Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: woensdag 6 augustus 2014, 19:58
|
|
|
Maandag 21 Juli, Richteren 1: 22-36; Betel of Betelem.
Op de klank af kijkt dit wel een tekst uit het kerstevangelie. Over Jozef, die ook optrok naar Betlehem. Maar zover is het nog lang niet. Met Jozef worden de noordelijke stammen bedoeld. Na Juda en Benjamin komen die stammen nu ook in beweging om een woongebied veilig te stellen. Daarbij grijpen ze echter stuk voor stuk naar het middel van etnische zuivering. In de stad Betel vindt zelfs een genocide plaats, na het verraad van een inwoner. Zou die man onder dwang zijn stad verraden hebben? Het is in elk geval opvallend, dat hij geen vriend wordt van de stammen van Jozef. Hij laat hen zo snel mogelijk achter zich om in het land van de Hetieten te gaan wonen. Daar sticht hij een soort Nieuw-Betel. De andere stammen hebben minder ‘succes’. Zij weten de autotochtone bevolking wel aan zich te onderwerpen, maar in verdrijven zijn ze niet erg goed. Hoewel ze daarmee tegen de directe wil van God ingaan, zou het kunnen dat zij juist de diepere genadige wil van God volgen. Zo zouden ze meer op weg zijn naar Betlehem en de God van Betlehem. Ook Jozef trok op. Niet tegen Betel, maar naar Betlehem. Dat moet ook voor ons de richting blijven, want Jezus is de Heiland der wereld. Elk volk zal hem aanbidden!
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: donderdag 7 augustus 2014, 20:06
|
|
|
Dinsdag 22 Juli, Richteren 2: 1-9; Om te huilen.
Bokim betekent ‘huilplek’. Waarom huilen die Israëlieten zo? Omdat ze onder de indruk zijn van een Engel, die opduikt als belangrijkste spreker op een landdag, waar ze samen de situatie in het beloofde land evalueren. Eigenlijk zijn ze best tevreden met het bereikte resultaat. Maar de Engel laat weten, dat zij veel duidelijker afstand moeten nemen van de inwoners van het land, hun altaren moeten afbreken en geen verbond met hen sluiten. Kortom: houdt afstand en ga die heidense godsdienst zoveel mogelijk tegen. Want als de Israëlieten nu al stoppen met zich te profileren als volk van God, en daarmee als mensen die anders hun weg gaan, zullen ze in de toekomst nog veel problemen krijgen, waarbij ze niet op de steun van God meer hoeven te rekenen. Op die boodschap reageert men heel emotioneel. Omdat men zich bewust is, dat je zonder God nergens bent. Al helemaal niet in zo’n heidense omgeving. Maar al die heidense mensen opruimen als ging het om iets als de vogelpest? Is dat niets iets om te huilen? Kan dat nu de wil van God zijn? Ze huilen en brengen God offers. Iets van: ‘Heer, blijf bij ons en leer ons U trouw zijn, persoonlijke en als gemeente midden tussen al die vogels van vreemde pluimage.’ Dat is altijd veel moeilijker. Dat kan alleen maar met veel gebed. Anders ben je het geloof zo kwijt. En ja, dat is pas echt om te huilen.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: vrijdag 8 augustus 2014, 20:39
|
|
|
Woensdag 23 Juli, Richteren 2: 10-23; Goede tijden, slechte tijden.
Bevrijd worden door God is één ding, maar elke dag heel praktisch leven voor het aangezicht van God – dat is nog iets heel anders. Daarmee hebben de stammen van Israël in het beloofde land grote moeite. Volgens de schrijver van dit bijbelboek wisselen goede tijden en slechte tijden zich als volgt af:
1.Het gaat economisch goed, met laat God vervolgens achter zich als overbodig en sluit vriendschap met de heidense buren en hun relegie. 2.God wendt zich ook af en geeft hen prijs aan plunderaars en andere fijne buren. 3.Men kermt tot God de voering van de keel. 4.God is bewogen en zorgt voor een soort Mozes-figuur, in deze tijd richter genoemd. Dat is een man met veel charisma, wiens taak is bevrijden, recht spreken en zorgen voor orde. Daarna gaat het meestal één generatie goed. Maar dan begint de zaak weer van voren af aan. Goede tijden zijn voor ons mensen bijna altijd valkuilen. Van slechte tijden leer je meestal veel meer, want dan besef je al gauw je grenzen en mogelijkheden. En ja, dat is Gods bedoeling. Het is beschamend, dat het ook bij ons blijkbaar vaak zo werkt. Pas als je in een ziekenhuis ligt begin je weer te kermen. Soms inderdaad de voering uit je keel.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zaterdag 9 augustus 2014, 21:00
|
|
|
Donderdag 24 Juli, Richteren 3: 5-11; Ben je beschikbaar?
Otniël kennen we als de wat schuchtere echtgenoot van Aksa. Een man die beter is in het vechten dan in het onderhandelen met zijn schoonvader. Ieder zijn gave. Maar het zal niet toevallig zijn, dat de Geest van God juist hem als eerste roept en inschakelt om Israël te verlossen en Kusan uit Mesoptanië. Deze man had de bijnaam Risataïm. Oftwel: de dubbele kwaaie. Dat is inderdaad een mooie klus voor Otniël, denk je. Zeker, als we daarbij voor ogen houden, dat in alles de Here God zelf de regie houdt. God zelf is het, die Otniël roept. Letterlijk staat er: die hem werkte, of verwekte. Kennelijk was ook Otniël inmiddels een beetje burgerlijk geworden. En Aksa ook. Zo gaat dat vaker. Gaandeweg raak je het enthousiasme van je jeugd kwijt en ga je alleen nog voor je huis en je caravan. Maar dan raakt God hem ineens weer aan. God, en niet Aksa met haar lef en beslistheid. Otniël laat zich roepen en stelt zich weer beschikbaar voor God. En God rust hem toe met de gaven van zijn Geest. Daarna volgt een periode van veertig jaar rust. Veertig is vaak het getal van Gods geduld. ‘Het leven, deze aarde / de adem in en uit / het is van Gods genade / en zijn lankmoedigheid.’
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zondag 10 augustus 2014, 20:21
|
|
|
Vrijdag 25 Juli, Richteren 3: 12-30; Links.
Na achttien jaar onderdrukt te zijn door Eglon, de koning van Moab, staat Israël het water aan de lippen. Ze schreeuwen tot God om hulp. En die hulp komt in de persoon van Ehud, een man die links was. Bedoeld is natuurlijk linkshandig, zoals als veel mannen van de stam van Benjamin dat waren. Maar bij de moord op een zwaarlijvig tiran denk je al gauw aan een actie van links. Was Ehud ook politiek links? Voor de moord op Eglon lezen we in elk geval geen directe opdracht van God. Ook niet of Ehud een kerkganger was. Het lijkt vooral een slimme en dappere actie van Ehud zelf. Door eerst mooi weer te spelen, keurig de schatting af te dragen, heeft niemand argwaan als hij even later op z’n eentje terugkomt. Eglon gaat zelfs uit eerbied staan als Ehud zegt, dat hij een woord van God voor hem heeft. Maar in plaats van iets te zeggen, grijpt Ehud met zijn linkerhand het korte tweesnijdende zwaard en stoot dat zo diep in mogelijk in het zware onderlijf van Eglon. En dan stilte. Snel maakt hij zicht uit de voeten en blaast op de hoorn, overtuigd dat God met hem is. En zo blijkt de linkse Ehud een man Gods te zijn. Via hem geeft God het land rust, zelfs tachtig jaar.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: maandag 11 augustus 2014, 20:10
|
|
|
Zaterdag 26 Juli, Richteren 3: 31; De richter met de ossestok.
Nummer drie in de reeks van bevrijders of richters van God is een zekere Samgar. Zijn afkomst is een beetje dubieus, want Anat is de naam van een Kanaänietische godin. Was Samgar zelf ook een Kanaäniet? Dat zou best kunnen. Op deze mensen rustte al heel lang (Genesis 9) een vloek van God. Maar kennelijk kan het ook anders gaan en verandert vloek ook wel eens in zegen, want Samgar kiest partij voor het volk van God. Slechts gewapend met een ossestok ramt hij er op los. Maar liefst zes honderd keer slaat hij raak. Van Samgar weten we verder niets. God bedient zich soms van vreemde verlossers. Niet alleen geoefende vechtjassen als Otniël, kennelijk ook een Samgar met zijn ossestok. In Israël is met hem niet vergeten. Wat sloeg die Samgar de onbesneden Filistijnen met de stok, waarmee hij gewend was zijn besneden stieren te bestieren. Mooie richter die Samgar! De richter met de stok. Achter hem zie je onwillekeurig de contouren oplichten van de Goede Herder, die in de bres springt voor zijn schapen en zelfs zijn leven voor hen geeft. Jezus Christus! Ik vrees geen kwaad, want Gij zijt bij mij. Uw stok en uw staf, die vertroosten mij.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: dinsdag 12 augustus 2014, 20:37
|
|
|
Zondag 27 Juli, Richteren 4: 1-10; Een man is ook maar een mens.
Waarom wil Barak per so dat Debora met hem mee gaat? Dat maakt geen sterke indruk. De man is toch geen kind meer? Nee, dat is hij zeker niet. Maar de vijand tegen wie Barak moet optrekken, beschikt over maar liefst 900 ijzeren strijdwagens. Barak beseft dat er voor hem geen beginnen aan is, tenzij God zelf aan de spits treedt. Alleen dan is hij bereid het slagveld in te gaan. Daarom wil hij Debora mee hebben. Omdat hij haar kent als een profetes van God, die altijd heel goed aanvoelt wat de wil van God is. Daardoor had Debora is het noorden van Israël ook een positie gekregen van rechtspreker en nu ook van richteres. Barak beseft: er moet iemand biddend achter me staan. Iemand met visie en geloof. Ook mannen zijn maar mensen. Ook hun kracht is heel beperkt. Dat heeft Barak heel goed begrepen. Met onze macht is het niets gedaan. Jezus zegt later: ‘Zonder Mij kunt gij niets doen!’ Daarom wil Barak niets beginnen zonder de steun en de hulp van Debora. Omdat hij niets zonder God wil doen. Dat daarmee de eer van de overwinning wel eens in vrouwenhanden kan vallen, is niet iets waarover Barak zich ooit zal hoeven te schamen. Wij ook niet.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: woensdag 13 augustus 2014, 20:26
|
|
|
Maandag 28 Juli, Richteren 4: 11-24; De hand van een vrouw.
Als God voor je uit gaat, hoef je voor geen enkel gevecht bang te zijn. Zelfs niet voor Sisera met zijn ijzeren strijdwagens. Plotseling breekt er een kolossaal noodweer uit (5:21) waardoor de beek Kison, waar Sisera zijn opwachting maakt, overvol raakt en de grond verandert in een grote modderpoel. Aan ijzeren strijdwagens heb je dan niets meer, want die lopen overal vast. Hij verlaat daarom snel zijn strijdwagen en vlucht te voet richting de familie van Cheber, niet ver van het strijdtoneel. Daar haalt Jaël hem ogenschijnlijk vriendelijk in haar tent. Maar als de man slaapt, slaat ze een houten pin dwars door zijn hoofd. Heeft Jaël gehoord van wreedheden van de man of heeft zij misschien ook zelf daar onder geleden? Hoe dan ook, als Barak hijgend komt aanlopen, is alles al gebeurd. Zo gaat het heel vaak. Als het erop aan komt doet God zelf het beslissende. Niet via en mannenhand, maar via een vrouwenhand. Hier via een eenvoudige vrouw als Jaël. Zoiets had Debora al gezegd. Goed, dat Barak haar had meegenomen. De God van Debora heeft hem niet teleurgesteld.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: donderdag 14 augustus 2014, 19:52
|
|
|
Dinsdag 29 Juli, Richteren 5: 1-11; Moeder in Israël.
In onze samenleving is moeder zijn puur iets wat tot het privé-leven behoort. Het geldt niet als beroep of belangrijke werkervaring, het telt niet mee op je C.V. In Israël was dat heel anders. ‘Moeder in Israël’ was zo’n beetje de belangrijkste titel, die vrouwen konden verwerven. Want dan bouwde je Israël letterlijk. Met zonen en dochters. Zo is ook Debora zich haar rol als leider en bouwer van het volk bewust. Geen man durfde zijn speer op te heffen, zingt zij. De wegen en dorpen lagen er verlaten bij. Iedereen was bang, er waren geen leiders. Nergens waren er mannen die de strijd durfden aanbidden en aan het volk leiding durfden geven. Maar toe stond Debora op. God dééd haar opstaan. Als een ware moeder in Israël! Je hoort niet of je zelf veel kinderen had. Dan kan, maar mogelijk had ze helemaal geen kinderen. Beslissend is vooral of je het volk hebt willen dienen en helpen bouwen. Mét kinderen of zonder. Het gaat uiteindelijk ook niet alleen om baren, maar om bouwen. En niet elke moeder van Israël is ook een moeder in Israël en voor Israël. De laatsten ontvangen allemaal de eretitel. Zo ook Debora. Zij is een moeder in Israël. Daarvoor dankt zij God met heel haar hart.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: vrijdag 15 augustus 2014, 20:13
|
|
|
Woensdag 30 Juli, Richteren 5: 12-23; Vergaderen.
Het is duidelijk, dat de stam van Ruben het er in de ogen van Debora niet goed van afbrengt. Terwijl van alle kanten hulptroepen aansnelden, zelfs van kleine onbeduidende stammen als Benjamin, Zebulon en Issaschar, waren er ook stammen, die gewoon wegbleven. Zo hoor je bijvoorbeeld helemaal niets van Juda. En ‘Aser zat aan het strand’, zo lees je letterlijk. Dat zijn de mensen die meestal op het ultieme moment zeggen: ‘Nu even niet!’Onder de Rubenieten is men kennelijk vooral goed in vergaderen en amenderen. Zij voelen niet voor een samen-op-weg. Daarvoor hebben ze vele redenen, waarover ze kennelijk eindeloos met elkaar overleggen. Misschien zijn al die overleggingen ook best steekhoudend. Maar al die Statenvertalers vertaalden gewoon met ‘inbeeldingen des harten’, omdat zij met al hun vergaderen niet zelf in beweging komen, maar blijven zitten tussen hun veestallen, bij het vertrouwde geluid van hun herderspalmen en het geblaat van hun kudden (SV). Op de krijgsbazuin van Debora reageerden zij in elk geval niet. Maar gelukkig was er een vrouw als Debora. En een man als Barak, afkomstig uit de totaal geminachte stam van Naftali. Zij deden gewoon wat ze moesten doen. Zij maakten het verschil. En zo werd Israël weer volk van God.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zaterdag 16 augustus 2014, 21:17
|
|
|
Donderdag 31 juli, Richteren 5: 24-31; Als een opgaande zon.
Zo vermoeiend de zon rond de middag kan zijn, zo aanstekelijk is ’s morgens vroeg de opgaande zon. Om je heen merk je, dat het donker het verliest van het licht. Wie lag te tobben, krijg weer moed. Wie zich hopeloos alleen voelde, ziet weer omtrek. ‘Laat ’s morgens uw genade dagen / voor ogen die het donker zagen. Debora is kennelijk ook een vroege vogel. In elke geval heeft zij iets van een opgaande zon. Inspirerend en bemoedigend! Een zon die prikkelt en met vreugde doet opstaan. Volgens haar worden allen die God liefhebben de dingen van het leven steeds duidelijker. Als de opgaande zon. Zij onderscheiden waarop het aankomt en zijn niet bang een tiran als Sisera uit te schakelen. ‘Jaël, je bent gezegend onder de vrouwen!’ Je maar, kun je dat dan maar zo zeggen? Heeft Debora dan helemaal geen vragen bij Jaëls optreden? Kennelijk niet. Daarvoor hebben te veel mensen geleden onder Sisera, zijn afschuwelijke moeder en arrogante hofdames. Zij praten over Sisera’s geweld, over zijn geplunder en verkrachten als iets heel normaals. Zulke vrouwen hebben geen toekomst. Gods vijanden vergaan.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zondag 17 augustus 2014, 20:33
|
|
|
Vrijdag 1 Augustus, Richteren 6: 1-13; Leef bij wat God zegt.
Gideon is niet iemand bij wie je met vrome praatjes moet aankomen. Het is overal in het land een janboel en niemand is in staat het land te verdedigen. Groepen pluderende Midinieten en Amelekieten trekken ongehinderd het land door en oefenen overal een ware terreur uit. In de oogsttijd kun je op ze wachten. Alles nemen ze mee, niets laten ze achter. Voor Gideon is dat reden om zijn tarwe niet in het open veld te dorsen, maar in het geheim in een wijnperskuip. Daar vindt de Engel van God hem en zegt tegen hem: De Here is met u! Nu, daar heeft Gideon hele grote twijfels over. U twijfelt misschien ook, omdat alles waarmee u tobt toch geen signaal is van Gods aanwezigheid? Soms lijkt er geen eind aan te komen. Dan is het weer dit en dan weer dat. Gideon schudt zijn hoofd. ‘De Here heeft ons verstoten,’zegt hij. De Here heeft ons prijsgegeven. Vroeger hoorde je nog wel eens van een bijzondere ingreep van God. Maar nu? Een heel begrijpelijke klacht. En toch: leef niet bij wat je ziet, maar bij wat God zegt! Hij is en God van nabij. Daar staat Jezus Christus voor in.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: maandag 18 augustus 2014, 20:15
|
|
|
Zaterdag 2 Augustus, Richteren 6: 14-24; De jongste.
Het is niet zeker altijd een voordeel als je de jongste thuis bent. Zeker niet als een hele rij broers en zussen voor je uit zijn gegaan, die haast allemaal de trots van je ouders zijn. Altijd mooie cijfers op school, snelle studeerders, nette verkeringen, goed banen. En toen kwam jij nog. Op elke school of kring ben je ‘de zus van’ of ‘de broer van’. Daar kun je best een beetje faalangst van oplopen. Heeft Gideon daar ook last van? Als de engel hem in Gods naam opdraagt om Israël te gaan verlossen, is het enige wat hij weet uit te brengen: mijnheer, ik kan niet veel. Ik ben je jongste thuis. Mijn familie heeft ook niet veel in te brengen hier. Ik, wij, wij stellen niets voor. Op zichzelf is het een heel begrijpelijke reactie, maar wel helemaal mis. Zeker als God je roept en je een taak geeft. Soms een heel bijzondere of een heel zware taak. In je familie bijvoorbeeld of in de zorg om iemand die aan je toevertrouwd wordt. Of als lid van de kerkenraad. Ik kan dat niet? Ik ben nog zo jong? Tel niet je gaven of bekwaamheden, maar tel de beloften van God. Als Hij je zendt, dan ben je geschikt. En voor moedeloze mensen staan er genoeg beloften in de bijbel.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: dinsdag 19 augustus 2014, 20:38
|
|
|
Zondag 3 augustus, Richteren 6: 25-32; Inspirerende jongeren.
Gideons vader is een slimme man. Hij voelt er niets voor om zijn zoon uit te leveren. Als burgemeester van het dorp heeft hij kennelijk een tijd meegedaan met de verering van Baäl, een verleiding waaraan veel bestuurders geen weerstand konden bieden. Ze voelen zich vaak gedrongen vanwege hun baan en positie met de trends van de tijd mee te gaan. Blijkbaar was Gideons vader ook zo’n type. Maar nu Gideon met tien knechten het Baälaltaar totaal vernield heeft, en op die plaats een altaar voor God heeft gebouwd, en de gewijde Asjerapaal tot brandhout gehakt, vallen Joas de schellen van de ogen. Wat een onzin is dat Baälgeloof feitelijk. Wat een dwaas ben ik daar achteraan te lopen. Als Baäl echt een god is, dan hoeven wij toch niet voor hem te vechten? Dat is een heel logische redenering. Of is het de Geest van God waardoor deze man de dingen opeens zo scherp ziet? Door de geloofsdaad van Gideon! Joas is zeker niet de enige die door het geloof van zijn zoon de weg naar God terugvindt. Al ben je de jongste thuis, geneer je niet. Het geloof van jongeren kan heel inspirerend zijn voor een oudere generatie bij wie het geloof vrijwel helemaal weggezakt is.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: donderdag 21 augustus 2014, 20:02
|
|
|
Maandag 4 augustus, Richteren 6: 33-40; Teken van God.
Het begint nu echt spannend te worden. Een groot leger van Medianieten en hun bondgenoten trekt het noorden van Israël binnen. En na zeven jaar blaast eindelijk weer eens iemand op de hoorn. Het is Gideon uit Ofra, de man met de nieuwe naam Jerubaäl. Vervuld met de Geest van God is hij even alle onzekerheid en faalangst voorbij. Wat niemand durft, dat durft Gideon. Maar dan slaat de onzekerheid op eens weer toe. Here, schenk me een teken! Bevestig mijn geloof! Zie, ik leg een vlies wol op de dorsvloer buiten. En als ik nu het vlies nat is en de grond droog…, dan zal ik weten, dat Gij door mijn hand Israël verlossen wilt. Maar de andere dag is dit teken van God al niet meer goed genoeg. Hij vraagt om nóg een teken. Iets wat moeilijker voorstelbaar is. En weer is God hem ter wille. Dan houdt hij op met vragen. Zou nu alle onzekerheid bij hem weg zijn of ziet hij in, dat hij het zo niet moet doen? Wat heeft God soms toch een geduld met ons, als we ergens heel erg tegenop zien en verlangen naar een extra teken van Hem. Zie op Jezus en zie op het kruis! Laat het teken van het kruis genoeg voor je zijn om ook vandaag je vertrouwen op God te zetten en veel van Hem te verwachten.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
CORNEEL767
|
Berichten: 54
|
Geplaatst: donderdag 21 augustus 2014, 23:57
|
|
|
MARIO216 schreef: | Maandag 4 augustus, Richteren 6: 33-40; Teken van God.
Het begint nu echt spannend te worden. Een groot leger van Medianieten en hun bondgenoten trekt het noorden van Israël binnen. En na zeven jaar blaast eindelijk weer eens iemand op de hoorn. Het is Gideon uit Ofra, de man met de nieuwe naam Jerubaäl. Vervuld met de Geest van God is hij even alle onzekerheid en faalangst voorbij. Wat niemand durft, dat durft Gideon. Maar dan slaat de onzekerheid op eens weer toe. Here, schenk me een teken! Bevestig mijn geloof! Zie, ik leg een vlies wol op de dorsvloer buiten. En als ik nu het vlies nat is en de grond droog…, dan zal ik weten, dat Gij door mijn hand Israël verlossen wilt. Maar de andere dag is dit teken van God al niet meer goed genoeg. Hij vraagt om nóg een teken. Iets wat moeilijker voorstelbaar is. En weer is God hem ter wille. Dan houdt hij op met vragen. Zou nu alle onzekerheid bij hem weg zijn of ziet hij in, dat hij het zo niet moet doen? Wat heeft God soms toch een geduld met ons, als we ergens heel erg tegenop zien en verlangen naar een extra teken van Hem. Zie op Jezus en zie op het kruis! Laat het teken van het kruis genoeg voor je zijn om ook vandaag je vertrouwen op God te zetten en veel van Hem te verwachten. | dank je wel
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: vrijdag 22 augustus 2014, 21:05
|
|
|
Dinsdag 5 augustus, Richteren 7: 1-8; Te veel hulptroepen.
In onze tijd kunne we beschikken over veel mensen en mogelijkheden, helpers en hulptroepen. Dat is op zichzelf natuurlijk prachtig, maar het ontneemt je ook wel eens onbedoeld je afhankelijkheid van God. Je bent soms meer bezig met regelen dan met bidden. Het kan zelfs om zoveel helpers gaan, dat God bijna overbodig wordt. Of anders gezegd er is te veel krijgsvolk. Je ziet de hand van God niet meer. Daar is het volk Israël niet meer geholpen. En wij ook niet. Gideon moet daarom van God de meeste hulptroepen naar huis sturen. Dat zal hij niet gemakkelijk gevonden hebben. Om zich heen telde hij er wel maar liefst ongeveer 32.000, maar bij zijn tegenstander waren er maar liefst 135.000. Eerst mogen alle bange mensen naar huis. Van die mogelijkheid maken velen meteen gebruik. Gideon houdt er nog 10.000 over. Maar God zegt dat het er nog te veel zijn. En zo blijven er uiteindelijk nog maar 300 mannen over. Om te redden heeft God niet veel hulptroepen nodig. Uiteindelijk rest en bevrijdt Hij een wereld door slechts één Man, Jezus Christus. Maar die Ene telt dan ook voor duizend. Loop bij alle hulp die u mogelijk nodig hebt niet aan Hem voorbij! Denk aan Jezus’ woord: Zonder Mij kunt gij niets doen!
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zondag 24 augustus 2014, 20:19
|
|
|
Woensdag 6 augustus, Richteren 7: 9-22; Daar lag de tent.
Dromen kunnen iets van een nachtmerrie hebben. Je wordt totaal verstijfd wakker en je voelt je vreemd wanhopig. Wat is er gebeurd en waar slaat het op? Zoiets overkomt ook een Midianitische soldaat. Hij ziet een gerstebrood – symbool van de tarwe dorsende Gideon – tegen de tent aan slaan. Bedoeld zal zijn: tegen de commandotent midden in de legerplaats. Of denkt de man aan zijn eigen legertentje? Hoe dan ook, de tent gaat eraan. ‘En daar lag de tent,’zegt hij sidderend van angst tegen zijn makker, die kennelijk door hem ook wakker geworden is. Voor Gideon is dit opnieuw een geweldige bemoediging van God. Hij is bepaald geen angsthaas, maar hij is wel een mens, die God elke keer opnieuw een hart onder de riem moet steken. Met het geloof van gisteren kan hij vandaag geen gevecht winnen. Maar dan is hij ook voor niets en niemand meer bang. Voor de overwinning hoeft hij echter nauwelijks te vechten. Het is slechts fakkelzwaaien en op de hoorn blazen. Voor de Here en voor Gideon! En even later: daar lag de tent! Daar lagen de Midianieten. “t Is Israëls God die krachten geeft / van wie het volk zijn sterkte heeft / looft God, elk moet Hem vrezen.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
ANNETTE050
|
Berichten: 1331
|
Geplaatst: zondag 24 augustus 2014, 20:31
|
|
|
MARIO216 schreef: | Woensdag 6 augustus, Richteren 7: 9-22; Daar lag de tent.
Dromen kunnen iets van een nachtmerrie hebben. Je wordt totaal verstijfd wakker en je voelt je vreemd wanhopig. Wat is er gebeurd en waar slaat het op? Zoiets overkomt ook een Midianitische soldaat. Hij ziet een gerstebrood – symbool van de tarwe dorsende Gideon – tegen de tent aan slaan. Bedoeld zal zijn: tegen de commandotent midden in de legerplaats. Of denkt de man aan zijn eigen legertentje? Hoe dan ook, de tent gaat eraan. ‘En daar lag de tent,’zegt hij sidderend van angst tegen zijn makker, die kennelijk door hem ook wakker geworden is. Voor Gideon is dit opnieuw een geweldige bemoediging van God. Hij is bepaald geen angsthaas, maar hij is wel een mens, die God elke keer opnieuw een hart onder de riem moet steken. Met het geloof van gisteren kan hij vandaag geen gevecht winnen. Maar dan is hij ook voor niets en niemand meer bang. Voor de overwinning hoeft hij echter nauwelijks te vechten. Het is slechts fakkelzwaaien en op de hoorn blazen. Voor de Here en voor Gideon! En even later: daar lag de tent! Daar lagen de Midianieten. “t Is Israëls God die krachten geeft / van wie het volk zijn sterkte heeft / looft God, elk moet Hem vrezen. |
Dank, Mario, wat een heerlijk stuk om te lezen nu op het forum.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: maandag 25 augustus 2014, 20:20
|
|
|
Donderdag 7 augustus, Richteren 7: 23- 8: 3; Ga voor een nalezing.
De nalezing van een oogst is meestal maar een schamel beetje vergeleken met de oogst zelf. Het zal niet vaak voorkomen, dat de nalezing de oogst zelf overtreft. Maar het kan wel. Het hangt erg af van de weeromstandigheden. Gideon heeft het kennelijk ook wel eens meegemaakt. In elk geval grijpt hij bewust naar dit beeld om zijn Efraïmitische broeders een beetje te kalmeren. Ze zijn heel boos op hem, dat hij hen niet tijdig heeft geroepen voor de strijd. Pas vrij laat, toen de beslissing al gevallen was en de oogst binnen, verschenen zij op het toneel. Maar, zegt Gideon, heeft God niet in jullie macht de twee koningen Oreb en Zeëb gegeven, terwijl ik met mijn 300 mannen alleen maar voor wat paniek heb gezorgd? Dat heeft Gideon heel wijs gezegd. De Efraïmieten kalmeren ook meteen. Een nalezing kan nog veel opleveren. Op zichzelf is dat een heel hoopvolle gedachte als je wat ouder aan het worden bent. Mogelijk stelt u wat teleurgesteld vast dat de oogst van uw leven inmiddels achter u ligt. Wacht nog even, er is misschien nog een nalezing. En die kan nog wel eens heel rijk uitvallen. Zeker als de oogst maar schamel was. Verwacht heel veel van God. Ga voor een nalezing!
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: dinsdag 26 augustus 2014, 20:20
|
|
|
Vrijdag 8 augustus, Richteren 8: 4-21; Wraak.
Een oorlog is altijd afschuwelijk, ook als die niet meer te vermijden is, bijvoorbeeld om een jarenlang onderdrukt volk te bevrijden. Maar nette oorlogen zijn er niet. men slaat al gauw door en ook bevrijders maken veel slachtoffers. Op dat punt is Gideon helaas geen uitzondering. Met zijn 300 manschappen volgt hij de Midianieten tot diep in hun eigen gebied. Opeens merkt je echter, dat hij kennelijk ook nog een persoonlijke rekening heeft te vereffenen, want wat is er met zijn broers gebeurd op de berg Tabor? Zijn ze daar gemarteld misschien, zijn ze daar opgehangen? Gideon is in elk geval persoonlijk zeer geraakt. Dan moet je altijd extra oppassen voor wraak en blinde haat. Voor je er erg in hebt maakt je jezelf ook schuldig. Zo zie je dat ook bij Gideon. De gedachte aan zijn broers heeft hem duidelijk heel bitter gestemd. Op de terugweg is niemand meer veilig voor hem. De inwoners van Sukkot en Penuël pakt hij veel te hard aan. Zo gaat dat nu altijd in een oorlog. Op een bepaald moment loopt alles door elkaar. En de edelste mensen worden beesten. Laat het zover in ons leven niet komen. ‘Mij komt de wraak toe,’ zegt God, ‘Ik zal het vergelden!’ Kunnen wij het aan God overlaten?
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: woensdag 27 augustus 2014, 20:00
|
|
|
Zaterdag 9 augustus, Richteren 8: 22-35; Hoed je voor zelfcultus.
Als iemand in grote bescheidenheid zegt: ‘Ik heb slechts één verzoek,’ dan moet je meestal goed opletten. Alle kans, dat er iets onmogelijks komt. Met grote beslistheid wijst Gideon eerst het koningschap van de hand. Prachtig! Maar geld wil hij kennelijk wel hebben. En al zijn fans gaan meteen uit hun dak. Er komt een heel groot bedrag bij elkaar. Gideon wil dat graag besteden voor de dienst aan God. Hij laat er echter een efod van maken. Meestal luidt het woord efod op een priesterkleed, maar waarschijnlijk moeten hier aan een fraai gemaakt bijzonder cultusvoorwerp denken. Gideon wil er zijn geboorteplaats Ofra een religieuze opwaardering mee geven. Maar het wordt hem tot een valstrik, want heel Israël maakt vervolgens van Ofra een soort Lourdes. Overal komen de mensen vandaan om bij dat beeld van Gideon hun geloof te belijden. En Gideon laat het zich allemaal aanleunen. De kleinste is hij – met zijn harem en zijn zonen – duidelijk al lang niet meer. Wat loopt het soms raar af met mannen die heel bescheiden begonnen. Opeens schieten ze door in een hang naar zelfcultus. Blijf toch op je plek bij God. ‘Eén ding heb ik van de Here verlangd, dát zal ik zoeken!’ Heb daar genoeg aan!
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: donderdag 28 augustus 2014, 20:44
|
|
|
Zondag 10 augustus, Richteren 9: 1-21; Doornstruikmens.
Wat zijn al die mannen van Sichem onstellende dwazen. Zo dwaas als bomen die enkel een koning willen hebben om zich aan te vergapen en die een beetje boven hen uit zweeft. Geen boom die je zo gek krijgt. Hooguit een doornstruik, maar biedt die aan schaduw of bescherming? Aan een doornstruik doe je je alleen maar pijn. Die geeft niemand bescherming. Jotam kan er niet over uit. Waarom hebben de mannen van Sichem Abimelek tot koning gezalfd? Alleen maar omdat Abimeleks moeder uit Sichem komt. Hij is één van hen en kennelijk verwachten ze daarom ook iets van hem. Maar Abimelek is een man met een hoog doornstruikgehalte; een laffe onderkruiper en een meedogenloze moordenaar. Een zwerver, die alleen uit is op macht voor zichzelf. Zo iemand moet je nooit vertrouwen, al is hij je broer of je neef. Zijn naam – Abimelek, ‘mijn vader is koning’ – is al meteen een leugen. En zijn verhalen zijn leugens. Zijn optreden zaait dood en verderf. Hij is het absolute tegenovergestelde van een herder van naar Gods hart, want die herken je aan dienen en nog een dienen. Bij Hem moet je zijn. Maar hoed je voor zwervers naar macht, al komen ze uit je stad of dorp. Ze brengen alleen maar schade.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zaterdag 30 augustus 2014, 20:30
|
|
|
Maandag 11 augustus, Richteren 9: 22-45; Boze Geest.
Wat Jotan voorspelde zie je zich nu afspelen. Na drie jaar begint het heftig te knetteren tussen de doornstruik Abimelek en de mannen van Sichem. Ze verteren en verslinden erkaar en het eindigt met heel veel doden en een totaal verwoeste stad. Abimelek laat er ook nog eens zakken zout over strooien. Van deze zoon van Sichem mag daar dus nooit meer iets groeien of bloeien. Hoe het zo ver kwam? Dat is een heel verhaal met vele intriges van Zebul, de stadhouder van Abimelek, en een zekere Gaäl, die op een bepaald moment met zijn aanhang campagne begint te voeren. Als hij maar aan de macht is, dan zal alles anders worden. Maar Zebul is ook niet gek en zet Gaäl bewust op het verkeerde been. En weg is de man. Zoals gezegd een heel verhaal, maar achter het verhaal ziet de Bijbelschrijver vooral de hand van God. God zond een boze geest, zegt hij simpel, en de verblinding slaat toe. God had daar nog een paar rekeningen te vereffenen. En zo eindigde de stad in een Dode Zeeachtig scenario. In de psalmen staat kort en krachtig: ‘Wie God verlaat heeft smart op smart te vrezen!’ Daar hoef je geen woord aan toe te voegen.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: maandag 1 september 2014, 19:53
|
|
|
Dinsdag 12 augustus, Richteren 9: 46-57; Vergelding.
Bij God is niet alleen vergeving, maar gelukkig ook vergelding. Aan het huis van Gideon is ontzettend veel kwaad gedaan door Abimelek en de mannen van Sichem, die zo nodig hun stad als ‘de stad van de grote koning’ op de kaart wilden zetten. Daar dienden heel wat onschuldigen voor vermoord te worden. Sichem ligt inmiddels totaal in puin. In het plaatsje Sichem-Toren laat Abimelek eerst nog genadeloos duizend mensen stikken in de rook van takkenbossen. Ook in het stadje Tebes probeert hij met vuur de mensen, die in de toren gevlucht zijn, uit te roken. Maar dan treft hem vanaf het dak een molensteen, gegooid door een vrouw. Iets wat blijkbaar ook nog even ziet. Zo eindigt het leven van deze machtswellusteling, zichtbaar voor iedereen vernederd door een vrouw. Dat is van God, zegt de Bijbel, die verbrijzelde huizen van Sichem en die verbrijzelde hersens van Abimelek. Die zullen geen kwaad meer bedenken. Gelukkig is er niet alleen vergeving, er is ook vergelding. Er komt een dag waarop God zal oordelen en het kwaad dat ons is aangedaan zal rechttrekken. Verdrukkers gaan niet eindeloos vrij uit. En alle verdrukten zal God recht doen. God, niet wij zelf.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: dinsdag 2 september 2014, 20:13
|
|
|
Woensdag 13 augustus, Richteren 10: 1-9; Toewijding.
Het verhaal van de richters Tola en Jaïr is heel wat sneller verteld dan het relaas van nep-koning Abimelek. Aan beide mannen besteedt de bijbel maar een enkel vers. Kennelijk zijn het mannen die gewoon in trouw aan God hun plicht deden. Over zulke mensen hebben kranten en weekbladen meestal niet veel te melden. Over nep-prinsen en dergelijke figuren meestel des te meer. Maar hoe kort de bijbeschrijvers hen ook vermeldt… Tola was een verlosser, zo horen we. In de chaos, die op de dood van Abimelek volgde, stond hij op, een eenvoudige man uit Issaschar. Hij bevrijdde Israël van vijandige dreiging. Ook Jaïr was een richter. Het ging ook deze twee in hun functie er dus om het volk van God te redden en richten. Het was waarschijnlijk niet spectaculair en maar heel plaatselijk, maar toch… Het waren jaren vol verzoeking om de Here achter je te laten en veel te verwachten van afgoden, die zich overal in menigte aanboden. In zo’n tijd dede Tola en Jaïr trouw hun werk. Tola 23 jaar, Jaïr 22 jaar. Het komt bij je dood niet aan op een lang verhaal in de krant, maar of je naam bekend is bij God. Als een mens die Hem toegewijd zijn weg is gegaan. Reddend en richtend. In welke functie dan ook.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: woensdag 3 september 2014, 20:09
|
|
|
Donderdag 14 augustus, Richteren 10: 10-18; Achttien jaar.
Na achttien jaar harde onderdrukking, door vooral de Ammonieten, smeken de Israëlieten God om hulp. Maar wie God aanroept, kan ook wel eens geconfronteerd worden met een paar tegenvragen van God. Dat kan soms heel confronterend zijn. Zo was het in elke geval in Israël. Ze hebben God links laten liggen en zich vergaapt aan de afgoden van geld en genot. Zie nu ook maar dat die je redden, zo is ongeveer de reactie van God. Maar het water staat hen al tot de lippen. Wat kun je dan nog doen? Er is maar één uitweg: God daadwerkelijk laten zien, dat je in de sores van je leven het alleen nog van Hem verwacht. Het laten zien, zoals deze mensen doen. Zij ruimen al hun afgoden op. Er vindt iets plaats als een grondige reformatie van hun hart, hun huis en hun leven. Over bekering kun je duidelijk niet praktisch genoeg denken. En kijk, dat raakt Gods hart. Nu kan ook Hij niet meer passief blijven. Hij krijgt het zelfs te kwaad met ze, zo staat er letterlijk. God kon hun ellende gewoon niet meer aan zien. Op zo’n moment is zijn hulp niet ver meer weg. Daarom: verlies je aan Hem en breng je leven eindelijk eens grondig op orde. Het hoeft geen achttien jaar te duren.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: donderdag 4 september 2014, 20:10
|
|
|
Vrijdag 15 augustus, Richteren 11: 1-11; Vooroordeel.
Jefta moet duidelijk heel veel overwinnen als zijn stambroeders hem komen vragen de leiding te nemen. Wat kon hij eraan doen, dat hij geboren was, omdat zijn vader vreemd was gegaan bij zijn moeder, een prostitueé? Een bepaalde afkomst, bijvoorbeeld wel een moeder maar geen vader, of van huis uit niet kerkelijk, van een andere godsdienst of vul zelf maar iets in, kan je soms geweldige hinderen in de gemeente van God. Zeker als anderen dat aangrijpen om je te passeren bij een bepaalde functie. Jefta werd zelfs door zijn broers uit de familie gezet, hoewel hij van alle broers het meest geschikt was als aanvoeder in de strijd tegen de Ammonieten. Waren ze bevooroordeeld? Schaamden ze zich voor hun vader? Waren ze bang voor een tweede Abimelek? ‘We kennen jouw type,’ zullen ze gezegd hebben. Het moet Jefta veel pijn gedaan hebben. Maar op een bepaalde moment zien ze geen oplossing meer en zoeken ze hem toch op. Jefta, we hebben je nodig! En Jefta? Jefta noemt de naam van de Here God. Kennelijk ziet hij even heel duidelijk Gods hand in zijn leven. God, die hem niet vergeten is. Laatsten worden bij God eersten. Wat je afkomst ook is. Laat dat ons vandaag weer eens gezegd zijn.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
ZEELAND736
|
Berichten: 4863
|
Geplaatst: vrijdag 5 september 2014, 09:31
|
|
|
God, die hem niet vergeten is. Laatsten worden bij God eersten. Wat je afkomst ook is. Laat dat ons vandaag weer eens gezegd zijn.
Een eyeopener voor vandaag...Wat een troost en bemoediging...
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zaterdag 6 september 2014, 20:49
|
|
|
Zaterdag 16 augustus, Richteren 11: 12-29; Liever schrikken dan strijden.
Jefta is geen man die er meteen op los slaat. Het is verrassend hoe uitvoerig en intensief hij probeert de koning van Ammon zo ver te brengen, dat deze zich zonder strijd terugtrekt en Israël verder met rust laat. Het doet pijn modern aan. De hele geschiedenis van zo’n 300 jaar gaat over tafel. Wat is er indertijd precies gebeurd? Was het destijds niet aan de koningen van Moab en Ammon zelf te danken dat God deze strook aan Israël gaf? Jefta is ook goed op de hoogte van de godsdienst van Ammon. Ook op dit punt wil hij wederzijds begrip. ‘Zoals jullie god Kamos die en de regio’s voor jullie vrijmaakte, zo heeft onze God dit gebied voor ons vrijgemaakt,’ zegt hij. De redenering mag ons misschien wat vreemd voor komen, want waar blijft bijvoorbeeld het recht van de oorspronkelijke bewoners? Maar Jefta’s poging doet sympathiek aan. Liever praten dan vechten! Liever schikken dan strijden. Het valt op, dat pas als alles mislukt is, de Geest van de Here op Jefta valt en hem toerust tot de strijd tegen Ammon. Niet eerder! Pas als je eerst alles geprobeerd hebt, mag je erop rekenen, dat God als Rechter het ook voor je opneemt. Als een Schild dat je dekt en als een Redder die bevrijdend voor je uitgaat.
|
|
Naar boven |
|
|
|
|
|
|
|
|
|