Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: maandag 7 januari 2013, 21:43
|
|
|
Maandag 7 Januari, Genesis 39: 1-6; God met ons.
Nu het met Juda ondanks zichzelf goed afgelopen is, komt Jozef weer in beeld. Hij is verkocht op de slavenmarkt en werkt nu in het huis van een zekere Potifar, een vertrouweling van de farao. Aan het woord slaaf en slavenmarkt moeten we maar nooit wennen. Het is een schandvlek voor elk volk dat zich hiermee inlaat. Ook wij hebben op dit punt een verleden, waarvan de trauma’s nog steeds doorwerken onder mensen om ons heen afkomstig uit Indonesië, Suriname en de Antillen. Wat Jozef heeft doorgemaakt aan wanhoop en tranen horen we hier niet. Alleen dit: de Heer stond Jozef terzijde! De Heer zegende hem in alles wat hij te doen kreeg. Onder Jozefs handen veranderde haast alles in goud, zoals dat weleens gezegd wordt. Potifar viel dat gauw op. Hij vertrouwde Jozefs alles toe. Zijn huis, zijn akkers, zijn personeel. De man zag er ook heel aantrekkelijk uit. De man was voor het gevoel van Potifar zonder meer een groot succes! Jozef zelf weet beter. Niet succes is zijn wachtwoord. Maar het woord zegen. De Heer was met hem! Dan kun je veel hebben en kun je veel aan. Ook als er weinig in goud verandert. Je bent van God en dat neemt niemand je af. Zijn machtige schaduw is om je heen. ‘God is met ons’, schreef Bonhoeffer in de gevangenis van Berlijn, ‘des avonds en des morgens / is zeker met ons elke nieuwe dag.’
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: dinsdag 8 januari 2013, 21:52
|
|
|
Dinsdag 8 Januari, Genesis, 39: 7-23; Kwaad en zonde.
In onze tijd blijkt alles te mogen en te kunnen. Maar niets is minder waar. Alles kan echt niet. Wie het aanlegt met de vrouw of man van een ander laat een spoor van vernieling achter zich. In je gezin, je familie, onder je vrienden en ook in je eigen ziel. Jozef is zich dat goed bewust. Door zijn bestuurlijk succes, zijn positie en aantrekkelijke uitstraling heeft hij de aandacht getrokken van de vrouw van zijn baas Potifar. Had zij misschien een ongelukkige huwelijk met Potifar? Was hij zelden thuis en altijd moe en deed hij als echtgenoot haar tekort? Dat kan allemaal. Ineens ben je verliefd op een ander, zo hoor je dan. Potifars vrouw is wel heel duidelijk richting Jozef. Maar die heeft zichzelf goed onder controle. Niet omdat hij geen gevoelens heeft, maar omdat hij er diep van overtuigd is dat ontrouw altijd een groot kwaad is. Behalve dat is het ook zonde tegen God, oftewel: je raakt er God ook mee kwijt. Daarom aarzelt Jozef geen moment en vlucht hij bij de verleiding weg. Sommige gevoelens moet je geen moment bij jezelf toelaten. Je gaat voor de bijl. Voor Jozef loopt het niet goed af. Hij komt in de gevangenis terecht. Maar je kunt beter in de gevangenis zitten met God dan in een aantrekkelijke relatie zonder God.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: woensdag 9 januari 2013, 20:49
|
|
|
Woensdag 9 januari, Genesis 40: 1-15; Wacht op God.
Ook Jozef wordt het kennelijk weleens te bar. Ineens hoor je hem zijn hart luchten. Hij heeft gezelschap gekregen van twee hoge functionarissen van de farao. De baas van de bakkers en de baas van de wijnschenkers. Mogelijk was er sprake van voedselvergiftiging en zolang het onderzoek loopt, zitten deze twee belangrijke dienaren van farao gevangen. Op Jozefs verzoek vertellen ze hem hun nachtmerrieachtige dromen. Als Jozef de schenker een voor hem gunstige uitleg gegeven heeft van zijn droom, stort hij meteen ook zijn eigen hart uit. ‘Ik ben een gestolen mens’, zegt hij, ‘ik ben geen slaaf van geboorte. Ik zit hier alle dagen in dit kerkhol, terwijl ik absoluut niets fout gedaan heb. Kunt u niet een goed woordje voor mij doen?’ Hier kijk je Jozef even diep in zijn hart. Ook als je overtuigd bent dat God je niet in de steek zal laten, iedereen wordt het allemaal weleens te veel. Soms gaat het maar door. Weer een teleurstelling. Weer naar het ziekenhuis. Weer een probleem in je familie. Weer in de put. En je klampt je vast aan bepaalde mensen. Heel begrijpelijk. Maar de schenker vergeet Jozef. God niet. Hij blijft trouw. ‘Wacht op de Heer, die u in zwakheid schraagt’, zo zingen de Psalmen.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
PETRA373
|
Berichten: 2328
|
Geplaatst: donderdag 10 januari 2013, 14:23
|
|
|
effe wat bijgelezen. mooi dat je nog steeds schrijft. Over jozef stukje, ja hij was een mens net zoals jij en ik, natuurlijk werd het hem wel eens teveel. Zet me tot nadenken, hij worstelde met de zelfde gevoelens als wij mensen. prachtig zoals hij vlucht voor de verleiding, omdat het zeker voor iedereen wel herkenbaar is. In richters vlucht simon niet voor de verleiding van een hoer, gevolg, de filistijnen grepen hem, staken hem de ogen uit, voerden hem naar gaza en boeiden hem met twee koperen ketenen. En hij moest in de gevangenis de molen draaien.(richt. 16-22) Zet me tot denken, weg was de zalving, de zegen van god met hem, door een keuze om toe te geven aan een zonde. Had jozef toegegeven aan de verleiding, was er misschien ook een muur tussen god en hem gekomen en was het hem nog heel slecht misschien verder gegaan in het leven. Zo zijn mijn gedachten erover en ik denk daar vaak aan als ik wel eens vecht tegen een bepaalde verleiding, vluchtten zoals jozef deed. Want de geboden zijn er om ons te beschermen, no way ik god wil kwijtraken , dat er een muur tussen ons inkomt. Hoe verleidelijk ook....
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: donderdag 10 januari 2013, 22:05
|
|
|
Donderdag 10 Januari, Genesis 40: 16-23; God is geen farao.
De derde dag is in de Bijbel heel vaak de dag van de grote wending of beslissing. Dan gebeurt het. In beide dromen hoor je dit getal dan ook steeds terugkomen. Ook in de droom van de bakker. Een beetje naïef gaat de bakker ervan uit dat Jozef ook voor hem wel een gunstige uitleg zal hebben. Maar dat blijkt niet het geval. In de bovenste mand met gebak voor farao wemelde het van de vogels en de bakker deed er kennelijk niets tegen. Dat kan volgens Jozef maar één ding betekenen. Jozef zegt hem keihard wat er met hem zal gebeuren. Was de bakker ook echt schuldig? Vreemd, dat zegt de Bijbel met geen woord (vergelijk 41:9). Zo’n farao doet ook maar een eind. Op feestjes moet je vooral zulke types je goed in acht nemen. Op de derde dag gebeurt precies wat Jozef had gezegd. De schenker krijgt amnestie, maar de bakker wordt afgevoerd en opgehangen. De een krijgt zijn hoge plaats aan een galg. Verhoging en vernedering. Onwillekeurig denk je aan de derde dag aan het eind van het evangelie. Jezus hing hoog aan het kruis, maar God wekte Hem op. Op de derde dag verhoogde God Hem uit de dood. Dat was Gods genadige wending ten goede. Voor schenkers en bakkers, want God kent geen willekeur. God is farao.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: vrijdag 11 januari 2013, 17:27
|
|
|
Vrijdag 11 Januari, Genesis 41: 1-13; Beter laat dan nooit.
Was de schenker Jozef echt vergeten? Dat kan. Nare ervaringen worden snel verdrongen. Daarvan houd je zelden een fotoboekje bij. Maar dan gebeurt er iets en ineens zie je alles weer voor je. Als niemand in staat is farao’s dromen bevredigend uit te leggen, denkt de schenker ineens aan zijn eigen nachtmerrie, twee jaar terug in de gevangenis. Kennelijk ging ook hij toen niet vrijuit, want de gevangenis herinnert hem heel direct aan eigen misstappen en fouten. Hij komt er ook openlijk mee voor de draad en zo denkt hij eindelijk ook weer aan Jozef. Wel een beetje laat, ben je geneigd te denken. Maar beter laat dan nooit. Terugkijkend zie je de dingen soms ineens ongemeen scherp. Bepaalde fouten die je gemaakt hebt, misslagen, zonden waarvoor je je nu diep schaamt. Eindelijk komt alles een boven en durf je je eigen missers op te biechten. Voor je vrouw, je kinderen en voor God. Dat zijn niet je zwakste momenten. En mogelijk valt er ook nog iets goed te maken naar iemand die daar jaren op zit te wachten. Stel dat dan niet uit. Wie vandaag aan zijn zonden herinnerd wordt, laat die er vandaag ook concreet iets aan doen. Nu kan het wellicht nog, straks kan het niet meer.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zaterdag 12 januari 2013, 17:20
|
|
|
Zaterdag 12 januari, Genesis 41: 14-24; Maak je niet afhankelijk van succes.
Praat Jozef hier niet voor zijn beurt? De farao heeft hem nog niets van zijn dromen verteld en toch beloofd Jozef hem al een gunstig antwoord. Maar Jozef doet dit niet zomaar, hij verwijst de farao heel duidelijk naar God. En wie Gods woorden serieus neemt, gaat het goed, ook als het niet goed gaat. Over dat laatste is de farao erg ongerust. Die lelijke koeien hebben grotere indruk op hem gemaakt dan die mooie. En aan lelijkheid en magerte, schraalheid en crisis wil hij niet denken. Die vormen een nachtmerrie voor de man, omgeven als hij als alle dagen is door het beste en het mooiste. Reden ook om Jozef eerst een flinke opknapbeurt te geven, want de farao houdt van mensen met een knap uiterlijk en niet van verfomfaaide figuren. Maar zo zit het leven niet in elkaar. Mooie en lelijke koeien wisselen elkaar af als je in alle omstandigheden je toevertrouwt aan de levende God en je niet afhankelijk maakt van succes en mooie spullen. Ik weet van gebrek en van overvloed, zegt Paules later. In zowel het een en ander ben ik inmiddels erg ervaren geraakt. Maar maak je over mij geen zorgen. Ik kan alle dingen aan door Christus die mij kracht geeft.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zondag 13 januari 2013, 16:06
|
|
|
Zondag 13 januari, Genesis 41: 25-36; Honger is onrecht.
Zijn jaren van misoogst en hongersnood door God gewild en geregisseerd? Uit Jozefs opmerking over het feit dat farao maar liefst twee keer hetzelfde droomde en de zaak dus bij God echt vaststaat, zou je dit gemakkelijk af kunnen leiden. Een opmerking die ons al gauw heel veel moeite geeft. Want honger is onrecht, zo plegen wij te zeggen. Zit Jozef hier wel goed met zijn verwijzing naar God? Maar Jozef zegt het niet in zijn algemeenheid. Alsof dat altijd zo is. Nog minder is zijn opmerking een oproep ons neer te leggen bij wat komt. Terwijl de farao die lelijke koeien in zijn bangste dromen al ziet passeren, zegt God hem juist hoe hij aan het werk moet gaan in de jaren van voorspoed, die eerst nog zullen komen. In zoverre herinnerend Jozef ons dus juist aan onze eigen verantwoordelijkheid om te doen wat wij kunnen. En dat is vaak heel veel. Met twintig procent bewaren en opzijleggen zijn in Egypte de jaren van recessie op te vangen. Met veel en veel minder procent inleveren door de rijke landen van onze wereld is veel honger elders te voorkomen. Maar willen we dat wel? Ook bij God is honger onrecht. Op dit punt verwacht Hij zelfs veel van de farao. Hoeveel te meer verwacht Hij dat van ons, die Hem en zijn gebod kennen.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: maandag 14 januari 2013, 21:14
|
|
|
Maandag 14 Januari, Genesis 41: 37-46; Hij zal leven.
Bij een nieuw leven hoort een nieuwe naam en een nieuwe identiteit. Jozef krijgt de naam Safenat-Peneach. Dat is raak getroffen, want de naam betekent: ‘God zegt: hij zal leven!’ Zo zal Jozef zich ook letterlijk gevoeld hebben. Een mens die God opwekte uit het donker van duisternis en dood. De farao en zijn raadslede hebben niet lang beraadslaagd over zijn advies. Wie zou beter deze taak op zich kunnen nemen dan deze man in wie de Geest van God is? Al kent de farao de God van Jozef niet, hij erkent dat geluk en leven voor zijn volk in Gods handen ligt. En zo krijgt Jozef de machtigste functie onder de farao. Van de ereteken die hij ontvangt, zal het linnen kleed hem herinnerend hebben aan de duren jas die Jakob indertijd voor hem kocht en die zijn broers aan flarden scheurden. En de tweede wagen, die hem wordt toegewezen, zou hij daarmee weleens voorbij het huis gereden zijn van de vrouw van Potifar en daar de paarden even inhouden en hoog laten steigeren? Hij zal leven! De belofte van God, vanuit een vreemde hoek aangereikt, zal vóór alles diep in zijn hart hebben bewogen. De naam is een belofte en een roeping. Alle macht is hem gegeven om te leven voor anderen. Als dat van één geldt, dan van Jezus! Zijn opstanding is een en al belofte van leven. Eeuwig leven zelfs.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: dinsdag 15 januari 2013, 21:28
|
|
|
Dinsdag 15 Januari, Genesis 41: 47-57; Ga naar Jezus.
De farao heeft hier onwillekeurig iets van een evangelist. Al zijn onderdanen die verlegen zijn om brood, verwijst hij heel beslist naar Jozef. Want daar Jozef is, is leven. Jozef heeft ook niet stilgezeten. Pas dertig jaar oud heeft hij wijs en consequent van de overvloed laten opslaan in grote voorraadschuren in de steden. Ook zijn eigen leven valt zegen. Twee kinderen worden hem geboren. Voor hem een heel emotioneel moment. Manasse, zo hoor je hem ontroerd de naam van zijn zoon zeggen. God heeft al mijn moeite doen vergeten en alle narigheid mijn broers mij aangedaan, betekent die naam. Nu laat Jozef echt alle bitterheid achter zich. Het valt van hem af nu hij een nieuwe generatie ziet komen. ‘Geslachten gaan, geslachten zullen komen: / wij zijn in uw ontferming opgenomen.’ Ook de geboorte van Efraïm maakt diepe indruk maakt diepe gedachten aan Gods trouw bij hem los. Maar dan slaat de honger toe. Ga naar Jozef, zegt de farao. Doe wat hij je zegt. Op de bruiloft van Kana zal Maria over Jezus precies hetzelfde zeggen als de wijn op is. Zelden klintk een advies zo kort en duidelijk. Wat aarzelen wij dan nog? Jezus is het brood des levens. Hij is de wijn die God voor het laatst bewaarde.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: woensdag 16 januari 2013, 20:47
|
|
|
Woensdag 16 Januari, Genesis 42: 1-17; Eerlijke mensen.
Als Jozef zijn broers ziet, komt alles weer bij hem boven. Terwijl zij buigen als knipmessen, denkt hij meteen terug aan de dromen van zijn jeugd, God heeft al zijn beloften vervuld. Van haat naar zijn broers kan bij hem geen sprake meer zijn. Maar zijn zijn broers ook veranderd? Daarnaar is hij heel benieuwd. Daarom spreekt hij hen hard aan en beschuldigt heel de groep van spionage en wacht af hoe zij daarop zullen reageren. Natuurlijk protesteren ze heftig. Wij zijn geen losse groep, wij zijn allen zonen van één man. Niemand is toch zo’n gek al zijn zonen als spionnen mee te geven op zo’n gevaarlijke missie? Geloof ons, heer. Wij zijn eerlijke mensen. Eerlijke mensen? Mensen uit één stuk? Dat hadden zo beter niet kunnen zeggen. Van hun eerlijkheid heeft Jozef geen hoge pet op. laat een van hen die jongste broer dan maar gaan halen en zo laten zien dat zij eerlijke mensen zijn. Voorlopig laat Jozef hen eerste drie dagen opsluiten. Is Jozef hier wel goed bezig? denk je misschien. Drijft hij het niet te ver? Voor ons gevoel wel. Maar er is ook veel gebeurd. Voor verzoening moet altijd eerst de onderste steen boven komen. Jozef maakt daar bewust ruimte voor. Zijn broers zullen hem er later dankbaar voor zijn.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: donderdag 17 januari 2013, 21:46
|
|
|
Donderdag 17 Januari, Genesis 42: 18-28; Word eerlijk voor God.
In drie dagen van gedwongen stilzitten en afwachten zijn bij de broers allerlei bellen gaan rinkelen. Zij beseffen dat ze helemaal geen ‘eerlijke mensen’ zijn. Zij denken terug aan de angst van Jozef, indertijd nog een puber. Een heel lastig broertje, maar intussen toch ‘onze broer’, zeggen ze nu. Maar zij kenden geen mededogen. En nu is het onze beurt, zeggen ze. Zij zijn zich ervan bewust: dit is de hand van God. Even later zeggen ze het ook hardop. Jozef wordt er helemaal emotioneel van. Pas nu hoort hij dat Ruben niet had ingestemd om hem indertijd als slaaf te verkopen. Reden voor Jozef om daarom Simeon, die direct op Ruben volgt, als enige in hechtenis te houden. Zo stuurt Jozef hen terug naar huis. Met het zilver boven in hun korenzakken. Om ze nog eens uit te dagen op hun eerlijkheid. Als ze het geld ontdekken, slaan alle stoppen door. Vreemd hoe dingen uit het verleden ineens bij je boven kunnen komen als je een paar dagen of langer stil moet zitten afwachten. Hoe heel je leven dan als een film aan je voorbijgaat. Sommige dingen je regelrecht aanklagen. Laat God ons daar nu voor boeten? Zo voelt het soms wel, maar het is zeker niet altijd het geval. Wel nodigt God ons uit eindelijk eerlijk te worden. Bij Hem is veel ontferming.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: vrijdag 18 januari 2013, 22:40
|
|
|
Vrijdag 18 Januari, Genesis 42: 29-38; Per aspera ad sastra.
Kinderen hebben is mooi, maar ze maken je wel heel kwetsbaar. Als hun iets overkomt, kun je je zo ontzettend machtloos voelen. En je geeft iedereen de schuld, vaak ook jezelf. Jakob maakt zijn zonen heel harde verwijten. Zij hadden beter op moeten letten. Toen al, jaren terug, toen Jozef een ongeluk overkwam in het open veld. En nu komen ze aanzetten zonder Simeon. En of dat niet genoeg is, willen ze Benjamin ook nog meenemen. Naar hun verdediging luistert hij nauwelijks. Zij zullen wel meer iets stoms uitgehaald hebben, over ‘eerlijke mensen’ moeten zij vooral niet bij Jakob beginnen. Alles is tegen me, zo schreeuwt hij tegen me, zo schreeuwt hij tegen hen. Of schreeuwt hij zo tegen God? Niets blijft me bespaard. Is alles tegen me, zo schreeuwt hij tegen hen. Of schreeuwt hij zo tegen God? Niets blijft me bespaard. Is dit alles tegen Jakob? Zo is het niet. God gaat soms een uiterst donkere weg en onbegrijpelijke weg met ons. Zo donker en verlaten als het donker van Golgotha. Maar toen werd het licht. God spaarde zichzelf niet, zegt Paules later. Laat die God ons troosten. God is toch voor ons, daar staat Jezus’ weg door het donker heen voor in. Door lijden naar licht. Per aspera ad astra. Zover is Jakob nog lang niet. Wij misschien ook niet. En toch: niets kan ons scheiden van Hem.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zaterdag 19 januari 2013, 21:42
|
|
|
Zaterdag 19 Januari, Genesis 43: 1-14; Soms heb je een borg nodig.
Soms heb je een borg nodig. Dat is iemand die voor je instaat. Met zijn geld of met zijn naam. Een die voor je opkomt, kost wat het kost. Juda biedt zich spontaan aan als borg voor Benjamin. Want Jakob kan geen kant meer op. Wil men overleven, dan zal men weer naar Egypte moeten gaan. Maar Jakob wil Benjamin niet meegeven. Wie of wat garandeert hem dat hij Benjamin terugziet? De man in Egypte is immers een heel harde en zijn eigen zonen vertrouwt hij niet. Maar dan staat Juda ineens op en biedt zichzelf aan. Voor Jakob kennelijk een heel verrassend moment. Wil Juda borg staan en zijn eigen belangen op het spel zetten voor zijn jongste broer? Kennelijk is dat in het gezin van Jakob iets nieuws en ging iedereen vooral voor zichzelf. Maar nu laat Juda zich ineens anders zien. Jakob is er zo van onder de indruk, dat hij zijn verzet opgeeft en erin bewilligt. Soms heb je een borg nodig. Een die voor je instaat eventueel met je ruilt. Je ellende tot de zijne maakt. Want alleen redt niemand het. Niet bij Jozef en al helemaal niet bij God. ‘Ik zal persoonlijk borg voor hem staan’, zegt Juda. ‘Ik borg voor u’, zei Jezus, toen Hij zich liet wegleiden naar het kruis. God dank, we zijn niet alleen. We hebben een Borg. Op Jezus kunnen we aan. Voor altijd.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zondag 20 januari 2013, 17:54
|
|
|
Zondag 20 Januari, Genesis 43: 15-34; Tranen.
Jozef maakt het zichzelf niet makkelijk. Hij speelt het spel perfect. De broers buigen weer diep en opereren angstvallig volgens de instructies die de slimme Jakob hun had ingepeperd. Over de kwestie van het geld nemen ze zelf initiatief, maar het antwoord dat ze krijgen, zal hen alleen maar zenuwachtiger gemaakt hebben. Het geschenk, door Jakob zorgvuldig samengesteld, houden ze binnen handbereik. Maar als Jozef Benjamin ontwaart, wordt het hem te machtig. Snel loopt hij weg, zoekt zijn binnenkamer op en laat zijn emoties de vrije loop. Om daarna het spel weer verder te spelen. De broers drinken erop los, maar of hun gesmaakt heeft? De huilende Jozef is ons sympathieker dan de Jozef die met zijn broers een spelletje speelt. In zijn binnenkamers laat hij zijn tranen de vrije loop. Daar zijn binnenkamers ook voor. Om te huilen. Ook wel bij God uit te huilen. Dat hoeft niet iedereen te zien. Zeker als voor je gevoel de kwestie als knipmessen, zijn ze anders geworden? Vertrouwen herkrijg je niet zomaar. Al drink je samen een hele avond erop los. Er moet iets wezenlijks gezegd worden. Daarop wacht Jozef terecht.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: maandag 21 januari 2013, 21:41
|
|
|
Maandag 21 Januari, Genesis 44: 1-17; Verheldering.
Juda doet geen enkele poging meer om zichzelf of zijn broers te rechtvaardigen. Dat had hij best kunnen doen, want het zal hem duidelijk geweest zijn dat er met hen een gemeen spelletjes gespeeld werd. Kennelijk wil iemand hun een loer draaien. Maar wie en waarom? Maar als Jozef hun heftig voorhoudt: ‘Wat is dit voor daad die jullie bedreven hebben?’, krijgt Juda ineens een beangstigend helder moment. Niet over de diefstal van een beker, maar over de verkoop van de jonge Jozef aan slavenhandelaars richting Egypte. Dat raakt hem ineens diep. Wat zullen wij zeggen of hoe ons rechtvaardigen? Hij zakt en één keer dwars door de bodem heen van eigen gelijk, eerlijkheid en rechtvaardigheid. Dat is hem al eens eerder gebeurd, met Tamar. Ook nu wordt hij ineens heel eerlijk en ziet de dingen scherp tot op God. God heeft de misdaad van zijn knechten aan het licht gebracht, zegt hij heel openlijk. Tegen zichzelf en tegen zijn broers. Wie God zo tegenkom, in zo’n verhelderende flits, schrikt soms inderdaad kolossaal. Vluchten kan niet meer. O God, wees mij zondaar genadig, stamelde een tollenaar wanhopig. Maar volgens Jezus ging juist hij naar huis terug, gerechtvaardigd door God.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
PETRA373
|
Berichten: 2328
|
Geplaatst: dinsdag 22 januari 2013, 00:08
|
|
|
MARIO216 schreef: | Maandag 21 Januari, Genesis 44: 1-17; Verheldering.
Juda doet geen enkele poging meer om zichzelf of zijn broers te rechtvaardigen. Dat had hij best kunnen doen, want het zal hem duidelijk geweest zijn dat er met hen een gemeen spelletjes gespeeld werd. Kennelijk wil iemand hun een loer draaien. Maar wie en waarom? Maar als Jozef hun heftig voorhoudt: ‘Wat is dit voor daad die jullie bedreven hebben?’, krijgt Juda ineens een beangstigend helder moment. Niet over de diefstal van een beker, maar over de verkoop van de jonge Jozef aan slavenhandelaars richting Egypte. Dat raakt hem ineens diep. Wat zullen wij zeggen of hoe ons rechtvaardigen? Hij zakt en één keer dwars door de bodem heen van eigen gelijk, eerlijkheid en rechtvaardigheid. Dat is hem al eens eerder gebeurd, met Tamar. Ook nu wordt hij ineens heel eerlijk en ziet de dingen scherp tot op God. God heeft de misdaad van zijn knechten aan het licht gebracht, zegt hij heel openlijk. Tegen zichzelf en tegen zijn broers. Wie God zo tegenkom, in zo’n verhelderende flits, schrikt soms inderdaad kolossaal. Vluchten kan niet meer. O God, wees mij zondaar genadig, stamelde een tollenaar wanhopig. Maar volgens Jezus ging juist hij naar huis terug, gerechtvaardigd door God. |
Die laatste woorden, gerechtvaardigd door god, mooi. Wie van ons is rechtvaardig? niemand, jezus heeft voor ons , onze zonden de prijs betaald, daardoor zijn wij gerechtvaardigd, door dat hij de rechtvaardige weg voor ons heeft behandeld, maakt je klein , als je er zo bij na denkt.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: dinsdag 22 januari 2013, 21:57
|
|
|
Dinsdag 22 Januari, Genesis, 44: 18-34; Ruilen van plaats.
Op dit moment heeft Jozef gewacht. Zullen de broers net als toen voor zichzelf kiezen en nu ook hun andere verwende broertje Benjamin achterlaten, hoeveel verdriet ze hun vader daarmee ook doen? Maar nee, ze zijn echt veranderd. Zij grijpen niet de kans om hun eigen hachje te redden, ze blijven allemaal. Juda houdt een perfect verhaal. Over zijn broers en zijn vader. Vooral over zijn vader. Vooral over zijn vader en dat het toch eigenlijk onrechtvaardig zou zijn als de oude man door het verlies van nog een zoon zo meteen totaal vertriest en versomberd zijn ogen zal sluiten. Juda begint aan het eind zelfs een beetje te hakkelen: ‘En nu, als ik komt, bij u knecht, mijn vader, de jongen…’Daarom: ‘Laat mij als slaaf zijn plaats innemen zoals ik mijn vader beloofd heb.’ Dit is een heel onroerend moment. Juda, die indertijd het initiatief nam Jozef te verkopen, biedt nu zichzelf aan als slaaf in plaats van Jozefs te verkopen, biedt nu zichzelf aan in plaats van Jozefs jongere broer. Er is inderdaad heel veel veranderd in de harten van Juda en zijn broers. Nu houden ze elkaar vast. Ook Benjamin houden ze vast. En hun vader gaat hun eindelijk echt ter harte. Leven is leven voor anderen, beseft Juda kennelijk. Daarin is Jezus ons op unieke wijze bevrijdend voorgegaan. Tot op het kruis.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: woensdag 23 januari 2013, 21:07
|
|
|
Woensdag 23 Januari, Genesis 45: 1-15; God gaat zijn ongekende gang.
Lukte het Jozef tot nu toe steeds weer zichzelf te beheersen, Juda’s indrukwekkende pleidooi is hij zo diep geraakt, dat hij zich niet langer kan inhouden. Als hij zich aan zijn broers bekendmaakt, raakt hij heftig geëmotioneerd. De broers van hun kant niet minder, maar bij hen overheersen vooral verbijstering en angstgevoelens. Ineens begrijpen ze alles en doen automatisch een paar stappen terug. Maar Jozef laat hen dichtbij komen en zo komen ze schoorvoetend en aangeslagen naar hem toe. Wat zal Jozef tegen hen zeggen? Dat valt erg mee. Hij maakt hun geen enkel verwijt. In plaats daarvan verwijst hij hen naar God. En de weg die God met hem is gegaan naar Egypte. Met de bedoeling de mensen daar, maar ook zijn eigen familie, in het leven te behouden. Jozef zet de dingen even heel duidelijk in het perspectief van God en zijn plan. Daarmee relativeert hij bewust een beetje de schuld van zijn broers, die daardoor weer enigszins adem durven halen en dichterbij snuffelen. Dat is heel wijs van Jozef. Hij troost hen met God zelf, wiens reddingsplan omvattender is dan het meest boze van ons. Die gedachte heeft inderdaad iets diep troostvols. Het licht overwint uiteindelijk alle duisternis.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: donderdag 24 januari 2013, 21:33
|
|
|
Donderdag 24 januari, Genesis 45: 16-28; Ruzie houdt vreselijk op.
Jozef wil graag dat zijn broers nu geen tijd meer verliezen. Daarom stuurt hij hen weg met de boodschap ‘wees nergens bang voor onderweg.’ Bijvoorbeeld door ruzie te maken en elkaar verwijten te maken. (Vergelijk oudere vertalingen: ‘Maak geen twist onderweg.’) Jozef kent zijn broers. Alle kans dat ze onderweg zich weer beginnen op te winden. Al was het maar over de vijf stel kostbare kleren die Jozef aan Benjamin gaf, terwijl zij maar één stel kregen. En ruzie over alles en nog wat er wat gebeurd. En wie er van hen bedrogen hadden. Wie zou het Jakob allemaal moeten vertellen? Hoe zal die reageren als hij eindelijk de waarheid hoort? Wees niet bang en maak geen ruzie onderweg, zegt Jozef. Want ruzie kost haast altijd veel energie en veel tijd. Het kan je zo ophouden in je leven. Daarom: maak geen ruzie onderweg. Een korte instructie die ook wij ons misschien moeten aantrekken. Onderweg door het leven. Ruzie en gekibbel houden altijd ontzettend veel op. In je huwelijk, je gezin, je werk, je familie. Denk liever aan het doel. Investeer niet in negatieve energie. Ook niet in de kerk. Pelgrims gaat het om het doel, niet om een bepaald gelijk onderweg.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: vrijdag 25 januari 2013, 21:17
|
|
|
Vrijdag 25 Januari, Genesis 46: 1-27; Verhuizen met God.
Verhuizen is vaak een riskant gebeuren. Je kunt er goede redenen voor hebben, maar het betekent altijd een zekere ontworteling van jezelf en je gezin. Jakob zal zich dat goed bewust geweest zijn. Met uitwijken naar Egypte hebben zijn vaderen Isaak en Abraham slechte ervaringen opgedaan. Is Jakob wel goed bezig, ondanks die mooie wagens van de farao en de uitnodiging van Jozef? Op de grens van het beloofde land brengt Jakob eerst een offer aan God. Als een gebed om bijstand en bemoediging. En God stelt hem teleur. Want in een nachtgezicht steekt God hem een hart onder de riem. God zegt: ‘Jakob, wees niet bang naar Egypte te trekken, want Ik zal met je meegaan. In vrede zul je daar sterven met Jozef om je heen. En te zijner tijd zal Ik je familie weer terugbrengen in het beloofde land.’ Dat is voor Jakob een grote teleurstelling. Als God met je meegaat, kun je verhuizen. Wat je ook allemaal aan vertrouwds moet achterlaten. Een huis, een straat, een wijk, een heel vertrouwd dorp misschien. De hele wereld is van God. Waar je ook bent, je blijft onder zijn hemel en je blijft omringd door zijn beloften.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zaterdag 26 januari 2013, 22:47
|
|
|
Zaterdag 26 Januari, Genesis 46: 28-33; Nu kan ik sterven.
Voor Jakob is het weerzien van Jozef niet alleen maar een zaak van tranen en ontroering. Voor hem komt heel zijn leven tot zijn laatste en diepste bestemming voor God. Een zware last valt van hem af. Dat is de last van het bestaan dat soms zo weinig zin lijkt te hebben en dat vroeg of laat het altijd verliest van de dood. Die gedachte heeft hem sinds een jaar en dag verscheurd. Geen hoop meer, geen verwachting. Maar God heeft Jozef als uit de dood doen opstaan. Als redder van het volk van Egypte en ook van heel Jakobs familie. De ontmoeting met Jozef maakt hem duidelijk dat God een God van levenden is en dat Hij toch trouw blijft aan zijn beloften. ‘Nu kan ik sterven, omdat jij leeft’, zegt Jakob. Leven, daarop valt hier de nadruk. Niet de dood heeft voor Jakob het laatste woord, maar het leven. Niet het kruis heeft het laatste woord, maar de opstanding van Jezus. Wie God zo ontmoet zoals Jakob bij het zien van het Kind van Jozef en Maria, kan getroost alle dingen loslaten. Diep verzekerd:
Want deze God is onze God, Hij is ons deel, ons zalig lot, door tijd noch eeuwigheid te scheiden, ter dood toe zal Hij ons geleiden.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zondag 27 januari 2013, 18:06
|
|
|
Zondag 27 januari, Genesis 47: 1-12; Geen successtory, wel gezegend.
Ne eerst de asielprocedure handig geregeld te hebben voor zijn broers, stelt Jozef zijn oude vader voor aan de farao. Maar dan gebeurt er iets heel ongebruikelijks. Niet de farao komt de oude man tegemoet met zijn gunsten, maar Jakob begroet de farao door royaal zijn handen zegenend uit te strekken over hem en zo deze machtige Egyptische vorst te zegenen. Een grotere tegenstelling is bijna niet denkbaar. Aan de ene kant de farao in al zijn Egyptische luister, aan de andere kant de oude nomandenman, getekend door het leven, slepend met zijn ene been. Maar wat farao bij al zijn rijkdom en mogelijkheden niet heeft, heeft Jakob. En spontaan laat hij de farao delen in de zegen van God. De farao is er even verlegen van. Om toch nog iets te zeggen, vraagt hij Jakob naar zijn leeftijd. Hoe oud bent u al, mijnheer? Daarover is Jakob kort. Zonder zijn leeftijd te noemen, want leeftijden op zich zeggen soms maar weinig, reageert Jakob met de woorden: weinig en kwaad. Weinig vergeleken met zijn vaderen. Kwaad wat hijzelf ervan maakte. Geen succesverhaal dus, maar wel dagen en jaren vol van de zegen van God. Genoeg om uit te delen. En de farao laat zich zegenen. Met de God van Jakob. Met die God ben je goed af. Ook een farao. Elk mens.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: maandag 28 januari 2013, 21:35
|
|
|
Maandag 29 Januari, Genesis 47: 27 – 28:22; Zegenen met kruis.
Als Jozef zijn twee zoons laat knielen voor hun oude grootvader en er daarbij goed op let dat de oudste Manasse onder de rechterhand van opa knielt – opa ziet namelijk niet veel meer – en de jongste Efraïm onder de linkerhand, dan kruist Jakob ineens zijn zegenende handen en legt zijn rechterhand op de jongste. Een moment waarop Jozef meteen ingrijpt en probeert de handen van zijn vader bij te sturen. ‘Vader, je bent in de war’, zegt hij. Maar Jakob is niet in de war. ‘Ik weet het...’, zegt hij. Wat weet Jakob dan? Jakob weet dat dat God vrij zijn weg gaat en zijn hand zegenend op je legt, waar je het absoluut niet verwacht en nog minder verdiend hebt. Daar is Jakobs leven vol van geweest. Van momenten van verrassende zegen van God. En nu aan het eind van zijn leven wil ook hij alleen nog zegenen zoals God zegent. Namelijk kruiselings. Door Gods zegen loopt altijd ergens het kruis van Christus. Zo geeft Jakob de zegen van Abraham door aan de komende generatie. Het betekent dat Gods zegen alleen in een weg van genadige verkiezing ontvangen en begrepen wordt. Dat is geen zaak van verwarring, maar juist van aanbidding.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: dinsdag 29 januari 2013, 21:14
|
|
|
Dinsdag 30 Januari, Genesis 49: 1-28; Wat zei vader?
Jakob gaat sterven. Nog zeventien jaar heeft hij in Egypte geleefd. Alle twaalf zonen staan om zijn bed. ‘Luister naar jullie vader’, zegt hij, ‘dan zal ik jullie zeggen hoe het je in de toekomst zal vergaan en zal ik jullie zegenen.’ Maar na zeven zonen toegesproken te hebben, valt de man ineens stil. En hoor je hem iets voor zich uit stamelen. Een paar woorden, die kennelijk ineens bij hem opkomen en die niet direct iets met die zegenwoorden voor zijn zonen te maken lijken te hebben. Je ziet die twaalf mannen rond Jakobs bed als het ware automatisch een beetje voorover buigen. Om het goed te horen. Elkaar aankijken en vragen: Wat zei vader? Heb jij het gehoord? En voor wie was dat bedoeld? Wat zei vader? Hij zei: ‘Op uw hulp of: op uw heil hoop ik, Heer!’ Een opmerking zomaar tussendoor. Bij zulke tussendooropmerkingen ben je meestal even heel dicht bij jezelf. Je kijkt hier inderdaad diep in zijn hart. Met al zijn zonen om zich heen. Voor allen heeft hij een woord. Hij spaart ze niet. Maar waar gat het echt om in het leven?’ Om God en zijn heil. En zijn heil. En zijn Heiland. ‘Op uw hulp en uw heil wacht ik, Heer!’ zo mompelt hij ineens voor zich uit. Voor wie was dit bedoeld? Voor niemand. Of mag je zeggen: voor allemaal? Zalig wie de God van Jakob tot zijn hulp heeft!
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: woensdag 30 januari 2013, 21:38
|
|
|
Woensdag 31 Januari, Genesis 50: 15-26; God maakt het kwade goed.
Jozef troost zijn broers. Dat heeft hij al eerder gedaan. Maar nu Jakob gestorven is en in het beloofde land begraven, zijn de broers bang dat Jozef toch nog met een afrekening zal komen. Kennelijk zitten ze daar nog steeds meen en hebben ze er ook over gesproken met Jakob. Die zou hun gezegd hebben: Als ik er niet meer ben, wees wijs en doe boete en vraag Jozef om vergeving. Zoiets! En zo doen ze dus. Het gebaar grijpt Jozef diep aan. Het is waar: zij hebben hem kwaad aangedaan. Maar God heeft dat kwaad van hen ten goede gekeerd. Jozef kan geen andere conclusie trekken. Niet iedereen zal dat zo helder zien als Jozef, terugkijkend op een bepaalde fase in zijn of haar leven. Van een ruzie met je familie. Of het bedrog van je partner. Of onbegrijpelijk verdriet en tegenslag in je leven. Kwaad blijft kwaad. Maar soms zie je als in een flits iets van God. Een God die zelfs van het kwaad iets goeds wist te maken. Het donker omzette in licht, het kruis in zegen. Je vastheid en overeind hield. Je bewaarde bij Hem en zijn heil. Het kwaad heeft niet het laatste woord. In Jezus’ keerde God al ons kwaad om tot eeuwig heil. Soms zie je terugkijkend er iets van oplichten. En straks wist God alle tranen af.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: donderdag 31 januari 2013, 21:35
|
|
|
Donderdag 31 Januari, Genesis 50: 15-26; God maakt het kwade goed.
Jozef troost zijn broers. Dat heeft hij al eerder gedaan. Maar nu Jakob gestorven is en in het beloofde land begraven, zijn de broers bang dat Jozef toch met een afrekening zal komen. Kennelijk zitten ze daar nog steeds mee en hebben ze er ook over gesproken met Jakob. Die zou hun gezegd hebben: Als ik er niet meer ben, wees wijs en doe boete en vraag Jozef om vergeving. Zoiets! En zo doen ze dus. Het gebaar grijpt Jozef diep aan. Het is waar: zij hebben hem kwaad aangedaan. Maar God heeft dat kwaad van hen ten goede gekeerd. Jozef kan geen andere conclusie trekken. Niet iedereen zal dat zo helder zien als Jozef, terugkijkend op een bepaalde fase in zijn of haar leven. Van een ruzie met je familie. Of het bedrog van je partner. Of onbegrijpelijk verdriet en tegenslag in je leven. Kwaad blijft kwaad. Maar soms zie je als in een flits iets van God. Een God die zelfs van kwaad iets goeds wist te maken. Het donker omzette in licht, het kruis in zegen. Je vasthield en overeind hield. Je bewaarde bij Hem en zijn heil. Het kwaad heeft niet het laatste woord. In Jezus’ kruis keerde terugkijkend er iets van oplichten. Soms, even, en straks wist God alle tranen af.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: vrijdag 1 februari 2013, 19:02
|
|
|
Vrijdag 1 Februari, Jakobus 1: 1-8; Leer stevig staan.
Vanaf vandaag lezen we een brief van Jakobus. Jakobus is geen man van de softe aanpak, zo merk je meteen, maar een man die je heel direct aanspreekt en een totale toewijding van jou als christen verwacht. Zijn lezers zijn christenen die niet simpel hebben hun geloof vast te houden. De meesten van hen leven in kleine groepen, verstrooid over een uitgestrekt gebied. Zij doen Jacobus denken aan de twaalf stammen van Israël die na de verwoesting van Samaria en later Jeruzalem over heem verstrooid werden. In zoverre is zijn brief dan ook gericht aan alle christenen waar ook ter wereld. Jacobus steekt hun hart onder de riem. Zijn hun beproevingen erg zwaar? Wees blij met beproevingen, zegt Jakobus. Want daardoor heb je een mooie gelegenheid je geloof vuurvast te laten worden en standvastigheid te leren. Misschien zeg je meteen: ‘Die man zal het wel goed bedoelen, maar erg pastoraal klinkt het allemaal niet. Heeft hij zelf weleens wat meegemaakt?’O ja. Jacobus is een broer van Jezus. Van Jezus leerde hij dat navolging altijd beproeving met zich meebrengt. Maar juist dan is Jezus heel dichtbij. Reden om je toch te verheugen. Daarom: leg je leven en zorg in zijn handen. Niets kan ons scheiden van Hem.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: zaterdag 2 februari 2013, 17:59
|
|
|
Zaterdag 3 Februari, Jacobus 1:19-27; Niet alleen met woorden.
Jakobus heeft een ontzettende hekel aan oppervlakkigheid. Heel prikkelend zegt hij: ‘Horen alleen is niet genoeg.’ Om vervolgens uitvoerig te zeggen dat je alleen dan echt geluisterd heb naar God en het evangelie, als het zich meteen vertaalt in een praktische daad van verandering of bekering, in het doen van een keuze of een belangrijk gebaar. Wees niet als een mens die heel de dag voor de spiegel staat, vaststelt wat er allemaal mis is, maar vervolgens daaraan niets wil veranderen. Laat het Woord van God je een spiegel zijn om in te kijken en de kracht om je in vrijheid te veranderen en te vernieuwen naar de bedoeling van God. Waaraan denkt Jacobus hier precies? Tussen de regels door merk je dat hij denkt aan mensen die zich snel ergens over opwinden, in woede uitbarstingen en dan heel lelijke dingen kunnen zeggen. Soms mensen met een zekere maatschappelijke status, goed in hun geld en goed in hun kleren. Maar soms ook goed scherp van de tong. Ze roepen van alles en mogelijk hebben ze ook gelijk. Maar aan zelf iets doen en zich inzetten voor anderen, bijvoorbeeld voor mensen die er alleen voor staan, komen ze niet toe. Jacobus moet van dat soort opwinding niets hebben. Alleen je mond gebruiken is geen dienen van God. Laat geen gat vallen tussen horen en doen. Alleen dan licht er in iets op van Jezus zelf.
|
|
Naar boven |
|
|
Auteur |
Bericht |
|
MARIO216
|
Berichten: 4992
|
Geplaatst: dinsdag 5 februari 2013, 17:39
|
|
|
Maandag 4 Februari, Jakobus 2: 1-13; Uiterlijk.
Laat je niet leiden door iemands uiterlijk, zo is de boodschap vandaag. Dat doe je heel snel, ook in de gemeente van God. Komt er iemand binnen die er heel goed uit ziet (goed gekleed, modieus kapsel, gebruind gezicht) dan denk je al gauw aan een belangrijk mens en meteen zoek je een goede plek voor hem of haar op. Komt er echter iemand binnen die er wat morsig uit ziet, slecht gekleed en onverzorgd, alle kans dat velen automatisch voelen of ze hun portemonnee nog hebben en denken: wat moet die hier? Jakobus valt heel scherp uit. Waarom die voorkeur voor rijk en gebruind? Is het bij God niet andersom? Heeft God niet juist een bijzonder hart voor wie arm en zwak staan in deze wereld om hen zo rijk te maken door het geloof en deel te geven aan zijn Koninkrijk? En hebben jullie als volgelingen van Jezus niet vaak meer te lijden van mannen met een zonnebankgezicht dan van hen die weinig te makken hebben? Zo was dat in elk geval toen. Ga niet af op iemands uiterlijk, zegt Jakobus. Je begaat al gauw de zonde dat je een medemens niet met liefde tegemoetkomt. Daarmee komt er een valse toon in je toewijding aan God. Je vroomheid rammelt aan alle kanten. Je kunt de toets van Gods wet niet doorstaan. Ga de koninklijke weg en heb je medemens lief, wat voor gezicht hij of zij ook heeft.
|
|
Naar boven |
|
|
|
|
|
|
|
|
|