is onmogelijk! Maar God kan het. En Mozes en Aäron laten het de Farao zien. Zo machtig in onze God! Farao lacht. Hij roept zijn tovenaars. Maar die – hoe is het mogelijk! – die doen precies hetzelfde! Ze zijn net zo machtig als die God van Israël…! Nu is het van belang te weten dat de Egyptenaren de slang vereerden als een heilig dier. De Farao werd hoe dan ook afgebeeld met een slangetje op zijn voorhoofd, een teken van de macht van de koning die al zijn vijanden vernietigen zou!
Is nu werkelijk de God van Egypte net zo machtig als de God van Israël? Geen sprake van! Kijk eens wat er gebeurt: de slang van Mozes en Aäron eet al die slangen van de Farao op! Daar gaat de macht van Farao! Israëls God is sterker! Hij zal Zijn vijanden overwinnen! De Egyptenaren zullen zichzelf vernietigen door hun hoogmoed en eigenwijsheid. Kijk maar naar de slangen. Hun god is dood! Eén God is de Levende. De Machtige: de God van Israël. En wie dat niet erkent, die graaft zijn eigen graf!
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIAN519
|
Berichten: 1146
|
Geplaatst: zaterdag 5 februari 2011, 11:50
|
|
|
MARIO216 schreef: | Zaterdag 5 februari, Ex. 7: 1-13; God is dood.
Het lijkt wel een wedstrijd in goochelen; wie kan er van een stok, een staf, een slang maken – een echte, levende slang? Je zou denken: dat is onmogelijk! Maar God kan het. En Mozes en Aäron laten het de Farao zien. Zo machtig in onze God! Farao lacht. Hij roept zijn tovenaars. Maar die – hoe is het mogelijk! – die doen precies hetzelfde! Ze zijn net zo machtig als die God van Israël…! Nu is het van belang te weten dat de Egyptenaren de slang vereerden als een heilig dier. De Farao werd hoe dan ook afgebeeld met een slangetje op zijn voorhoofd, een teken van de macht van de koning die al zijn vijanden vernietigen zou!
Is nu werkelijk de God van Egypte net zo machtig als de God van Israël? Geen sprake van! Kijk eens wat er gebeurt: de slang van Mozes en Aäron eet al die slangen van de Farao op! Daar gaat de macht van Farao! Israëls God is sterker! Hij zal Zijn vijanden overwinnen! De Egyptenaren zullen zichzelf vernietigen door hun hoogmoed en eigenwijsheid. Kijk maar naar de slangen. Hun god is dood! Eén God is de Levende. De Machtige: de God van Israël. En wie dat niet erkent, die graaft zijn eigen graf! |
Mooi, een zo duidelijk levende God Die naar de mensen omziet, ook in onze tijd; tegenover de "God is dood" theorie, kom je ook nu nog tegen, onbegrijpelijk..
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zondag 6 februari 2011, 10:59
|
|
|
Zondag 6 februari, Ex. 12: 5-13; Bloed aan de deur.
Het is nacht in Egypte. Maar niet in alle huizen slapen de mensen. In het land Gosen is iedereen wakker. Het lijkt wel alsof iedereen klaar staat voor een verhuizing! Reisriemen om, schoenen aan de voeten, staaf in de hand. Haastig wordt er nog wat gegeten. Wat? Een lam. Iedere huisvader in Israël heeft het geslacht en klaargemaakt voor de maaltijd. Het bloed is gestreken op de posten van de deur. Je kunt het van buiten aan de huizen zien: daar wonen Israëlieten! In deze nacht gaat de Engel van de dood voorbij. God is geduldig. Maar Zijn geduld heeft grenzen. Hij laat Zijn volk niet eindeloos in de handen van beulen. Nu moet het afgelopen zijn! Wie niet horen wil, moet maar huilen! Daar gaat de Engel van de dood. Elk huis gaat hij binnen. Elk huis? Nee, daar waar het bloed op de posten van de deuren is gestreken, daar gaat hij voorbij! De dood. Een lam. Het bloed. Waar heb ik die woorden meer gehoord? Ik hoor ze allemaal bij het avondmaal. Jezus is het Lam. Hij heeft Zijn bloed gegeven. Wie gelooft in Hem, behoeft niet bang te zijn voor de dood. Zijn dood is ons leven! Wie in Hem gelooft, heeft bloed aan de deur. Je bent gemerkt, getekend, bestemd voor het leven! We zijn geroepen om te zingen: ‘De dood ging onze deur voorbij, want bloed was daar en bloed maakt vrij!’
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: maandag 7 februari 2011, 20:18
|
|
|
Maandag 7 februari, Ex. 14: 9-14; Liever slaven dan begraven.
De Israëlieten zijn boos. Boos op Mozes. Boos op God! Achter hen komen de Egyptenaren! Met paarden en wagens. En voor hen is het water, de Rode Zee. Ze kunnen geen kant meer op. Ze zitten als ratten in de val! Waren ze nu maar in Egypte gebleven! Nu zullen ze in de woestijn omgekomen, vermoord worden door de Egyptenaren! Waren ze nu maar slaaf geworden van de Farao. Liever leven als slaven dan dood en begraven… Is er dan geen andere weg? Jawel, maar die zien de Israëlieten niet. Ook al zijn ze het volk van God, hun ogen zijn gesloten voor de weg die God met hen gaat. Het is ook wel erg moeilijk om die weg te zien. Die weg gaat dwars door het water heen, dwars door de onmogelijkheid! Die weg kun je hooguit geloven. Je kunt erop vertrouwen dat God een weg maakt; meer kun je niet. Zo is het nog. Soms kun je geen kant uit. Soms weet je niet wat je kiezen moet. Soms schijnen er maat twee mogelijkheden: of slaaf zijn, onderdrukt worden – of dood en begraven worden. Maar het geloof weet van een andere weg, een weg dwars door slavernij en dood heen, een weg tussen het concentratiekamp en het kerkhof door. Er zijn momenten in het leven van mensen en volken, waarin God alleen maar vraagt om Hem te laten strijden. En in dat vertrouwen mogen wij leven en stil zijn voor Hem.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: dinsdag 8 februari 2011, 21:41
|
|
|
Dinsdag 8 februari, Ex. 15: 22-27; Mopperen.
Vaders en moeders zeggen dat nog eens: Houd nu eens op met dat gemopper! Je moest je schamen zo ontevreden te zijn….! Mopperen, dat kunnen we! Altijd is er wel wat waarover je mopperen kunt. De soep is te koud of de aardappelen te warm, de regen is zo nat of de zon schijnt zo fel. Mopperaars, dat zijn we! De Israëlieten, die weten er ook van. Het woord mopperen, morren, komt nog al eens voor in het boek van de uittocht, Exodus! Zo ook in het gedeelte dat vandaag aan de beurt is. Na een paar dagen reizen krijgen de Israëlieten dorst. En er is geen water. Dat wil zeggen: in Mara is er wel wat water, maar dat is zo bitter dat het niet te drinken is. En dan begint het gemopper. Nee, het volk gaat niet bidden. Maar mopperen. En God? Stuurt Hij Zijn mopperend volk weer terug naar Egypte? Nee, hij maakt het bittere water zoet! Zo is God. Hij vergeeft het gemopper van Zijn volk. Hij maakt zoet wat bitter is. Dat is nu genade! In Mara kun je proeven dat God goed is. En in Kana proef je het nog beter! Daar is geen wijn meer op de bruiloft! Wat zal er gemopper zijn! Maar Jezus, zojuist gedoopt, door het water heen gegaan, Hij maakt van water wijn! Drink maar, proef maar God is goed! Water en wijn. Voor mopperaars.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: woensdag 9 februari 2011, 19:53
|
|
|
Woensdag 9 februari, Ex. 16: 11-18; Brood uit de hemel.
Aan het einde van de Tweede Wereldoorlog kwamen ze: de vliegtuigen met meel uit Zweden. Boven een hongerig Nederland werd het gedropt. Met pakken viel het uit de lucht. Brood uit de hemel! In de woestijn tussen Egypte en Kanaän gaat het nog veel wonderlijker. Daar valt elke morgen brood uit de hemel! Het lijkt wel dauw. Kleine korreltjes die zeer geschikt zijn om te bakken en te koken. En bovendien zijn er op een avond ook nog eens zwermen vogels: kwakkels, die neerstrijken op de legerplaats. Vlees, zo maar voor het grijpen! Wat dat nu allemaal precies was, hoe dat mogelijk was, daar in die woestijn, ach, dat is allemaal niet zo belangrijk. Het volk wordt gevoed, elke dag. Het komt niets te kort. Dat kun je je gerust een wonder noemen! Brood uit de hemel! In het Johannesevangelie lezen we dat Jezus zichzelf vergelijkt met het manna. ‘Ik ben het levende brood dat uit de hemel neergedaald is. Indien iemand van dit brood eet, hij zal in eeuwigheid leven.’ Op de weg naar het beloofde land is er brood. Brood en hemel. Jezus. Elke dag opnieuw geeft Hij kracht om door te gaan. Nee, verwacht geen overvloed. Geen honing en melk, geen druiven en olijven. Dat komt straks. Nu is Hij er, onze Heiland. Brood. Meer niet. Maar het is precies genoeg. Genoeg om door te gaan. Zijn land tegemoet.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: donderdag 10 februari 2011, 21:23
|
|
|
Donderdag 10 februari, Ex. 17: 8-16; Steun.
Wat is er in de kerken veel kritiek. Kritiek op dominees en ouderlingen, op de synode en ga zo maar door. En als je eerlijk bent moet je bekennen dat het niet altijd de anderen zijn die daar aan mee doen… Het volk Israël is in oorlog met de Amalekieten. En wat doen Aäron en Hur? Hebben ze kritiek op Mozes, de leider van het volk? Nee, ze steunen hem! En zolang ze hem steunen, kan Mozes zijn handen opheffen tot God. Zo wordt de strijd gewonnen. Dankzij de ondersteuning, dank zij die twee Aäron en Hur. Misschien zien wij veel te weinig dat de gemeente van Christus ook in een gevecht gewikkeld is. Nee, niet de Russen of de Amerikanen, niet met een vijand van vlees en bloed. Maar met machten die ons verhinderen op weg te gaan naar Gods beloofde land. Rijkdom, hoogmoed, liefdeloosheid, ongeloof geweld. Kijk maar eens om je heen, kijk maar eens in deze wereld rond. Mensen worden gemarteld, uitgebuit, verleid om slaaf te worden van de werken der duisternis. En daar hebben wij tegen te vechten! De kerk, dat is één grote protestbeweging tegen het kwaad, de duisternis! Dat houdt niemand in z’n eentje vol. Daar heb je steun bij nodig. Wij allemaal, wij kunnen niet zonder elkaar. Kritiek is er al genoeg in de wereld. En verdeeldheid ook. Maar alleen waar mensen samen komen om elkaar te ondersteunen in het grote gevecht tegen de duisternis, dáár komt de overwinning!
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: vrijdag 11 februari 2011, 19:14
|
|
|
Vrijdag 11 februari, Ex. 19: 16-25; Vuur en donder.
Als je dit Bijbelgedeelte leest, krijg je nu niet bepaald de indruk dat God zo’n liefdevolle Vader is. Rook en vuur, zware donderslagen en het geluid van een bazuin… Om bang van te worden! Is God zo? Ja, zo is God óók. Als je wilt weten hoe God is, doe je er goed aan ook naar deze woorden te luisteren. God is niet zonder meer een aardige lieve Vader in de hemel. Dat is Hij óók! Jezus heeft ons niet voor niets geleerd om te bidden: Onze Vader die in de hemelen zijt… Maar God is óók de Rechter, de Machtige, de Verhevene, de Koning! Hij is heel dichtbij. Maar ook ver weg. Hier, bij de berg Sinaï, de berg Horeb, hier laat God zien hoe Hij machtig is: machtig zeer machtig en zeer bedreven! Maar tegelijkertijd is Hij de Vader, de Bevrijder! ‘Ik ben de Here, uw God, die u uit het land Egypte, uit het duisternis, geleid heb!’ Vuur en donder. Daarvan lees ik ook in het Nieuwe Testament. In het boek Handelingen wordt verteld hoe de Heilige Geest wordt uitgestort. Vuur op de hoofden van de discipelen! Geluid als van een sterke wind! Het lijkt de berg Sinaï wel! Daar sluit God een nieuw verbond! Daar wordt aan Zijn volk de Geest gegeven. Gods Woord in het hart van mensen uitgestort! Maar het is dezelfde God: de Verhevene, de Machtige, die tegelijkertijd de Vader is, de Liefde zelf! Wie voor God ontzag heeft. Behoeft voor Hem niet bang te zijn.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zaterdag 12 februari 2011, 11:13
|
|
|
Zaterdag 12 februari, Ex. 32: 7-14; Berouw.
Iedereen is wel eens driftig. Iedereen krijgt ook wel eens berouw over iets wat gezegd os of gedaan. Dat is, zeggen we dan, heel menselijk. Maar je zou ook kunnen zeggen: het is ook heel goddelijk! Er wordt in de bijbel op een menselijke manier over God gesproken! Dat betekent niet dat God een mens is. Geen sprake van! Het betekent alleen dat God heel menselijk met mensen omgaat. Zo heeft het volk God leren kennen. Niet als een geheimzinnige geest, niet als een mooi idee, niet als de macht van het oneindige, maar als een Vader die een Vriend is. Maar daarom ook boos kan zijn. En verdrietig. In het gedeelte dat we lazen is God boos. Woedend is Hij! Je zou haast zeggen: driftig! Ik wil niets meer met dat volk te maken hebben, zegt Hij! Ik zal het vernietigen! Wat een ongehoorzaam volk! Ik ben jaloers! Moet je zien, Mozes: daar staat een andere god! Een gouden kalf! En Mozes? Mozes bidt. Mozes herinnert God aan Zijn beloften. En dan? Dan krijgt God berouw. Berouw? Ja, dat staat er. Zo menselijk gaat God met mensen om. God krijgt spijt van wat Hij zei. God komt terug op Zijn plan tot vernietiging. Zijn liefde is sterker dan onze schuld!
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zondag 13 februari 2011, 17:05
|
|
|
Zondag 13 februari, Ex. 40: 1-16; Zalven.
Eén woord komt in dit Bijbelgedeelte steeds terug: zalven. De tabernakel moet gezalfd worden. Het brandofferaltaar moet gezalfd worden. Het wasvat moet gezalfd worden. En de zonen van Aäron, de hogepriester, moeten gezalfd worden. Alles wat met de dienst aan God te maken heeft, wordt gezalfd. In het oosten was dat een bekend gebruik. Mensen of dingen die erg belangrijk waren, werden gezalfd. Uit een hoorn of kruik liet men dan heerlijk ruikende olijfolie stromen. Dat was en teken van eerbied, van toewijding. Zo werden ook koningen en profeten gezalfd. Zij hadden een bijzondere plaats te midden van het volk. Zij moesten het volk leiden op de weg van Gods geboden en beloften. Zo is een Christen ook een gezalfde. Het griekse woord Christus betekent: gezalfde. Jezus is de priester, de koning, de profeet. En Zijn gemeente is Gods tempel, Gods tabernakel, de plaats waar Hij wil wonen. Christenen zijn gezalfden, mensen die toegewijd zijn aan Gods eer. Priesters, koningen en profeten, met een bijzondere taak in deze wereld. Wij mogen getuigen zijn van Zijn Koninkrijk. Herauten van de vrede. Boodschappers van het heil. In woorden en in werken. Gezalfden van God. Denk niet dat het gemakkelijk is om zo’n gezalfde te zijn! Offeren, strijden en profeteren, dat vraagt geduld, liefde, volharding. Maar gelukkig, je behoeft het niet alleen te doen! De hele tabernakel werd gezalfd! De gemeente van Jezus in deze wereld is Gods tempel. We zijn samen geroepen: priesters, koning en profeet te zijn!
|
|
Naar boven |
|
|
|
|
|
|
|
|
|