Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: woensdag 11 juni 2014, 20:45
|
|
|
Woensdag 11 juni, Kolossenzen 3: 1-11; Wees geen zwerver.
We lezen nu eerst Paules’ brief uit Kolosse uit. Wil je oprecht God dienen, omdat Christus je lief geworden is en je leven door Hem opnieuw begon, dan kun je het volgens Paules niet hoog genoeg zoeken. Zoekt de dingen die boven zijn, zegt hij. Hij bedient zich daarbij min of meer bewust van uitdrukkingen die men in Kolosse regelmatig hoorde van deze en gene mystieke hoogvlieger. Zoekt de dingen die boven zijn. Maar wel met een waarschuwing: concreer je in de hoge niet op een zwerig gevoel, maar heel bewust op Jezus Christus. In Hem is je leven verborgen in God. Richt je daarom op Hem en op zijn beloften en aanwijzingen. En laat je niet leiden door alle mogelijke regels die mensen, hoe vroom ook, hier op aarde verzinnen. Laat je gang bepalen door Jezus Christus zelf. Die gang heeft niets van een zweefbaan. Het is een praktisch leven van een door Christus persoonlijk aangeraakt mens. Onreinheid, boosheid en leugenachtigheid en wat dies meer zij, hoorden bij een ander leven. Dat van de oude mens met zijn praktijken. Die is met Jezus afgelegd. Daarom: zie op Jezus en volg zijn spoor. Niet met je neus in de lucht, maar met je benen op de grond.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: donderdag 12 juni 2014, 20:27
|
|
|
Donderdag 12 juni, Kolossenzen 3: 12-17; Als een mantel.
Niet ieder mens ligt je. ook niet binnen de gemeente van God. Met sommigen heb je zelfs grote moeite. Allemaal broeders en zusters? Er liggen er altijd wel een paar dwars. In de kerkeraad, in de welkomscommissie, op het koor of de kring, de vrouwenvereniging of vluchtelingencommissie. En sommigen grieven je soms diep met hun ontactische opmerkingen of oneerbiedige stijlloos gedoe. Je zou er zondags voor weg blijven. Zeker bij de viering van het Avondmaal. Wacht even, zegt Paules. U bent toch het eigendom van Jezus Christus? Sla dan ontferming, goedheid en vriendelijkheid als een mantel om je heen. En verdraag elkaar, vergeef elkaar als je tegen iemand een grief hebt. Christus hield het uit met ons, doet gij evenzo! Paules bedoelt dit niet goedkoop. Niet als een bezweringsrite voor alle mogelijke pijn die je in de gemeente van Christus kunt oplopen. Iemand vergeven kost altijd heel veel. Vandaag kijkt Hij u of jou misschien heel direct aan, in de verkondiging van het evangelie. Of in de viering van het sacrament. Wegblijven? Doe dat nu niet. Geloof en leef zijn vergeving. Daar knap je zelf het meest van op.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: vrijdag 13 juni 2014, 20:15
|
|
|
Vrijdag 13 juni. Kolossenzen 3: 18 – 4:1; Vaders.
Ouders kunnen ontstellend moe worden aan hun kinderen. Maar kinderen ook wel van hun ouders. Moe en moedeloos. Ouders kunnen hun kinderen prikkelen doordat ze veel te veel van hen verwachten. Volgens Paules zijn vooral vaders daar sterk in. Dat heeft hij goed gezien. Anders dan moeders, die soms op het hinderlijke af vooral zorg hebben om hun kinderen, kunnen vaders hun kinderen belasten met hun verwachting dat er vooral gescoord moet worden. Het liefst overal: op school, op de muziekschool en op de voetbalclub. Schreeuwend en vloekend staan ze soms op zaterdag langs de lijn hun zoontje op te jagen. En dat blijft maar zo door gaan, zodat jongeren er soms echt moedeloos van worden. Een succesvolle vader kan een geweldige last zijn. Een vrome vader ook. En dan hebben we het maar niet over vaders die op allerlei manieren hun macht misbruiken. Paules neemt het voor de jongeren op. Jongeren hebben iemand nodig die hen bemoedigt en bevestigt. Niet iemand die hen ontmoedigt en onzeker maakt. Kortom, een vader met de gezindheid van Christus. Een dienaar.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zaterdag 14 juni 2014, 21:38
|
|
|
Zaterdag 14 juni, Kolossenzen 4: 2-9; Wijzen.
In ons land leven steeds meer mensen buiten. Ik bedoel: buiten de gemeente van Christus. Sommigen weten nog wel iets van het geloof, soms zijn ze zwaar gefrustreerd. Vooral onder vijftigplussers kun je dat tegenkomen. Jongeren hebben daar veelal minder last van. Maar hoe ga je nu wijs met hen om? Op school, op je werk, of ook in je eigen familie? Vaak zijn het heel fijne mensen, maar van God begrijpen ze niets. Moet je heel principieel opstellen, zodat men goed weet waarvoor jij staat. Maar dat kan ook heel erg afstoten. Dan je maar liever open en meegaand opstellen? Maar dat kan weer een heel slappe indruk maken. Wat is wijs? Paules wijst vooral op ons gedrag. Gedraag je als wijzen, zegt hij. Trouw, vriendelijk, nooit minzaam of anderen buitensluitend. Val op in de goede zin door aandacht en zorg. Voor iedereen in je klas, in je familie of onder je buren. Is er een gelegenheid iemand te helpen, dan kan dat een van God gegeven moment zijn. Je woorden hangen dan niet in de lucht. Ze zijn gedekt door je gedrag. Wijs ben je als je zwijgen en spreken kunt op het goede moment. Gelukkig heeft Jezus ons uitdrukkelijk beloofd, dat de Geest ons daarbij zal helpen. Misschien iets om vandaag bijzonder aan te denken.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zondag 15 juni 2014, 20:42
|
|
|
Zondag 15 juni, Kolossensen 4: 10-18; Verkijk je niet.
De brief is nu vrijwel uit. Paules heeft uitvoerig zijn punt gemaakt. Lieve broeders en zusters in Kolosse en Laodicea en omgeving. Laat je niet van de wijs brengen door christenen die meer weten van filosofie en mystieke kennis dan van Jezus Christus. Hij is van alles het Hoofd! Leef door Hem als bevrijde mensen in een ont-toverde wereld. Ten slotte nog een paar persoonlijke groetwoorden. Gevolgd door een enkele zin – geschreven met eigen hand. ‘Gedenk mijn gevangeschap’ was blijkbaar het eerste dat hem op dat moment spontaan inviel. Gedenk mijn gevangenschap! In deze laatste regel kijk je Paules even direct in het hart. Vergeet mij niet, zegt hij. Bid voor me. Schaam je niet voor me. Het is geen klacht, geen zacht verwijt aan zijn lezers. Hij bedoelt het allemaal niet belastend. Maar verkijk je ook niet op zijn geloof. Vrienden of familieleden kunnen zich in trieste omstandigheden soms heel goed buitengewoon gelovig tonen. Verkijk je daar niet op. Zelfs Paules schrijft op het laatste stukje wit van zijn brief: denk aan mij en aan mijn boeien. Overigens schrijft hij ook: Genade met u! De kortste zin die hij ooit schreef. Maar voor meer was ook geen ruimte meer.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: maandag 16 juni 2014, 21:08
|
|
|
Maandag 16 Juni, Genisis 25: 1-11; 19-26; Isaak.
Vanaf vandaag lezen we uit het boek Genesis. We beginnen bij de geschiedenis van de aartsvader Isaak. Zijn naam betekent: hij lacht. Hij kan nauwelijks in de schaduw van zijn vader Abraham staan, maar toch telt hij voluit mee in de geschiedenis van God. Anders dan zijn zeven broers, die allen hun eigen weg gaan, want Isaak is het kind van Abrahams geloof. Isaak dankt zijn leven aan Gods belofte en verkiezing. Zo’n leven verloopt zelden zonder horten of storten. Ook Isaak merkt dat al heel snel. In zijn leven hapert de geschiedenis van God vrijwel meteen doordat Rebekka maar niet zwanger wordt. Het duurt maar liefst twintig jaar, zo horen we, voordat Esau en Jakob geboren worden. Maar Isaak blijft zijn vrouw trouw. Ook maakt hij haar geen enkel verwijt, maar bidt voor haar. En God laat zich bidden. Dat heeft Rebekka kennelijk heel erg goed gedaan. Als zij onverwacht zwanger is bidt ze op haar beurt om visie en verwachting, want moeder zijn is niet niks. Het blijken twee kinderen te zijn. Eerst komt Esau, een klein van boven tot onder behaard ventje. Meteen achter hem Jakob, met een handje nog steeds geklemd om Esaus hiel. Hij is er duidelijk één die niet van opgeven weet. Twee heel verschillende kinderen. En Isaak? Ik denk: hij lacht! Diep overtuigd, dat Gods hand ons en onze kinderen vasthoudt.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: dinsdag 17 juni 2014, 20:52
|
|
|
Dinsdag 17 juni, Genesis, 25: 27-34; Niet dwepen maar voorgaan.
Als kinderen erg verschillend zijn is het voor ouders soms moeilijk één lijn te trekken. Jakob ontwikkelde zich tot een heel correcte jongen. Volgens de NBG-vertaling een huiselijk type, maar bedoeld is: fatsoenlijk en sociaal ( de Statenvertaling schrijft: oprecht). Zo iemand die al heel snel diaken is. Esau is echter heel anders. Het liefst was hij alle dagen op jacht. Een nogal vrijgevochten type. Een beetje asociaal ool. Dat merk je wel aan de manier waarop hij voor een bord soep met brood zijn eerstegeboorterecht weggooit. Nee, Esau zal nooit diaken worden. En toch was hij de lieveling van Isaak. Vreemd, want dat leven van jagen en geweld is nu niet het spoor van Abraham. En Isaak zelf is ook heel anders. Rustig en bedaard, zijn gezin voorgaand is het gebed. Maar in zulke types woelt het soms onstuimig. Dat wilde leven vond Isaak ook wel weer mooi en hij was gek op gebraden fazant. Rebekka was heel anders. Haar trots was de nette Jakob. Maar wat heet net? Was hij echt zo’n nette jongen? Moederliefde is blind. De bewondering van vaders niet minder. Ze bewijzen daarmee hun kinderen geen dienst. Met kinderen moet je niet dwepen, maar ze overtuigd voorgaan richting het Koninkrijk van God.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: donderdag 19 juni 2014, 20:37
|
|
|
Woensdag 18 juni, Genesis 26: 1-6; Verdrag of verbond.
Het zit Isaak niet mee. Evenals zijn vader Abraham krijgt hij met hongersnood te maken. Bij de put Lachai-Roi is geen grassprietje meer te vinden. Waar kan hij heen met zijn schapen? Abraham week indertijd snel uit richting Egypte en dus zoekt ook Isaak het die kant op. Onderweg passeert hij echter het land Gerar – Abimelech – sloot Abraham indertijd een vriendschapsverdrag. Zou dat verdrag ook voor Isaak gelden? Wat zal hij doen? Gerar, of meteen op zeker spelen en dus naar Egypte gaan? Ineens spreekt God zelf hem aan. Hij zegt: Isaak, ga niet naar Egypte maar blijf in Gerar, want Ik zal met je zijn… Mijn verbond met jou geldt in elk geval. ’t Verbond met Abraham mijn vrind, bevestig Ik van kind tot kind! Blijf slechts trouw in mijn spoor, net als Abraham en je zult niets te kort komen. En dus blijft Isaak in Gerar. Niet omdat koning Abimelech hem nog iets verplicht is, maar omdat Gód hem zijn belofte geeft en zijn verbond bevestigt. In Gerar was de hongersnood waarschijnlijk nog heel voelbaar. In Egypte niet. Toch blijft Isaak in Gerar. Liever met God krap zitten dan zonder God als een speer rijk worden. Dat heeft Isaak goed begrepen.
Laatst aangepast door
|
MARIO216
|
op donderdag 19 juni 2014, 20:38
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: donderdag 19 juni 2014, 20:37
|
|
|
Donderdag 19 juni, Marcus 10: 13-27; Omarming.
Gisteren hoorden we, dat God Isaak aansprak en als het ware omarmde met de trouw en die liefde van zijn verbond. ’t Verbond met Abraham zijn vrind bevestigt Hij van kind tot kind. Van Jezus hoorden we, dat Hij de kinderen ook letterlijk omarmt, voordat Hij hen zegent. Een gebaar vol warme ontferming. Tussen die kinderen zitten hele kleintjes, maar ook al wat grotere kinderen. Hij leg hen zegenend de handen op en zegt tegen hen: de Heer is met je! Zoals een vader of moeder dat wel doet, als hij of zij met een klein kind ’s avonds bij het slapen gaan bidt. En elk kind weet dan: ook mij heeft Jezus lief! Waarom? Omdat kinderen nog zo lief zijn? Nee, daarom niet. Ook die kleintjes liggen ‘onder hetzelfde oordeel’ als wij, en die grotere kinderen zijn al helemaal geen engelen. Het zijn tenslotte ook kinderen van ons. en toch: Jezus wordt heel boos op grote op grote mensen die de kinderen bij hem weg willen houden. Om genade te ontvangen moet je juist iets hebben van een kind. Erbarmen is als een warme arm van God om je heen. Armen waarin je je met je kinderen voor altijd veilig weet. ‘In zijn arm zal Hij de lammeren vergaderen!’ Voor wie wel eens een kind uit handen moest geven, is dat een geweldige troost. En hun ouders ook niet. Dat is nu echt genade van God!
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: vrijdag 20 juni 2014, 21:08
|
|
|
Vrijdag 20 juni, Genesis 26: 7-11; Lieg niet.
Een knappe vrouw of man is een geschenk van God, maar soms ook een beetje een riskant bezit. Isaak is in elk geval niet gek. Waarom vragen die mannen in Gerar zo uitdrukkelijk naar Rebekka? Wat willen ze precies? In die tijd – de tweeling is nog niet geboren – kon dat maar één ding betekenen. Alle kans, dat die mannen kwade bedoelingen hebben. Zo meteen steekt iemand een mes in zijn rug en gaat er met Rebekka van door. Daarom zegt hij op hun vraag maar snel: ‘’t mijn zuster! Maar koning Abimelech kijkt een keer vanuit zijn paleis door het raam. Zijn oog valt onwillekeurig op het kampement van Isaak. Hij hoort Isaak lachen. En ziet hij dat nu goed? Isaak hield heel veel van Rebekka. Zelfs midden op de dag kan hij het blijkbaar niet laten haar lief te hebben. Daar is niets mis mee. Wél met liegen. Abimelech is even heel kwaad. Ik was bang, zegt Isaak, om mezelf en om haar. Daarop neemt Abimelech hen openlijk in bescherming. Hij vindt het blijkbaar wel mooi al twee mensen zo van elkaar genieten. God ook! Of met een woord van Prediker: ‘Geniet van het leven met de vrouw die gij liefhebt. Al de dagen van uw ijdel leven!’ Maar lieg niet.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zondag 22 juni 2014, 21:19
|
|
|
Zaterdag 21 juni, Genesis 26: 12-22; Nieuwe tijden, nieuwe sporen.
Isaak is een wat stille man. Het grote, altijd voortijdrijvende geloof van zijn vader Abraham lijkt hij niet zo te kennen. Het liefst blijft hij maar wat hangen in de buurt van de waterputten van Abraham. Maar de mannen van Gerar gooien al die waterputten dicht. Zij stikken van jaloezie vanwege de rijke zegen waarmee God Isaak al groter en machtiger maakt. Isaak graaft de putten echter telkens weer op en geeft ze dezelfde namen als zijn vader. Maar het getreiter gaat maar door en op een dag zegt ook koning Abimelech tegen hem: Ga alsjeblieft bij ons weg! Dan moet Isaak wel verder gaan en de vertrouwde waterputten van zijn vader achterlieten. Op zoek naar nieuw weidegbied. En naar een nieuw spoor van God. Zoals elke nieuwe generatie het spoor van God opnieuw moet zoeken. Dat is best moeilijk. Bij elke put die Isaak graaft, blijft het ruziën. Maar Isaak houdt vol. En eindelijk graaft hij een put waarover geen ruzie ontstaat. Spontaan dankt hij God: Nu heeft de Here ook voor ons ruimte gemaakt. Dat is heel veelzeggend. Ook voor ons wil God telkens weer ruimte maken om te leven met Hem. Als we maar de moed hebben te graven naar nieuwe waterputten. Ook in onze tijd. Met het stille, vasthoudende geloof van Isaak.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zondag 22 juni 2014, 21:20
|
|
|
Zondag 22 juni, Genesis 26: 23-33; Zelfs een Pikhol.
Het kan verkeren. Mensen die je eerst minzaam wegkijken, omdat je anders bent en probeert te leven als een mens van God, doen soms opeens een beroep op je. Zo vergaat het Isaak. Ineens staat Koning Abimelech met zijn vriend Achuzzat en zijn legeroverste Pikol voor de deur van zijn tent. Is er nu weer wat te zaniken? Moet hij nog verder weg uit hun beurt? Nee, juist niet, zeggen ze heel verrassend. Blijf liever wat dichter bij ons, want wij hebben heel goed gezien, dat de Here jou zegent. Jij kunt geen schop in de grond steken of je hebt alweer een put. Alles wat je doet wordt gezegend. Mogen wij daar niet een beetje in delen? Laten we een verdrag sluiten, tenslotte hebben wij jou ook nooit kwaad gedaan, maar enkel goed… Op het laatste gaat Isaak maar niet in. Meteen nodigt hij hen aan tafel. Want als mensen als Abimelech en zelfs een Pikol gaan erkennen, dat God met je is en je daardoor zeer gezegend bent, dan praat je niet meer over wat geweest is. Want een verkiezing van God is geen persoonlijke privilege, maar een genade om anderen aan te raken met de zegen van God.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: maandag 23 juni 2014, 15:17
|
|
|
Maandag 23 Juni, Genesis 26: 34-27; 27: 14; Zegen of vloek.
Zegen of vloek zijn dingen waarmee je niet moet spelen. Jakob is zich dat goed bewust. Misschien wel als enige in de tent van Isaak. Want Isaak volgt conservatief de weg der gewoonte. Natuurlijk moet de oudste zoon hem opvolgen als clanoudste. Hem zal hij stervend zegenen en zijn levenskracht over hem uitgieten. Natuurlijk in de Naam des HEREN, dat zou hij bijna vergeten. Rebekka denkt daar echter heel anders over. Heeft God niet meteen aan het begin tegen haar gezegd, dat haar Jakob de gezegende zal zijn? En niet Esau met die rare Hetitische vrouwen? Haar plan is duidelijk. Maar Jakob voelt er niets voor. Als vader het doorheeft, zal niet zijn zegen, maar zijn vloek mij treffen, zegt hij. Laat dat maar aan mij over, zegt Rebekka. Uw vloek zij op mij. maar zo werkt het niet. Zegen of vloek laten zich niet sturen door mensen. Rebekka overspeelt haar hand, want straks moet Jakob vluchten en slaat de vloek in volle omvang toe. Hij wordt bedreigd door zijn woedende broer en innerlijke zal hij heel zijn leven belast zijn door de laffe manier waarop hij zijn blinde vader heeft bedrogen. Zegen is een gave van God. Alleen biddend en diep afhankelijk van God kan gegeven worden. En ontvangen.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zaterdag 5 juli 2014, 20:17
|
|
|
Dinsdag 24 juni, Genisis 27: 14-29; De zegen van God, niet van Isaak.
Eindelijk is het zover. Jakob buigt zich onder de zegenende handen van zijn blinde vader Isaak. Het blijft tot het eind spannend. Rebekka pakte het slim aan en Jakob niet minder met zijn opmerking: de Here, uw God heeft me op de jacht zeer geholpen! Maar Isaak mag blind zijn, hij is niet gek. En zo’n stichtelijke opmerking verwacht hij niet van Esau. Maar als Isaak alle ‘blindeman-trucjes’ heeft geprobeerd om zich te overtuigen, legt hij uiteindelijk toch zijn handen op het hoofd van Jakob. En geïnspireerd door de geur van het veld in Jakobs kleren, zegt hij: ‘Zie de geur van mijn zoon is als de geur van het veld, dat de Here gezegend heeft. God zal je geven van de dauw des hemels... en overvloedig van al het goede van de aarde…’ Ook volgt nog: ‘De zonen van je moeder zullen zich voor je neerbuigen.’ Met deze zegen kijken we Isaak even diep in zijn hart. Hij is doorgaans geen man van grote geloofswoorden. Maar als hij gaat zegenen, dan zegent hij vrijmoedig. Met de zegen van God en niet die van zichzelf. De zegen van het dagelijks brood en de zegen van Gods genadige verkiezing. Ging het Esau daar wel om? En Jakob? En wat voor zegen verlangt u of jij van je vader?
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zondag 6 juli 2014, 21:48
|
|
|
Donderdag 26 juni, Genesis 27: 41-46; Enige tijd.
Het is altijd goed naar je moeder te luisteren. Ook als je zelf al min of meer volwassen bent. Maar je moet er wel je verstand bij houden. Bepaal niet alles wat moeders tegen hun zoons zeggen, is wijs en doordacht. Had Jakob maar niet naar Rebekka geluisterd. Of was het oprecht geloof bij Jakob en kon hij niet anders? Maar nu dreigt Esau hem te vermoorden zodra Isaak door is. Voor Jakob geen vrolijk vooruitzicht. Evenmin voor Rebekka. Gelukkig blijft Isaak nog even leven, zelfs nog twintig jaar na dit gebeuren, maar dat weet natuurlijk niemand. Rebekka heeft een zwaar hoofd in de toekomst Jakob kan beter maken dat hij weg komt. Vluchten dus! Tegen Isaak houdt ze een heel verhaal over de trieste vrouwen van Esau. Kan Jakob niet een vrouw gaan zoeken in Mesopatanië? Isaak vindt het goed. Ik stuur wel bericht, als je terug kunt komen, zegt ze tegen Jakob. Het gaat maar om enige tijd. Ja, ja… Het zouden vele jaren worden, waarin Jakob nooit een ansichtkaart van zijn moeder kreeg. Maar zo wordt de zich altijd correct gedragende Jakob de dupe van de bedisselzucht van zijn moeder. Ouders moeten niet bedisselen, maar bidden en wachten. Geloof wachten!
Laatst aangepast door
|
MARIO216
|
op dinsdag 15 juli 2014, 20:18
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: maandag 7 juli 2014, 21:47
|
|
|
Donderdag 27 juni, Genesis 28: 1-9; De zegen van Abraham.
Isaak laat Jakob niet gaan zonder zijn zegen. Dit keer is hij opvallend helder. Veel meer dan tijdens het bedrog in de tent. Toen liet Isaak zich leiden door ‘de geur van het veld’ en de eerste plaats onder de broeders. Nu valt ineens hoorbaar de naam van Abraham. God geve je de zegen van Abraham… Het gaat dus niet meer over rijkdom en macht, over succes en een invloedrijke positie en een mooie vrouw met een paar knappe kinderen. Dingen waarover ouders soms eindeloos dromen voor hun kinderen. Nee: God geve je de zegen van Abraham. Wat moet je je daarbij voorstellen? Met Abraham sloot God zijn verbond: Ik zal uw God zijn en gij zult mijn volk zijn! Dat houdt zoveel in als dat waar je ook bent, God tegen je zegt: Ik sta achter je! Je hoort bij Mij en je bent van Mij. Misschien het betekent altijd wel, dat God genadig met je mee wil gaan en je voor wil gaan. Daar snapt Esau niets van. Die denkt simpel met het nemen van een vrouw uit de familie alsnog de zegen van zijn vader te krijgen. Wat een lomperik. De ware zegen van Isaak is de zegen van Abraham. De God van Abraham wil ook de God van Jakob zijn. Dat zal Jakob diep geraakt hebben.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: dinsdag 8 juli 2014, 20:59
|
|
|
Vrijdag 28 juni, Genesis 28: 10-22; Meevaller.
Jakob ziet er niet bepaald uit als een gezegend mens wanneer hij er met een paar t-shirts en wat eten voor onderweg vandoor gaat. Op de vlucht voor zijn broer Esau. Met het steeds verder achter zich laten van de tent van zijn ouders, zal hij sterk het gevoel gehad hebben ook de God van zijn ouders achter zich te laten. Een totale ontworteling slaat op zulke momenten meestal toe. Doodmoe legt Jakob zich ten slotte aan het eind van de dag ergens onder de open hemel neer. Blijkbaar valt hij vrijwel meteen in slaap. In zijn droom ziet hij een ladder, die is opgericht tot in de hemel. Engelen gaan over die ladder heen en weer. Het wordt nóg spannender, want boven op die ladder meldt de God van Abraham is Isaak zich met de buitengewoon troostvolle belofte: Jakob, zie Ik ben met je! Overal waar je gaat! Jakob is verrast. Hiermee heeft hij niet durven rekenen. Hij hoort geen enkel verwijt. Alleen maar: zie, Ik ben met je! Dit is de meevaller van heel zijn leven geworden. Met een schok wordt hij wakker. De steen die hij als hoofskussen gebruikte, maakt hij spontaan tot een gedenkteken. Hij stamelt een gelofte. Wat heeft God ongelooflijk veel compassie met hem. Groot is Uw trouw, o Heer!
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: woensdag 9 juli 2014, 16:43
|
|
|
Zaterdag 29 Juni, Genesis 29: 1-14; Jakobs tranen.
Wil Jakob indruk maken op Rachel? Dat zou heel goed kunnen. Zodra hij haar ziet stort hij zich als een dwaas op de grote steen, waarmee de waterput is afgesloten, en wentelt die in z’n eentje van de put af. Vervolgens geeft hij al de schapen van Rachel te drinken. Een verwend moederskind is Jakob al lang niet meer. De lange weg als vluchteling heeft hem duidelijk gehard. Het zien van zijn nichtje raakt hem echter ineens heel diep. Na zijn wat macho-achtige optreden omhelst hij haar heel hartelijk. Maar dan wordt het hem ook ineens te veel. Hij verheft zijn stem en begint te huilen. Onderweg heeft hij mogelijk niet één traan gelaten. Maar hier breekt er ineens iets in hem. Jakob huilt. In de bijbel is huilen altijd veel meer dan alleen maar wat emotie. Je bent met je tranen heel dicht bij jezelf en ook heel dicht bij God. En je beseft iets van onstellende afhankelijkheid als mens tegenover God. Je beseft: al ben je zo sterk als een beer en voor niemand bang… je bent een mens en niets meer. Echter, je. bent gezien en gekend door God. Dat maakt je even heel stil. En ook emotioneel. Het wame gezicht van Rachel tegen Jakobs ruwe onverzorgde wangen voelt als de warmte van eindeloos erbarmen. Erbarmen van de God van Abraham. Dat maakt veel los.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: donderdag 10 juli 2014, 09:13
|
|
|
Zondag 30 Juni, Genesis 29: 15-30; Zie, het was God.
Jakob schreeuwt het uit van verontwaardiging en boosheid. En geen wonder: in het donker van de nacht heeft Laban de zusjes verwisseld. Niet Rachel de jongste, die met die mooie vormen en stralende ogen, ligt naast hem, maar Lea, haar oudere zus. Op zich geen kwaaie meid, al is zij niet de kanpste en kijkt ze je altijd aan met die van die fletse ogen. Nee, Jakob viel op Rachel en haar had hij ook echt lief. Maar als hij na zeven jaar ploeteren voor Rachel – meisje, maak je niet bezorgd. Ik doe het met liefde – na de bruiloft wakker wordt, zij het niet met haar stralende ogen die hem aankijken. Waarom heb je me die streek geleverd, schreeuwt hij tegen Laban. Nou, zegt Laban simpel, bij ons is het niet de gewoonte dat de jongste vóór de oudste gaat… Over die zin moet Jakob maar eens nadenken. In gedachten is hij terug in de tent van zijn vader. Zeven jaar geleden. Isaak kon het toch niet zien. Als jongste kon hij best even wisselen met zijn oudere broer. Had hij dat Laban verteld? Hoe dan ook: en zie, het was Lea. En zie, het was Laban! En zie, het was Jakob! Zeg liever: en zie, het was God!
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zaterdag 12 juli 2014, 17:45
|
|
|
Maandag 1 juli, Genesis 29: 31 – 30: 13; Liefde voor lelijkerds.
Arme Lea! Door haar vader is zijn respectloos verkocht. Door haar zus Rachel intens gehaat, omdat Rachel Jakob met haar moet delen. En Jakob geeft ook al niets om die vrouw met de fletse ogen. Maar wat kan Lea daaraan doen? Arme meid in de tenten van Jakob. Maar let op: voor zulke niet beminde mensen heeft God altijd een bijzondere plaats in zijn hart. Hij is een God met een zwak voor zwakken en veel liefde voor lelijkerds. Uiterlijke schoonheid mag een extra gave van God zijn, maar minder bedeelde kunnen in hun achterblijven rijkelijk rekenen op zijn zegen. God zegent Lea met zoon na zoon. Maar even vier op een rij; full house. En Rachel blijft kinderloos. Dat is voor haar om dol van te worden. Zij geeft Jakob van alles de schuld. Geef mij kinderen of ik sterf, schreeuwt ze in haar bitterheid. Waarop Jakob ineens heftig uitvalt en vraagt: Ben ik dan God? Dat is een goede opmerking. Jakob verwijst in elke geval naar God. Je moet bij God zijn met je problemen. Niet bij je zus, niet bij je man of wie dan ook. Wees stil voor God en zeg Hem je nood. Ook jou zal Hij troosten.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: maandag 14 juli 2014, 20:15
|
|
|
Dinsdag 2 Juli, Genesis 30: 14-24; De regie kwijt.
Een man is ook maar een mens. Je kunt ook te veel willen. Jakob is een man, die met plezier zijn werk doet, maar op weg naar huis aan het eind van de dag gaandeweg onrustiger wordt. Zulke mannen heb je. Ze gaan niet graag naar huis, want wat zullen ze daar nu weer aantreffen? Jakobs gezinssituatie met die twee vrouwen is ook wel heel gecompliceerd geworden. Lea en Rachel vechten inmiddels schaamteloos om hem. Allebei zetten ze een slavin in. En als die kleine Ruben thuiskomt met een paar bijzondere appels die hij in het veld gevonden heeft, is Lea in alle staten. Dit soort appels zou de vruchtbaarheid bevorderen. Alsof dat haar probleem is. Rachel van haar kant begint meteen te onderhandelen. Uiteindelijk krijgt zij de appels en Lea krijgt van haar voor even Jakob. Jakob zelf hoor je niet meer. Hij is de regie totaal kwijt. De keuzes die hij moet maken, gaan hem boven de pet. Ook in onze gezinnen is dat vaak heel ingewikkeld. Je kunt er soms cynisch en bitter van worden. Doe dat toch niet! Dwars door al dit menselijke heen gaat God toch zijn weg. Schuil bij Hem die in Bethel tegen Jakob zie: Ik zal met je zijn! Zou Jakob daaraan nog wel eens denken?
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: dinsdag 15 juli 2014, 20:27
|
|
|
Woensdag 25 juni, Genesis 27: 30-40; Zegen ook mij.
Esau slaat helemaal op tilt. De zegen – wat hij zich daar ook precies van voorgesteld mag hebben – is weg. Aan Isaaks ontsteltenis ziet hij wel, dat een en ander niet meer te veranderen is. Eens gegeven blijft gegeven. Dat hoor je Isaak ook meteen hardop zeggen. Jakob is gezegend, ‘en ook zal hij gezegend zijn!’ Op dat moment geeft Esau een wanhopige schreeuw. Huilend vraagt hij: Maar hebt u dan maar één zegen weg te geven? Hebt u niet nog een zegen voor mij? Nee, die is er niet! Maar Esau blijft aandringen. En tegen beter weten in begint Isaak nog wat te prevelen. Maar het slaat nergens meer op. Want als je niet wilt delen in de zegen van de gezegende van God, dan loop je onwillekeurig heel ver bij Hem vandaan. Maar daar groeit niet veel. God geeft maar één zegen. Het diepst heeft Hij die laten zien in Jezus Christus. Ben je van Hem niet gediend, dan ga je weg en vecht je je vrij. Maar beklaag je niet als je leven vroeg of laat totaal verschraalt of verdort. Emotioneel doordraaien zal daar niets aan veranderen. God heeft maar één zegen. Daarvoor moet je gewoon bij Jezus zijn. Hem mogen we vrijmoedig vragen: Zegen anderen, maar ook mij!
vergeten
Laatst aangepast door
|
MARIO216
|
op dinsdag 15 juli 2014, 20:28
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: woensdag 16 juli 2014, 20:22
|
|
|
Donderdag 3 juli, Genesis 30: 25-43; Zegen zelf geregeld.
Sinds Jakob zich met de zaak van laban bemoeid heeft, is het bedrijf met sprongen vooruit gegaan. ‘De Here heeft mij gezegend vanwege jou,’ zo moet Laban toegeven. Daarom laat hij Jakob niet graag gaan, maar wacht hij sluw af welke looneisen Jakob zal stellen. Jakob herinnert Laban er eerst nog eens fijntjes aan, dat hij destijds inderdaad maar een heel armetierig bedrijfje had. Met een royaal gebaar zegt Jakob vervolgens genoegen te willen nemen met slechts de gespikkelde geiten en de zwarte schapen. Daar waren er niet veel van, want alle geiten waren zwart en alle schapen wit. Laban denkt, dat Jakob een fout maakt en geeft meteen toe. Over de zegen des Heren hoor je Laban niet meer. Jakob overigens ook niet, want Jakob begint achter de rug van Laban handig te rommelen met de dieren. Van de erfelijkheidswetten lijkt hij meer af te weten dan een moderne genspecialist. In elk geval zijn er een half jaar later ineens erg veel gespikkelde geitjes en zwarte lammetjes. Zo nam Jakob toe in bezit. Meestal neem je zo niet zo in sympathie bij je schoonvader. En zou je dit ook nog zegen des Heren mogen noemen?
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: donderdag 17 juli 2014, 20:20
|
|
|
Vrijdag 4 juli, Psalm 23, Psalm van een schaap.
Vandaag een psalm. De psalm van een schaap. Autorijdend of fietsend over mooie landweggetjes kun je ’s zomers onverwacht tussen een kudde schapen of koeien terecht komen, die via de openbare weg juist van de ene wei naar de andere geleid worden. Je moet even goed oppassen, want de dieren zijn behoorlijk nerveus, omdat ze het oude vertrouwde achter zich laten en via een pad vol risico’s de weg zoeken naar een nieuwe grasplek. Ze moeten daarbij goed letten op de mensen die hen de weg wijzen. Aan zoiets denkt deze psalm. Regelmatig moeten schapen een donker dal door. Een smalle, donkere bergpas. Bij zo’n gang naar beneden schurkten de schapen automatisch dicht tegen elkaar aan en volgde de herder op de voet. Dan had je als schaap niets te vrezen. Zo gaat God als de grote Herder der schapen voor zijn volk en zijn mensen uit. Vertrouw je aan Hem toe. Je bent maar een schaap. Zeg ook: mijn Herder is de Here God! En blijf goed in zijn buurt, vooral als je een grens moet passeren, op weg naar nieuw weidegebied. Geen nood: er gaat Iemand voor je uit. De Herder die al zijn schapen bij naam kent, zeg Jezus later. Blijf dicht achter Hem. Zelfs in een dal van duisternis en dood vinden je voeten de weg naar het licht. ‘Mijn Jezus geleidt mij door de aardse woestijn / ‘gestorven voor mij!’ zal mijn zwanenzang zijn.’
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zondag 20 juli 2014, 20:13
|
|
|
Zaterdag 5 juli, Genesis 31: 1-18; Terugvallen op God.
Jakob heeft zich aan alle kanten in de nesten gewerkt. Zijn zwagers hebben hem door. Ze kunnen hem niet meer luchten of zien en ook Laban praat nauwelijks meer met hem. Jakob voelt dat de grond te heet onder zijn voeten wordt. Van zijn moeder Rebekka heeft hij echter na al die jaren nog steeds geen enkel bericht ontvangen. Wat moet hij nu doen? Wat kan hij doen? Maar opeens wendt God zelf zich heel genadig tot hem en zegt: ‘Jakob, ga terug naar huis en Ik zal met je zijn!’ Dat is heel verrassend. Als het erop aan komt, kun je op God meer dan op je moeder. Jakob maakt een plan. Hij beklaagt zich bij Rachel en Lea over hun vader. Die zou hem constant bedrogen hebben door loonafspraken – gespikkelde ja, gespikkelde nee – te veranderen. Maar God was met mij, zegt Jakob. En dan vertelt hij iets van een droom, waarin God het voor hem met zijn kunstgrepen zou opgenomen hebben. Maar Rachel en Lea stemmen al met hem in. Ze laten zich bitter uit over hun vader en voor het eerst zijn ze het met elkaar eens. ‘Doe al wat God u gezegd heeft,’ zeggen ze. En dat doet Jakob. Opvallend: als het kritiek wordt, valt Jakob terug op God en niet op eigen slimheid.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: dinsdag 22 juli 2014, 20:17
|
|
|
Zondag 6 Juli, Genesis 31: 19 – 35; Eindelijk gerechtigheid.
Waarom heeft Rachel de terafim van haar vader stiekum in haar tas gestoken? Terafim zijn kleine godenbeeldjes die kennelijk een belangrijke rol speelden in de huisgodsdienst van Labans gezin. Laban is er duidelijk behoorlijk aan gehecht. Hij noemt de beeldjes zelfs ‘mijn goden’ en beschuldigt Jakob ervan dat hij, behalve zijn dochters en kleinkinderen, ook ‘zijn goden’ gestolen heeft. Het klinkt ontzettend dom, maar Jakob gaat er heel serieus op in. Hij maakt geen enkele spottende opmerking. Zo in de trant van: mooie goden die niet op zichzelf kunnen letten en jou blijkbaar nodig hebben! Nee, Jakob zal blij zijn als de man weg is. Wie van zijn slaven is zo dom geweest om die stomme dingen mee te nemen? Laban, ga maar zoeken! Door een slimmigheidje van Rachel vindt Laban niets. Wat wil Rachel er toch mee? Hecht zij er zelf ook waarde aan? Misschien. Vreemd is echter, dat ze die ‘goden’ dan maar zo verstopt onder haar onreine kleren. Van veel respect getuigt dat niet. Of wilde ze alleen maar Laban pijn doen? De man die haar leven zo liefdeloos vernielde? Dat zou heel goed kunnen. Met groot leedvermaak zal zij dan gekeken hebben naar haar vaders paniekgedrag gezoek. Hij is zichzelf helemaal kwijt. Eindelijk gerechtigheid.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: woensdag 23 juli 2014, 20:26
|
|
|
Maandag 7 Juli, Genesis 31: 36-42; Alleen God zag naar me om.
Nu is het de beurt aan Jakob om hard uit te halen naar zijn schoonvader. Heel slim maakt hij eerst de andere mannen tot scheidsrechters. Vervolgens doet hij uitvoerig zijn beklag. Hij heeft Laban niets ontstolen, zegt hij. Jaar en dag heeft hij voor Laban geploeterd. En altijd stank voor dank. Wantrouwen in plaats van vertrouwen. En sluw bedrog voor pure eerlijkheid. Jakob maakt er een nummer van met veel drama. Of het ook allemaal klopt, laten we maar liggen. Maar aan het eind krijgt zijn stem toch intens iets heel authentieks. ‘God heeft mijn ellende aangezien,’ zegt hij niet zonder emotie. Mijn ellende. Dat ene woord vormt een soort samenvatting van al zijn strijd, zijn moeite en zijn tranen. Vluchtend voor zijn broer, in de steek gelaten door zijn moeder. Vervolgens bedrogen en uitgebuit door Laban. Heen en weer geslingerd door Lea en Rachel en hun slavinnen. En wie keek er in al die situaties naar hem om? Wie begreep iets van zijn ellende, zijn heimwee naar huis en zijn gevoelens van onmacht en schuld, en nam het voor hem op? Dat was er maar Eén, zegt Jakob. Dat was de God van Abraham en de Schrik van Isaak. Die God is ook de enige Troost van Jakob.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: donderdag 24 juli 2014, 20:05
|
|
|
Dinsdag 8 Juli, Genesis 31: 46 – 55; God is getuige.
Uiteindelijk gaan Jakob en Laban toch vriendelijk uit elkaar. Opvallend is dat het idee om een verbond te sluiten van Laban komt. Ook Laban blijft een slimme man. Zijn twee dochters en hun kinderen moet hij nu eenmaal los laten. Of Jakob goed voor ze zal zijn, kan hij niet meer controleren. Daarom stelt hij voor: laten we een verbond sluiten! En zo gebeurt het. Een grote hoop stenen fungeert als gedenkteken. Bij de inwijding zegt Laban plechtig in het Aramees: Jegar-Sahaduta, oftewel: steen der getuigenis. Daarbij denkt hij aan zijn eigen belofte en getuigenis. Waarop Jakob op zijn beurt in het Hebreeuws mompelt: Gad-El! Oftewel: getuige! Dat betekent: moge deze steen getuige zijn. Daarmee wil hij mogelijk direct verwijzen naar God zelf als wachter en bewaker wanneer mensen elkaar plechtig iets beloven. De andere dag reist Laban af. Niet zonder eerst zijn zonen en dochters gekust en gezegend te hebben. Zou hij ook Jakob gekust hebben? En kusts Jakob Laban? Sommige dingen vergeet je nooit meer. Maar het is goed achter je ze laten. Al was het maar voor je kinderen en kleinkinderen.
Laatst aangepast door
|
MARIO216
|
op vrijdag 25 juli 2014, 20:27
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: vrijdag 25 juli 2014, 20:26
|
|
|
Woensdag 9 Juli, Genesis 32: 1-12; O leer mij, arme dwaas.
Er zijn dingen die nooit verjaren, maar eindeloos blijven zitten als diepe krassen die niet dicht te strijken zijn. Of een donkere schuld die maar blijft kleven aan de wanden van je ziel. Als Jakob dicht bij het land Kanaän komt, overvalt heem ineens keihard de gedachte aan zijn broer Esau. Wat zou Esau zeggen? Handig als altijd stuurt Jakob eerst boden voor zich uit. Zij moeten Easau zeggen: Uw knecht Jakob is onderweg, met veel nadruk op knécht. Maar Esau maakt geen verzoenend gebaar. Hij is al onderweg met 400 man, zo wordt Jakob gemeld. De schrik slaat hem om het hart. Vechten, denkt hij, en alle mensen verdelen in twee groepen. Mogelijk kan één groep nog ontsnappen. Maar dan slaat de pure angst toe en kan hij alleen nog maar bidden. ‘O God, o Here help!’ En heel emotioneel en concreet: ‘O God, red me uit de hand van mijn broer, uit de hand van Esau. Ik ben zo ontzettend bang, dat hij komt en mijn leven totaal de vernieling in slaat…’ Het is meer een schreeuw dan een gebed. Over bidden kun je avonden praten. Er zijn ook avonden waarop je niet meer praat en alleen nog maar bidt. Uit de nood van je ziel. ‘O leer mij arme dwaas, hoe dat ik bidden moet.’ Wees stil, want God hoort.’
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zaterdag 26 juli 2014, 20:48
|
|
|
Donderdag 10 Juli, Genesis 2: 13-21; Alles moet eruit.
Over een nood-leert-bidden-gebed doen nogal wat mensen heel denigrerend. Maar daarvoor is zelden reden. Je zult maar in angst zitten. Bij Jakob maakt het in elk geval heel veel los. Eerst denkt hij: vechten. Vervolgens: bidden. Een volgorde die ons bekend is. Maal al biddend beseft hij ook, dat hij iets goed te maken heeft met zijn broer. En dat er met God nooit vrede kan zijn als er geen vrede is met zijn broer. Zo zien we hem zich na zijn gebed inspannen om zich met zijn broer. Zo zien we hem zich na zijn gebed inspannen om zich met zijn broer te verzoenen. Hij doet dat via een groot geschenk. Niet minder dan vijf kleine kudden stuurt hij vooruit. Niet in een keer samen, maar met tussenruimten. Zo is de indruk die het geschenk maakt maximaal. Slim blijft hij. Laat ik zijn aangezicht bedekken, zodat hij het kwaad niet meer ziet, daarna wil ik zijn aangezicht zien, zegt Jakob. Maar zonden moeten geboet worden. Jakob voelt dat ook wel aan. Misschien lukt het zo, zegt hij. Misschien. Maar God wil alles verzoenen wat wij ons jaren hebben weggestopt. Dat kan uiteindelijk alleen door het bloed van Jezus Christus. Wanneer we in Hem Gods aangezicht genadig zien oplichten, dan zijn we ook niet meer bang een broer of zus met wie we jaren overhoop lagen, onder ogen te komen.
|
|
Naar boven |
|
|
|
|
|
|
|
|
|