Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: dinsdag 5 maart 2013, 20:00
|
|
|
Dinsdag 5 Maart, 1 Korinthiërs 13: 1-3 en Hosea 1: 3-9; De liefde vergaat nimmermeer.
Het is duidelijk niet goed gegaan met Hosea en Gomer. Bij de geboorte van hun eerste kind lijkt alles nog min in orde. Maar God zegt tegen Hosea: Noem je zoon Jizreël! Dat was een naam die in Israël heel veel afschuw opriep. Bij Jizreël waren in de tijd van koning Jehu veel moorden gepleegd. De naam was dus zwaar besmet. En zo moet Hosea zijn zoon noemen? Waar slaat dat op? Met deze overal afschuw oproepende naam moet Hosea heel confronterend iets uitbeelden van Gods gevoel bij de nieuwe generaties Israëlieten. Die hebben allemaal kennelijk iets Jizreë-achtigs in zich. En Gomer? Met zo’n zwaarmoedige man getrouwd zijn lijkt me niet gemakkelijk. Maar als ze bij anderen haar geluk gaat zoeken, wordt het voor Hosea nog pijnlijker. Wat een chaos van een relatie! Als er weer een kind wordt geboren – dit keer een dochter – moet Hosea haar Lo-Ruchama noemen, oftewel: Ik ontferm Me niet meer. En het derde kind is helemaal een twijfel geval. Is Hosea wel de vader? Lo-Ammi, hoort dit kind wel bij mij? Zo wordt Hosea steeds meer profeet. Zo beeldt hij met zijn huwelijk en zijn kinderen indringend iets uit van Gods liefde en Gods verdriet. Want God vindt het heel moeilijk om te stoppen met liefhebben. Gelukkig maar. Anders waren wij nergens meer.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: woensdag 6 maart 2013, 20:39
|
|
|
Woensdag 6 Maart, Hosea 2: 1-4 en Romeinen 9: 23-29; Toch overwint eens de genade.
Je man of vrouw opnieuw liefhebben na een tijd van ontrouw en vreemdgaan is in onze tijd bijna onmogelijk. Je bent gewoon te zeer beschadigd. Eigenlijk kan alleen de Here God dat. Zo profeteert Hosea vandaag: ‘Er komt een dag waarop God toch genadig zich zal ontfermen.’ Eerst zei God nog: ‘Jullie zijn niet meer mijn volk, Ik geef jullie prijs als volk.’ Maar er komt een dag dat het volk talrijk zal zijn als het zand aan de zee. Als een schare die niemand tellen kan. Bestaande uit zowel het tienstammenrijk, Israël als het tweestammenrijk Juda. Tussen deze twee broedervolken was het in Hosea’s tijd constant ruzie en oorlog. Maar op een dag zal het voorbij zijn, zegt de profeet. God zal een nieuwe Leider roepen en aanstellen. En het land waarop zo veel bloed is vergoten, nieuw inzaaien en nieuwe mensen als nieuwe aren op doen opschieten. Dan zullen ook de mensen uit de twee volken elkaar liefdevol Ammi noemen en Ruchama. Als broeders en zusters. Van deze profetie is Paulus later diep onder de indruk (Rom 9). Hij denkt aan Jezus, Gods Heiland voor alle mensen. En Johannes op Patmos (Openb. 7) ziet ze al staan: uit alle stammen van Israël en uit alle volken een schare die niemand tellen kan. De liefde van God zal het toch winnen. Gods hart blijft open voor elk mens.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: donderdag 7 maart 2013, 20:53
|
|
|
Donderdag 7 Maart, Hosea 2: 4-9; Afgoden zijn loverboys.
Maarten ’t Hart schreef eens een boek getiteld: Wie God verlaat heeft niets te vrezen. Maar als God achter je gelaten hebt, sta je toch wel kwetsbaar in deze wereld. Vooral op momenten wanneer crises toeslaan. Je baan wordt weggesaneerd, de rente stijgt en je zat al zo zwaar met je huis. Aan familie en vrienden heb je niets. Ineens lijken ze allemaal in lucht opgelost. Aan zoiets moet je hier denken. Economisch ging het in Israël ineens heel snel achteruit. De ene crisis volgde op de andere. Honger, droogte, oorlogsdreiging. Overal raakten de mensen in de problemen. Volgens de profeet krijg je dat als je God als oude schoenen achter je gooit en achter de afgoden van geld en genot begint aan te rennen. In een aangrijpende klacht typeert God Israël als een vrouw die een liefdevolle en trouwe partner – lees: God! – inruilde voor een of meer loverboys die haar inpakten met mooie spullen. Maar op een keer slaat God terug en even later sta je kaal aan de dijk. En klaag dan alsjeblieft niet over God. Klaag over jezelf! Of liever: ga toch terug naar God. ‘Toen had ik het beter dan nu’, zo hoor je hier niemand zeggen. God wacht nog steeds. Als de vader van de verloren zoon. Ga toch terug!
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: vrijdag 8 maart 2013, 19:30
|
|
|
Vrijdag 8 Maart, Hosea 2: 10-15; Vergeet God niet.
Hoe blind kan een mens zijn? God maakt het verwijt dat toen het economisch goed ging en de mensen geen gebrek hadden aan eten en drinken en noem alles maar op, zij geen enkel besef opbrachten dat God het was die hen zegende en aan wie zij hun geluk, voorspoed en levensvreugde te danken hadden. In plaats van God te danken, dankten ze Baälgoden. In Israël was dat een steeds weer terugkerende valkuil. Volgens de Kanaänieten zou Baäl – Baäl betekent heer – garant staan voor economische groei en bloei, voor vruchtbaarheid, kracht en potentie. Het programma van deze afgoden sluit dus naadloos aan bij het wensplaatje van de doorsnee mens in alle tijden. De meeste inkomsten besteedde men ook aan Baäl, oftewel aan eigen genot in de vorm van mooie kleren, dure sieraden, uitvoerige maaltijden en eindeloos gefeest. Dat gezondheid, voorspoed en geluk gaven van God zijn, bedacht nauwelijks nog iemand. ‘Mij vergaten ze’, hoor je de Heer zeggen. Vergeten worden, als je je voor iemand hebt ingezet, doet altijd veel pijn. Hij zegt: ‘Als jullie zo blind zijn en Mij niet eens opmerken, dan haal Ik een ander gewoon weg. En zie dan maar wie je helpt.’ ‘Heer, doe dat niet! Vergeef onze blindheid!’
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zaterdag 9 maart 2013, 07:46
|
|
|
Zaterdag 9 Maart, Hosea 2: 16-25; Ik spreek u als mijn liefste aan.
God weet niet van opgeven. In zijn liefde volgt Hij de strategie van een man die de vrouw die bij hem wegliep, stilletjes meelokt naar het punt waar alles begon. En haar dan weer zo voor zich weet te winnen, en te beminnen, dat ze nooit meer bij hem weg wil. Hosea voert de vergelijking van God als gepassioneerd liefdespartner heel ver door. Terug naar de woestijn en je opnieuw laten aanspreken door die liefde van God, is zijn visie. Onwillekeurig denk je misschien: zo werkt het in onze tijd niet meer tussen twee echtelieden die uit elkaar zijn geraakt. Die laten zich zelden nog verleiden. Maar God is dan ook echt heel anders. Bij zo veel van God zullen alle Baäls verbleken en hun namen vergeten zijn. Want het zal aan niets ontbreken. God belooft dat Hij op die dag een verbond sluit met heel zijn schepping, zodat die vreselijke oorlogen stoppen en de aarde haar vrucht rijkelijk zal geven. En dan zul je voorgoed, voor eeuwig, mijn beminde zijn, zegt Hij! Zijn liefde zal ervoor zorgen dat het tussen God en ons nooit meer stuk kan.
Mijn eigen volk noem Ik voortaan wie niet mijn volk had moeten heten. Ik spreek u als mijn liefste aan. Dan zegt gij stil en blij mijn naam: mijn Bruidegom, mijn God van vrede.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zondag 10 maart 2013, 11:30
|
|
|
Zondag 10 Maart, Hosea 3; Nieuw verlangen naar God.
Kun je liefde afdwingen? Nee, dat kan geen mens. Liefde laat zich niet dwingen. Al ben je nog zo verliefd, als de ander je afwijst moet je niet blijven aanhouden met brieven en bloemen, maar realiteit aanvaarden. In Hosea’s tijd lag dat iets anders. Vrouwen waren erg afhankelijk van hun man. Zo ook Gomer, de overspelige vrouw van Hosea. In de meeste vertalingen is de gedachtelijn moeilijk te volgen. Ik stel me zo voor. Gomer is door haar avonturen helemaal aan lager wal geraakt. Zelfs zo dat Hosea haal als slavin bij iemand moet vrijkopen. Wat kan hij nu doen dat ze weer naar hem gaat verlangen? Hosea probeert haar via een thuisgebod te ontwennen aan haar foute verlangens. Zelfs met haar slapen doet hij ook niet. Hij wacht totdat ze naar hem begint te verlangen. En zo, zegt den profeet, wacht God dat Israël weer naar Hem gaat verlangen en naar een koning met een hart zoals David. Misschien ook heel herkenbaar. Ook ons zet God soms op droog brood. Niet omdat Hij een hekel aan ons heeft, maar omdat Hij hoopt dat wij weer naar Hem en zijn Messias gaan verlangen. God dwingt niemand van ons, Hij wacht. Zijn hart slaat al open, nu wij nog.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: maandag 11 maart 2013, 20:41
|
|
|
Maandag 11 Maart, Hosea 4: 1-11; Ben je los, dan gaat het hard.
Vroeger moest je op school en catechisatie nogal wat uit je hoofd leren uit de Bijbel en de catechismus. Later werd dat als letterkennis afgedaan. Men ging het anders doen. Maar inmiddels wemelt het van jongeren en jonge mensen die nauwelijks nog de weg in de Bijbel weten en geen idee meer hebben van Gods beloften en geboden voor onderweg in het gewone leven. Zo was het ook in de Israël in de dagen van Hosea. Mensen hadden totaal geen kennis meer. Liefdeloosheid, liegen en bedriegen, diefstal, overspel en moord waren allemaal heel gewoon geworden. Armen en zieken hebben daar altijd het meest onder te lijden. En jongeren die totaal verdwalen en verslaven. Vergeet ook niet de vissen en de vogels en de dieren, zegt de profeet, als was hij lid van de Partij voor de Dieren. Dat komt allemaal, zegt de profeet, doordat de mensen niet meer vertrouwd zijn met God. Ze hebben geen kennis meer van God zelf. Ben je van Hem los, dan gaat het hard. Opvallend: God legt deze klacht heel direct neer bij priesters en opvoeders. Dus ons, ook als kerken, spreekt Hij keihard hierop aan. Wat hebben wij doorgegeven? En hoe vertrouwd zijn we zelf nog met God?
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: dinsdag 12 maart 2013, 20:27
|
|
|
Dinsdag 12 Maart, Hosea 4: 12-19; Zijn wij een voorbeeld?
In onze samenleving willen veel mensen niets meer met God te maken hebben, maar in plaats daarvan geven ze zich over aan de gekste religieuze rituelen. Van heksensessies tot boom omarmen, een indianengebed of een boeddhistische meditatie. Heb niet het lef te zeggen: Wat een onzin allemaal! Want het voelt allemaal zo echt, zo ontroerend en zo authentiek. Maar begin niet over Jezus en de God van Jezus. En in de omgang met elkaar geldt vooral vrijheid en elkaar niet in de weg lopen. Alles moet kunnen, maar alles kan niet. Zo komt een volk zonder verstand ten vak, zegt de profeet kort en krachtig. Want denk je dat bij zo veel openlijke onwil God nog voor je wil inspannen en op weg wil helpen? Je merkt dat de situatie in het land sterk aan het verslechteren is. Fel haalt de profeet uit. Vooral de priesters en de bestuurders (vers 18) krijgen ervan langs. Zij zijn totaal geen voorbeeld. ‘Ga vooral niet zitten afgeven op de jongeren en hun hang naar alles wat sexy is’, zegt hij. ‘Want jullie ouderen zijn veel en veel erger. Alles kan ermee door. Het is alle dagen hoeren en snoeren met jullie ouderen. En ook openlijk onteren van de heilige Naam in zogenaamde tempels voor God in Gilgal en Betel. Van God zullen hoge bomen veel wind te verduren krijgen. Hopelijk staat ons huis vast op de rots.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: woensdag 13 maart 2013, 20:44
|
|
|
Woensdag 13 Maart, Hosea 5: 1-7; God neemt niet op.
Met een mobieltje is men in onze tijd alomtegenwoordig, maar het betekent niet dat men altijd bereikbaar is. Onwillekeurig kijken veel mensen eerst op hun schermpje en bevalt een nummer hun niet, dan drukken ze het weg. Zegt Hosea hier ook zoiets van God? Dat mensen Hem zoeken, maar Hem niet zullen vinden? Ze zullen Hem zoeken in de heiligdommen, waar ze menen dat God wel thuis zal zijn. Ze hebben schapen en geiten bij zich. Maar God is er niet. Hij ziet ons nummer en drukt ons weg. Hij hoort ons roepen, maar Hij houdt zich stil. Daar moet ik niet aan denken, zeg je. Nee, ik ook niet. Als God zich terughoudt, is het in een volle kerk verbijsterend leeg. Als Hij zich terughoudt, slaat elk gebed of lied naar beneden. Kan het echt zover komen? De profeet spreekt hier op een landdag. Een soort politiek congres. Hij slaagt de priesters en politici aan dat zijn schuldig zijn dat God niet opneemt. Want zij hebben in de plaatsen Mispa en Tabor met hun afgodentempels de gewone man om de val gelokt. Van het een komt het ander. Gods aanwezigheid spreekt nooit vanzelf. God laat zich vinden waar Hij ons wil vinden. Oprecht en verlegen om Hem.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: donderdag 14 maart 2013, 19:58
|
|
|
Donderdag 14 Maart, Hosea 5: 8-15; God als een etterwond.
Elke oorlog is afschuwelijk. In het jaar 733 v.Chr. woedde tussen Israël en Juda de zogenoemde Syro-Efraïmitische oorlog. Met behulp van de Syriërs (Assyrië) probeerde het tienstammenrijk Israël het tweestammenrijk Juda eronder te krijgen. Inmiddels zijn de kansen gekeerd en de Judese generaals rukken al op richting Samaria en roven wat ze roven kunnen. Overal langs de route wordt paniekerig op de ramshoorn geblazen. In de hoofdstad Samaria houdt iedereen zijn hart vast. Hosea kijkt en luistert. Dat komt ervan, zegt hij, als je God achter je laat. Dan wordt God zoiets als een etterwond in je lijf en als beenrot in je beenderen. Twee beelden van God die ons heel veel moeite geven. Kan God zo vernietigend zijn? Als een etterwond of als beenrot dat ongrijpbaar je van binnenuit kapotmaakt? Maar het wordt nog veel erger wanneer God zich helemaal terugtrekt. God zegt: Ik ga nu weg, Ik ga terug naar huis. Dus: zoekt het nu maar zelf uit. Van Mij zul je geen last meer hebben, ook geen hulp! Dat is verbijsterend. Gelukkig God zegt dat Hij zal helpen. Totdat er geboet is en men Hem weer gaat zoeken. God wacht nog steeds. Laat dít beeld van God je troosten aansporen Hem te zoeken.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: vrijdag 15 maart 2013, 20:11
|
|
|
Vrijdag 15 Maart, Hosea 6; Liefde, geen offers.
Onder druk van de angstige situatie is er in Samaria kennelijk een ware boetebeweging ontstaan van mensen die elkaar opwekken om terug te keren naar God en Hem smeken om zijn reddend ingrijpen. Zo op het gehoor klinkt het eigenlijk best goed. Maar God zelf is niet onder de indruk. Al helemaal niet van de vele offers die bij deze samenkomsten gebracht worden. ‘Wat moet Ik toch met jullie?’ zo roept de Here God die als een vader zijn verloren zoon echt wel doorheeft, als die met hangende pootjes terugkomt. Jullie liefde is als een ochtendnevel, in een mum van tijd opgelost en weer weg. Nog steeds zie ik afschuwelijke dingen, in Israël en in Juda. Houd op met offers en mooie voornemens en verbind je nu eens echt in liefde en trouw met Mij. Met Mij vertrouwd zijn is meer waard dan enig offer! Deze reactie van de profeet zal de mensen van de opwekkingsbeweging behoorlijk pijn gedaan hebben. Hosea maakt duidelijk dat het God er niet om gaat dat we zo nu en dan een toontje lager zingen en offers brengen. Het gaat om de vernieuwing van ons hart en ons leven. Om je intens verbinden met God en met Hem vertrouwd raken. En heel praktisch je leven omgooien. Een emotionele gebedssamenkomst is prima, maar niet genoeg. Sta op en doe echt iets!
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zaterdag 16 maart 2013, 20:50
|
|
|
Zaterdag 16 Maart, Hosea 7: 1-7; God vergeet niets.
Nu geeft de profeet een korte impressie van de politiek in zijn dagen. Het zijn heel barre tijden. Na de dood van koning Jerobeam II werden in tien jaar tijd maar liefst drie koningen vermoord. Heb je in een normaal democratisch land al de neiging politici heel kritisch te volgen, in een situatie waarin geregeerd wordt door schurk en schoft kun je niemand vertrouwen. Zo’n volk is er heel beroerd aan toe. Hun leiders zijn misleiders. Voor een tijdje zijn ze vrienden van de koning, door mensen te vermoorden die de koning dwarszitten. Maar even later – bij voorkeur op een feestdag, als iedereen er is – gaat de koning zelf aan het mes. Onbestraft lijken ze hun gang te kunnen gaan. Want wie kan het allemaal nog bijhouden? Vergis je niet, zegt de profeet. Het is heel dom te denken dat God niet alles kan volgen en onthouden. Voor mensen mag dat soms heel ingewikkeld zijn, maar voor God geen moment. Alles speelt zich af onder zijn ogen. Alles wordt genoteerd. En vroeg of laat gaan de boeken open, zo lees je in het boek Openbaring. En dan? Hopelijk staan onze namen in het boek des levens. Want God zal van schurk en schoft geen woord ongestraft laten. Dat is best troostvol.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zondag 17 maart 2013, 08:42
|
|
|
Zondag 17 Maart, Hosea 7:8-16; Bid en beweeg.
God wil elke dag naar ons luisteren, maar Hij wil wel serieus genomen worden. Met emotioneel gedoe moet je bij Hem niet aankomen. Maar zeg Hem eerlijk en oprecht je zorg. Op dit moment staat Hosea blijkbaar in zo’n modern religieus heiligdom te kijken naar een stel mannen die op hun matje liggen te jammeren. Omdat er bijna niets meer te eten is en ze bang zijn voor het geweld van de oorlog. Op het oog zou je meteen compassie met hen krijgen. Maar Hosea steekt keihard de draak met hen. Hij is vandaag goed op dreef. Op het populistische af scheldt hij de leiding uit voor misbaksel, grijs gedoe, onnozele duif zonder verstand. Omdat de leiders heen en weer fladderen tussen Assyrië en Egypte, en vervolgens op zo’n gebedsmatje gaan liggen jammeren. Volgens Hosea is God er totaal niet van onder de indruk. Ze jammeren maar wat in plaats van oprecht Mij te zoeken, zegt God. Ze snijden zichzelf met messen – iets wat de Heer nadrukkelijk had verboden – in de hoop dat God zich hun nood zal aantrekken. Maar God is geen afgod. Hem hoef je niet te bewegen. Hij is bewogen van zichzelf. Maar of wij ons naar Hem toe bewegen?
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: maandag 18 maart 2013, 20:24
|
|
|
Maandag 18 Maart, Hosea 8: 1-7; Wat een kalf.
Kennelijk wordt het nu echt dreigend voor de stad Samaria. Er wordt op de ramshoorn geblazen. Overal hoor je sirenes boven de stad verzamelen zich de gieren. In hun angst schreeuwen de mensen tot God om hulp. ‘O God, U bent toch de onze? Wij zijn toch uw Israël!’Nood leert bidden, zo weten we allemaal. Daarvoor hoeft ook nooit iemand zich te schamen. Als je gebed maar samengaat met de inzet je praktisch te veranderen volgens de geboden van God. Dus roep je wanhopig tot God? Doe vooral iets! Stop met drinken en ga hul zoeken! Stop met ontrouw! Stop met ruzie en lange tenen. Stop met dat geloof in eigen kracht en richt je praktische leven op. God en op Jezus Christus. Anders blijft het dweilen met de kraan open. In Samaria is men nog steeds niet zover. Hosea spot openlijk met het vertrouwen dat mensen zetten op stierkalven als symbolen van eigen potentie en kracht. ‘Wat een stom kalf!’ schreeuwt hij tijdens hun vieringen. Of iets in die geest. Is een kalf niet een symbool van afhankelijkheid? Waar ben je mee bezig? Een kalf kan je niet redden. Intussen horen we God zuchten. Hij zegt: ‘Zij roepen wel, maar het goede – Mij en mij gebod – wijzen ze af.’ Roep niet alleen tot God, maar leef ook met God! Anders blijft het bij sukkelen.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: dinsdag 19 maart 2013, 17:33
|
|
|
Dinsdag 19 Maart, Hosea 8: 8-14; De stad is van God.
Steden vormen de trots van een land en een volk. Indrukwekkende gebouwen, muren en torens, paleizen en bruggen, theaters en kerken geven de stadbewoners een zeker trots gevoel. ‘Dit is mijnn stad’, zo roepen stadsbewoners regelmatig. Maar de vraag is hoe het eraan toegaat in ‘mijn stad’ en ‘uw stad’. In Samaria en Jeruzalem spetterde de trots je tegemoet. Van de muren, poorten, gebouwen en ook de vele altaren van God. Maar nauwelijks merkte je iets op van de aanwezigheid van God zelf. Want de bestuurders en stadsbewoners lapten de geboden van God overal aan hun laars. En offervieringen bij een van de vele altaren dienden niet tot lof en prijs van God, maar waren gelegenheden voor bepaalde mensen om zichzelf te promoten. Ook gingen velen erheen puur om de hapjes en de drankjes, de stokjes en de slaatjes. In de steden voelde men zich ook veilig tegen de Assyriërs. Maar God zegt: ‘Ik zal hun steden in vlammen doen opgaan, vuur zal hun bolwerken verteren.’ In de rook ruik je woede, maar vooral groot verdriet. Want God wil bouwen en niet afbreken. God wil een stad laten bloeien, niet laten bloeden. Woon je in een stad? Erken dan God en heb respect voor zijn gebod. Het is zijn stad, daarna pas onze stad en mijn stad. Dat is de volgorde.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: woensdag 20 maart 2013, 20:43
|
|
|
Woensdag 20 Maart, Hosea 9: 1-9; Wie is er gek?
Hosea bijt scherp van zich af. Hij heeft zich gemengd tussen de bezoekers van een vrolijk feest. Waarschijnlijk een Loofhuttenfeest waarop het er in Israël altijd vrolijk aan toe ging. Kennelijk ook nu nog, ondanks de dreiging van oorlog en wegvoering door de Assysriërs. Men danst nog even weg, en droomt dat God als een soort Baäl het tij zal keren. Hosea verstoort het feest luidruchtig. Omdat het niet tot eer is van God, maar – zoals hij zich steeds uitdrukt – puur overspelig gedrag naar God toe. ‘Sommigen van jullie zullen naar Egypte vluchten’, schreeuwt Hosea te midden van alle vrolijkheid, ‘anderen weggevoerd naar Assyrië. Daar zal weinig te jubelen en te dansen zijn!’ ‘Man je bent gek geworden’, zeggen ze tegen hem. ‘Heb je je verstand verloren?’Anderen sturen haatmail en bedreigingen hem op weg naar huis. Ze zijn Hosea en zijn sombere woorden spuugzat. Begrijpelijk! Zouden wij deze man hebben verdragen? Kunnen wij ertegen, als het Woord van God ons pijnlijk raakt? Wat zijn onze vluchtmechanismen? Man, ben je gek. Je hebt een gedateerd godsbeeld. Voor God hoeft niemands bang te zijn. Zoiets? God laat zich niet opzijschuiven. Op de derde dag staat hij op. Nog altijd.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: donderdag 21 maart 2013, 20:10
|
|
|
Donderdag 21 Maart, Hosea 9: 10-17; Heer, alstublieft géén kind.
Voor ons gevoel gaat Hosea nu echt te ver. Want geen kinderen kunnen krijgen is een immense beproeving. Tegen iemand die zo praat als Hosea, zeg je inderdaad: Man, je bent gek geworden! Met kinderloosheid moet je niet spotten. Dat klopt. Waarom bidt de profeet zo bot? Hosea is ontzettend verontwaardigd. Over het gemak waarmee zijn volk God als de schenker van leven achter zich liet. En zich te buiten ging in het dienen van Baäl als heer van het leven. Via rituelen vol pornoachtige handelingen. Hosea vindt het zo stuitend en ondankbaar, dat hij in zijn boosheid bidt dat God deze ontrouw toch niet zal bekronen met kinderzegen. Hosea zegt het ook omdat voor eventuele kinderen op dat moment geen enkele toekomst meer is in de stad met de oprukkende legers van de Assyriërs voor de deur. In zulke tijden kun je beter helemaal geen kinderen hebben. Hosea bidt in zijn boodheid, maar ook in zijn wanhoop. “Geef hun een onvruchtbare schoot, geef hun verdroogde borsten.’ Fraai vind ik het nog steeds niet, zeg je misschien. Kan zijn. Hosea weet hoe leven, liefde en zegen bij elkaar horen. Daar gaat het hem om. Veel stellen die geen kinderen hebben, weten dat ook. Hun huwelijk levert geen kinderen op, maar vaak wel heel veel zegen. Voor zichzelf en anderen.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: vrijdag 22 maart 2013, 20:24
|
|
|
Vrijdag 22 Maart, Hosea 10: 1-8; Zuiver mijn hart.
Nog even en vijandige troepen zullen plunderend de stad in trekken. De profeet ziet het al voor zich. Tijdens een spreekbeurt in Samaria, of is het in Betel? De vele schitterende altaren die men bouwde voor de Baäls onder het mom er de Heer mee te eren, zullen volgens hem bruut in elkaar gelagen worden. En het imponerende stierbeeld in Betel, door Hosea steeds belachelijk gemaakt als ‘het kalf’, zal machteloos afgevoerd worden naar Assyrië, Wat een vernedering allemaal. Voor de leiders van het volk en de priesters die wanhopig huilen om het gemis van hun kalfgod en vooral de glorie daarvan. Die is ineens totaal verdwenen en koning en priesters zijn als ‘wrakhout op de golven’. Volgens de profeet zal het zo afschuwelijk worden, dat mensen gaan verlangen naar een snelle dood. ‘Bergen, bedek ons, heuvels, val op ons!’ Anderen zullen zeggen: Hadden we maar een koning, een soort vader des vaderlands. Maar van een koning moet je niets verwachten, zegt de profeet. Die hebben we nu genoeg gehad. Laten we liever naar ons zelf kijken. Wijzelf hadden toch ook geen respect voor God en zijn gebod? Hadden wij ontzag voor Hem? Leg eerst jezelf eens op het altaar, plegen pinkstergelovigen te zeggen. Daar zit veel in. ‘Heer, het is mijn schuld. Zuiver mijn hart, begin bij mij en geef in mijn binnenste een vaste geest!’
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zaterdag 23 maart 2013, 20:52
|
|
|
Zaterdag 23 Maart, Hosea 10: 9-18; Zaai rechtvaardig.
Maar wat wil God van ons? Hosea kan het met een paar woorden zeggen. ‘Zaai rechtvaardig!’ Een mens is een zaaier. Alle dagen strooi je met woorden, met gedachten en daden overal heen. Zorg dat je rechtvaardigheid zaait, zegt de profeet. In je gezin, je relatie, op je werk, in de politiek. Via je mobiel, je mail en je getwitter. Want een rechtvaardig leven volgens de geboden van God is de grondslag van elk samenleven. Ben je hiermee bezig, dan kun je straks liefde en trouw oogsten en ook nieuw land ontginnen. En God bidden om de regen van zegen en goedheid. In Israël heeft men dit jaar op jaar niet gedaan. Ze hebben samen juist heel veel wetteloosheid gezaaid en dus ook onrecht geoogst. En voor morgen hebben ze alle hoop verloren. Hosea analyseert de situatie genadeloos hard. God verwachtte zo veel van zijn volk, maar zowel het tienstammenrijk als het tweestammenrijk heeft Hem diep teleurgesteld. Ze hebben alle ellende aan zichzelf te wijten. Zaai, oogst, ontgin! Je oogst weinig liefde van je kinderen? Maar wat heb je gezaaid? En wat je op het moment? Zaai liefde, zaai rechtvaardigheid, zaai hoop, zegt God vandaag. En begin een nieuw hoofdstuk van je leven. Nieuw met God! Het is nooit te laat een nieuw stuk land te ontginnen.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zondag 24 maart 2013, 09:05
|
|
|
Zondag 24 Maart, Hosea 11; God is anders dan mensen.
Het bekijken van een kinderfoto van jezelf of van je grote kinderen kan soms zomaar ontroeren. Wat is er veel gebeurt tussen het moment van die foto en nu! Zit God ook zo naar een kinderfoto van Israël te kijken? ‘Ik had jullie lief’, zegt Hij, ‘toen in Egypte niemand naar jullie omkeek. Ik heb jullie grootgebracht. Alles heb je Mij geleerd. Maar al heel snel liep je bij Mij weg. En liet je je inpalmen door die Baäls die je gelukkig zouden maken.’ En dus verscheurt God de jeugdfoto van Israël? Mensen zeggen soms openlijk dat ze klaar zijn met God. Maar God zegt ook weleens dat Hij klaar is met ons. Zoals ook nu weer. ‘Al roepen ze tot Mij, Ik zal hun lot niet verlichten.’ Maar dan hoor je Hem als het ware ineens heel stil worden. ‘Efraïm’, zegt God liefdevol. ‘Efraïm, hoe zou Ik je kunnen prijsgeven? Mijn hart wordt in Mij verscheurd, alles trilt in Mij van barmhartigheid. Ik kan het niet. Want Ik ben God en geen mens.’ Mensen kunnen meestal niets anders meer doen dan weggaan en de deur dichtslaan als ze met iemand klaar zijn. Maar God is geen mens. God is heel anders. Hij heeft lief tot op het kruis van Christus. Zijn liefde zal het voor altijd winnnen.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: maandag 25 maart 2013, 15:48
|
|
|
Maandag 25 Maart, Hosea 12: 1-7; Jakobs God.
Is de aartsvader Jakob nu een illustratie van de geestelijke ontrouw van het tienstammenrijk Israël? Al in de moederschoot probeerde Jakob zijn broer Esau te slim af te zijn, wat hem later ook zou lukken met hulp van zijn moeder. Jakob was de man die een hele nacht vocht met een engel van God en ook nog wist te winnen. Dan is de boodschap helder: wees geen Jakob! Wees een mens die met heel zijn hart zijn hoop zet op God. Of is Jakob een figuur waarmee Hosea wil laten zien dat hij wel een mens was die telkens weer zijn eigen spoor ging, maar die, als het erop aankwam, toch altijd zijn hoop zette op God? En nooit tevergeefs! Ik houd het op het laatste. Je kunt veel leren van het geloof en ook van Jakob. Soms leer je nog meer van hun ongeloof en al te menselijk gedoe. Maar in Betel zag Jakob de hemel geopend en God sprak verrassend vriendelijk met hem. En in Pniël zegende God hem toch. Met de herinnering aan Jakob steekt Hosea het volk ook een hart onder de riem. Wees wel een Jakob als het gaat om je hoop zetten op God. Zet je hoop niet op Assyrië of Egypte. Keer terug naar de God van Jakob, zegt de profeet. Blijf hopen op Hem.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: dinsdag 26 maart 2013, 20:06
|
|
|
Dinsdag 26 Maart, Hosea 12: 8-15; Geen handelaar, maar een herder.
Vandaag is het weer helemaal mis. Het tienstammenrijk – hier steeds Efraïm genoemd – krijgt er weer hard van langs. Het zijn net schapen. Zonder herder zijn ze nergens. Zo is het ook begonnen met Israël. God bevrijdde hen door middel van Mozes en leidde hen uit Egypte. Zij danken hun hele bestaan aan God en zijn herder Mozes. Zelf lijken ze daar intussen anders over te denken. ‘Wat we zijn, is wat we hebben!’ zeggen ze. Zijn we niet groot geworden door de Kanaänieten, die ons leerden te handelen en geld te verdienen zodat we nu rijk zijn, gerespecteerd worden en meetellen? Maar daar wil de profeet niets van weten. Handelaars hebben vaak een valse weegschaal bij de hand, zegt hij, en waarom staan er op jullie akkers overal altaren voor Baäl? Jullie zijn indertijd niet door een Baäl gered, en ook niet door Jakob, maar door Mozes, een heel andere herder dan Jakob. Want Jakob was meer een handelaar, altijd maar druk met vrouwen en met geld verdienen, zegt Hosea een beetje minzaam. Mozes was heel anders. In hem zeg je God bezig. In hem zie je Jezus bezig. ‘Ik ben de goede herder. Ik geef mijn leven voor de schapen’, zegt Jezus op een bepaald moment. Daat gaat ver. Zo ver ging God in zijn liefde. Die gedachte wil Hosea niet opgeven.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: woensdag 27 maart 2013, 20:01
|
|
|
Woensdag 27 Maart, Hosea 13: 1-3 en Psalm 2: 10-12; Kus niet alles en iedereen.
Kussen doe je niet jan en alleman. Want een kus veronderstelt verbondenheid. Met een kus geef je jezelf min of meer aan iemand. In Samaria en Betel kusten de mensen de kunstig gemaakte stierbeelden van Baäl. Als onderdeel van een godsdienstige viering. Voor hun besef waren die stierbeelden inspirerende uitbeeldingen van spetterende vitaliteit en voorspoed. Met zo’n kus maakte je duidelijk dat je van die Baälgod – de priesters in dat soort heiligdommen zeiden dat het om de verering ging van dezelfde God als die van Jakob – je kracht, je zegen en je economische succes verwachtte. Maar zo kun je niet met de Eeuwige omgaan. In de uitdrukking ‘kalveren kussen’ hoor je bij de profeet iets dieps verachtelijks. Hoe kun je als verstandig mens, vaak ook nog opgegroeid met de God van Abraham, zo laag zakken dat je een kalf gaat kussen? Of dingen als een sportbeker of gouden schaal, een Olympische gouden plak of een prijs voor een film of theaterstuk? Gefeliciteerd met je mooie prijs. Maar kussen? Kus toch niet zo veel mensen en zo veel dingen. Dank God voor zijn gaven en bewaar de genegenheid van je hart voor een oprechte omarming richting God. Hij is de Schepper. Van Hem komt ons heil. Alleen Hem komt de lof toe.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: donderdag 28 maart 2013, 20:57
|
|
|
Donderdag 28 Maart, Hosea 13: 4-11; Laat God je gezicht zien.
Er zijn tijden dat je je diep afhankelijk weet van God. Bijvoorbeeld in de aanloop naar de bestemming van je leven. Of op momenten dat je door een woestijn heen moet. De woestijn van een langdurige ziekte, een burn-out of een intens verdrietige scheiding. Je beseft dat je zonder God nergens bent. ‘Dominee, hebt u nog eens even tijd voor mij?’ Maar als na verloop van tijd het leven ene positieve wending neemt, kan het gebeuren dat God ineens in de marge raakt. Sterker nog: dat je Hem de rug toekeert. Hosea confronteert het volk Israël ermee. Indertijd in Egypte pakte God hen op en leidde hen naar het slavenvolk als een herder naar het beloofde land. Maar in de loop van de tijd keerden zij zich hoogmoedig van God af en hadden Hem nergens meer voor nodig. De profeet zegt: ‘Denk niet dat je dan ook echt van God af bent.’ Grote kans dat God zich tegen je keert en als een wild dier je hier of daar te grazen neemt. Waarom zou God zich niet gekwetst mogen voelen? Maar het kan ook anders. Dat Gods goedheid je stil maakt in plaats van hoogmoed. En extra toegewijd in plaats van slordig. Keer van God nooit je rug toe, laat Hem altijd je gezicht zien. In slechte en goede tijden.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: vrijdag 29 maart 2013, 15:34
|
|
|
Vrijdag 29 Maart, Matheüs 7: 24-27 en Hosea 13: 12-15; God bundelt.
Van veel bekende schrijver, politici en theologen verschijnen aan het eind van hun leven de Verzamelde werken. Of al hun gedichten gebundeld in enkele stevige banden. Hoeveel banden zouden er nodig zijn om al onze zonden, feiten en falen te bundelen? Je moet er niet aan denken. Gelukkig dat een mens gaandeweg veel vergeet. Maar daarmee zijn je fouten en zonden nog lang niet weg. Anderen lijden er misschien nog steeds onder. In elk geval lijdt God eronder. God zal niets vergeten, zegt de profeet dreigend. God heeft alle zonden en misstappen van Efraïm (tienstammenrijk) gebundeld en vraagt zich nu in ernst af waarom Hij hen nog zou moeten verlossen van de ondergang die dreigt van de kant van de Assyriërs. Geen enkel oordeel heeft geholpen. Volgens Hosea is Israël als een kind in de baarmoeder dat – hoeveel pijn het ook heeft – toch fout blijft liggen en de uitgang niet vindt. Het beeld gaat mank natuurlijk. Een ongeborene doet dat niet met opzet, Israël wel. Bij God is daarom de maar vol. Dood en verderf geeft Hij nu de vrije loop. Laten we dit niet onderschatten, persoonlijk niet samen als volk niet. God bundelt zonden en komt er vroeg op laat op terug. Wie veel is toevertrouwd, heeft ook veel te verantwoorden. Wie God geboden in de wind slaat, komt vroeg of laat in zwaar weer terecht.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zaterdag 30 maart 2013, 09:27
|
|
|
Zaterdag 30 Maart, Hosea 14:1-4; Verweesd.
In de samenleving van Hosea gold een wees zo’n beetje als de meest kwetsbare mens. Wezen hadden geen rechten en waren vaak niet welkom in andere families. Waarom waren hun ouders zo vroeg gestorven? Wezen waren helemaal aangewezen op de ontferming van God. Voor Hosea is dit een sterk motief de mensen op te roepen terug te keren van God. Ze zijn totaal ontredderd, nu het oordeel over Samaria onafwendbaar is geworden. En vijandige troepen de stad zullen innemen en niemand te zullen sparen, ook geen kinderen, zelfs geen zwangere vrouwen. Zo ging dat toen eraan toe en eigenlijk nog steeds. Keer terug naar God, zegt Hosea indringend en emotioneel. Kennelijk nog steeds op zijn post en solidair met zijn volk. Denk aan God die altijd compassie heeft met mensen die geen beschermers hebben, wie ze ook zijn. Keer terug en spreek woorden van berouw en vestig je hoop op Hem. Maar kan dat nog? Bij God is altijd een weg terug. Sommige mensen vinden het laf om in de narigheid alsnog zich tot God te wenden. Maar het is geen teken van kracht koppig te blijven op een verloren positie. Geneer je niet terug te gaan. Bij God vinden verweesde en verloren mensen ontferming.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zondag 31 maart 2013, 09:41
|
|
|
Zondag 31 Maart, Hosea 14: 5-10; Breken en bloeien.
Sommige mensen zijn altijd uit op eer voor zichzelf. Anderen wijzen spontaan van zich af. Niet uit valse bescheidenheid, maar uit een diep besef dat het meeste van wat je doet je gegeven wordt. Zoiets hoor je hier ook. Na het oprechte berouw volgt een lied vol beloften van God. Als een profetie over het oordeel heen van Samaria en heel het land heeft getroffen. De mensen gaan de nacht van de ballingschap in, maar ze gaan niet zonder belofte van God. ‘Ik zal hen genezen’, zegt God. ‘Mijn hart gaat naar hen uit.’ Een keer komt het toch goed. Met heel hun hart zullen ze breken met de afgoden. En dan helemaal opbloeien. Als bloeiende wijnstokken. Maar ze zullen deze weelde niet claimen als iets van zichzelf. Ze zeggen: ‘Heer, het zijn uw vruchten die ik draag!’ Genade is het en anders niet! ‘En wat wij zijn, Hij heeft het ons gegeven.’ Hier eindigt het boek. Is Hosea je sympathiek geworden? Een moeilijke man, zeg je misschien. Dan kan. Als we maar iets geleerd hebben. Kort vat hij samen: je kunt je weg gaan als een rechtvaardige die zich laat leiden door de woorden van God. Of je volgt je eigen weg en dan lig je snel in de sloot. Wie wijs is, neme deze woorden ter harte. En wie wil nu een dwaas zijn?
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: maandag 1 april 2013, 11:22
|
|
|
Maandag 1 April, Mattüs 26: 1-16; Leven is lijden.
Heel Jezus’ lijden kun je typeren als lijden. Als kind moest Hij vluchten, zijn broers en zussen begrepen later weinig van Hem en in Nazaret wilde de dorpsgemeenschap Hem lynchen. Uiteindelijk eindigt zijn leven aan een kruis even buiten Jeruzalem. Vanaf vandaag lezen we het laatste, herfstige deel van Jezus’ lijdensweg volgens het evangelie van Mattheüs. Het zet in met een laatste aankondiging door Jezus van zijn lijden en dood. Hij zegt tegen zijn leerlingen: ‘Nog twee dagen en dan gaat het gebeuren!’ Vrijwel meteen daarna staat er een vrouw bij Jezus. Zij heet Maria. Zij zalft Jezus’ hoofd. Een hele fles met kostbare mirre stort ze als teken van diepe verbondenheid uit over Jezus’ hoofd. Op bijna hetzelfde moment zie je echter een van Jezus’ twaalf leerlingen, Judas, weglopen naar de overpriesters en schriftgeleerden. Die hadden onder leiding van de hogepriesters Kajafas juist besloten Jezus uit de weg te ruimen. Liefst nog voor het feest, zeiden ze. In elk geval niet op het feest, maar stiekem, ’s nachts. Maar waar houdt Jezus’ zich ’s nachts op? Judas biedt hun aan te helpen. Voor ons gevoel vormen zijn twee uitersten. Maria is een engel. Judas een duivel. Wat kan het verschillend lopen met twee mensen rond Jezus. Waar staan wij? Ben je een soort Maria of ben je een soort Judas?
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: dinsdag 2 april 2013, 08:57
|
|
|
Dinsdag 2 april, Psalm 38: 1-13; en Matteüs 26: 6-7; De lepraman.
Het verhaal speelt zich af in Betanië, een klein dorp in de schaduw van Jeruzalem. Jezus ging er vaak ’s avonds naartoe om de nacht door te brengen. Deze keer is Hij te gast bij een zekere Simon die aan huidvraat – vroeger zei men melaatsheid – leed of had geleden. Zeg maar Simon de lepraman. Was die man door Jezus genezen, dat hij die bijnaam had. Of zag hij er nog steeds niet uit? ‘Ik weet wel bij wie ik liever aan tafel zit’, denk je al gauw. Het wordt niet gezegd, maar het zal wel een man met een verhaal zijn geweest zijn. Misschien was hij nog steeds melaats. Maar Jezus wil zijn gast zijn. De sfeer lijkt op het oog ontspannen, maar schijn bedriegt. Jezus had immers gezegd: ‘Nog twee dagen.’ Toch is Jezus gaan eten bij Simon de lepraman. Bewust en overtuigd van de weg die Hij moet gaan. Tot het bittere kruis om ons. Of zijn discipelen daar ook druk mee bezig zijn? Je krijgt niet de indruk. Wat Jezus gezegd heeft over zijn lijden en dood, tot vier keer toe, lijkt niet tot hen door te dringen. Aan deze maaltijd moet Jezus zich heel eenzaam gevoeld hebben. Misschien dat Jezus ook daarom het gezelschap zocht van Simon de lepraman. Lijden maakt eenzaam. Het liefst ben je maar in de buurt van zo’n lepramens. Jezus kennelijk ook.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: woensdag 3 april 2013, 12:01
|
|
|
Woensdag 3 April, Psalm 38: 14-23 – Matteüs 26: 8-9; Verspilling.
Tijdens de maaltijd komt ineens een vrouw binnenlopen. Volgens de evangelist Johannes moet het Maria geweest zijn, de zus van Marta en Lazarus. Zij loopt naar Jezus toe, haalt een flesje voor de dag, gevuld met kostbare mirre en giet heel de inhoud uit over Jezus’ hoofd. Een gebeuren waaraan iedereen zich ergert. Want zo’n flesje ging je heel zuinig om, daar kon je wel een half leven mee doen. Een paar druppels waren genoeg om te verfrissen. Wie zo’n heel flesje leegschudt, is niet goed wijs. Het is pure verspilling. Verontwaardigd vallen ze tegen Maria uit. Aan verspilling hebben ook wij allemaal een hekel, ‘Als je het niet voor het geld hoeft te laten, doe het dan om het milieu.’ Van te veel geld of energie uitgeven houdt niemand. Het moet zin hebben, zeggen we al gauw. Ook in de kerk praten we wel zo. Zakelijk, rationeel, functioneel. Volgens sommigen zouden vooral mannen zo denken. Ik weet het niet. ook vrouwen weten in één oogopslag altijd wat iets heeft gekost. En of een uitgave verspilling is geweest. ‘Dit kán Jezus niet goed vinden’, lijken de leerlingen te zeggen. Als iemand het altijd over de armen heeft, is het Jezus. Dat klopt. Maar storen zij zich terecht?
|
|
Naar boven |
|
|
|
|
|
|
|
|
|